Duits kapitel 1
5.0(1)
Studied by 3 people
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
FlashcardsCard Sorting
1/101
Study Analytics
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
102 Terms
1
New cards
die Klasse(n)
De klas
2
New cards
die Schule(n)
De school
3
New cards
das Gymnasium
de aso-school
4
New cards
die Realschule
de tso-school
5
New cards
der Lehrer
de leraar
6
New cards
die Lehrerin(nen)
de lerares
7
New cards
der Schüler
de leerling
8
New cards
die Schülerin(nen)
de leerlinge
9
New cards
der Herr(en )
de heer
10
New cards
die Frau(en)
de vrouw
11
New cards
der Freund(e)
de vriend
12
New cards
die Freundin(en)
de vriendin
13
New cards
Belgien
België
14
New cards
Deutschland
Duitsland
15
New cards
England
Engeland
16
New cards
Frankreich
Frankrijk
17
New cards
Spanien
Spanje
18
New cards
Italien
Italië
19
New cards
die Niederlande
Nederland
20
New cards
die Schweiz
Zwitserland
21
New cards
Österreich
Oostenrijk
22
New cards
die Familie
de familie
23
New cards
der Vater
de vader
24
New cards
die Mutter
de moeder
25
New cards
das Kind(er)
het kind
26
New cards
die Eltern
de ouders
27
New cards
der Brüder
de broer
28
New cards
die Schwester(n)
de zus
29
New cards
die Geschwister
broers en /of zussen
30
New cards
der Sohn(e)
de zoon
31
New cards
die Tochter
de dochter
32
New cards
der Großvater/Opa
de grootvader
33
New cards
die Großmutter/Oma
de grootmoeder
34
New cards
die Großeltern
de grootouders
35
New cards
das Enkelkind(er)
het kleinkind
36
New cards
der Onkel
de oom
37
New cards
die Tante(n)
de tante
38
New cards
der Neffe(n)
de neef
39
New cards
die Nichte(n)
de nicht
40
New cards
der Vetter
de neef (zoon van oom en tante)
41
New cards
die Kusine(n)
de nicht (dochter van oom en tante)
42
New cards
der Schwager
de schoonbroers
43
New cards
die Schwägerin
de schoonzus
44
New cards
wer
wie
45
New cards
wie
hoe
46
New cards
wo
waar
47
New cards
was
wat
48
New cards
woher
van waar
49
New cards
wohin
naar waar
50
New cards
heißen
heten
51
New cards
wohnen
wonen
52
New cards
kommen
komen
53
New cards
gehen
gaan
54
New cards
Tennis spielen
tennissen
55
New cards
hören
horen, luisteren
56
New cards
schreiben
schrijven
57
New cards
buchstabieren
spellen
58
New cards
mieten
huren
59
New cards
warten
wachten
60
New cards
machen
doen, maken
61
New cards
schwimmen
zwemmen
62
New cards
es gibt
er is /er zijn
63
New cards
alt
oud
64
New cards
jung
jong
65
New cards
gut
goed
66
New cards
schlecht
slecht
67
New cards
schön
mooi
68
New cards
hässlich
lelijk
69
New cards
toll/cool
leuk , tof
70
New cards
langweilig
saai
71
New cards
spitze
prima
72
New cards
blöd
stom
73
New cards
richtig
juist
74
New cards
falsch
fout
75
New cards
bitte
excuseer, alstublieft
76
New cards
Wie bitte?
Pardon?
77
New cards
Viel Spaß!
Veel plezier!
78
New cards
Tschüs(s)!
Tot ziens!
79
New cards
Auf Wiedersehen!
Tot ziens!
80
New cards
Auf Wederhören!
Tot wederhoren!
81
New cards
nur
slechts,alleen
82
New cards
auch
ook
83
New cards
gern(e)
graag
84
New cards
heute
vandaag
85
New cards
gestern
gisteren
86
New cards
morgen
morgen
87
New cards
aber
maar
88
New cards
schon
al, reeds
89
New cards
jetzt
nu
90
New cards
aus
uit
91
New cards
der Name(n)
de naam
92
New cards
das Hobby(s)
de hobby
93
New cards
der Fußball
de voetbal
94
New cards
das Kino(s)
de bioscoop
95
New cards
die Disko
de discotheek
96
New cards
ins Kino(gehen)
naar de bioscoop (gaan)
97
New cards
in die Disko(gehen)
naar de discotheek (gaan)
98
New cards
das Radio
de radio
99
New cards
die Musik
de muziek
100
New cards
die Nummer(n)
het nummer