nutricious
voedzaam
detrimental
schadelijk
congenital
aangeboren
To alleviate
verlichten
agony
ondraaglijke pijn
cardiac arrest
hartstilstand
To groan
kreunen, kermen
paralysis
verlamming
contagious
besmettelijk
To naglect
verwaarlozen
consulting room
spreekkamer
disabled
invalide
deformed
mismaakt
benign
goedaardig
pathological
ziekelijk, abnormaal
To shiver
rillen
exhilarating
opwindend, spannend
To pant
hijgen
To digest
verteren
To moan
kreunen
To suffocate
stikken
intoxicated
onder invloed (van alcohol of drugs)
beneficial
gunstig, bevorderlijk
ward
zaal, ziekenhuiszaal
feeble
zwak
kidney
nier
germ
bacterie
To refrain from
zich onthouden van
To soothe
verzachten
To stagger
wankelen
To administer
toedienen
numb
verstijfd, verdoofd
lethal
dodelijk, zeer gevaarlijk
malignant
kwaadaardig
contaminated
besmet
morbid
ziekelijk
incurable
ongeneeslijk
To subject to
onderwerpen aan
To convalesce
herstellen (na ziekte)
To regain
terugkrijgen
to be down with the flu
griep hebben
GP (general practitioner)
huisarts
prescription
(docters)recept
strain
druk
To consult
raadplegen
health insurance
ziektekostenverzekering
sedative
kalmeringsmiddel
To collapse
in elkaar zakken
an anaesthetic
verdoving
To cough
hoesten
To sprain
verstuiken
To benefit
goed doen
to feel under the weather
zich niet lekker voelen
To recover
herstellen
nauseous
misselijk