Parasitaire ziekten: paard

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/126

flashcard set

Earn XP

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

127 Terms

1
New cards
Gasterophilus intestinalis
* = Paardenhorzel
* Veroorzaakt myiasis in de maag
* Vooral aanwezig op weiden omringd door bos of struikgewas
* Veel voorkomend → ook in BE
2
New cards
Cyclus Gasterophilus intestinalis
* Volwassen vlieg vliegt overdag bij mooi weer (late zomer)
* Eieren worden op de haren gelegd (macroscopisch zichtbaar) → manen, schoft, benen
* L1 komt uit het ei als deze opgelikt wordt → prikkel = warmte + vocht
* L2 wordt doorgeslikt en dan ontwikkeling tot L3 in de maag
* L2 en L3 overwinteren in de maag
* L3 wordt uitgescheiden met de feces
* Verpoppen op de grond (vroege zomer)
3
New cards
Welke stadia van Gasterophilus intestinalis overleven de winter?
Enkel L2 en L3 → volledige populatie zit in de winter in het dier → opportuniteit voor bestrijding
4
New cards
term image
= paardenhorzel

= Gasterophilus intestinalis
5
New cards
Pathogeen belang Gasterophilus intestinalis
* weinig pathogeen
* meestal geen erge symptomen → zitten in pars non-glandularis maag → geeft kleine kratervormige letsels
* bromgeluid horzels → opschrikken van paarden
* zware infecties zijn zeldzaam → gastritis, anorexie,
* symptomen: geeuwen en conditieverlies
6
New cards
Diagnose Gasterophilus intestinalis
* Moeilijk
* Makkelijker in de zomer; ziet horzels vliegen en eieren op de manen van het paard.


* In de winter hebben we geen specifieke diagnostische test.
* Kunnen evt. gastroscopie doen bij klinische symptomen die duiden op maagproblemen.
7
New cards
Behandeling en preventie Gasterophilus intestinalis (3)
* Macrocyclische lactonen: ivermectine p.o. of moxidectine p.o.
* Behandelen vanaf __december__ wegens risico op herbesmetting → in herfst kunnen ze nog in haren zitten
* Kunnen herinfectie voorkomen door paarden te wassen __in zomer__ met lauw water, evt. met azijn → simuleert likken → larve komen uit ei en gaan dood
8
New cards
Cyclus verticale overdracht Strongyloides westeri
* Verticale overdracht → __merrie is reservoir van de infectie__
* Initiële besmetting via de melk.
* Larven gaan in de darm ontwikkelen tot volwassen wormen (< 1cm)
* Eieren met L1 larven worden na __1 week uitgescheiden__ met de feces.
* Er is dan in de omgeving een snelle ontwikkeling tot een infectieuze L3 larve.
9
New cards
Cyclus herbesmetting Strongyloides westeri
* herbesmetting percutaan (of oraal)
* migratie via hart en longen
* snelle uitscheiding na herinfectie (1-2 weken p.i)
10
New cards
Zware besmettingen met Strongyloides westeri zien we ....
Enkel op stal

→ korte snelle cyclus in het veulen en een **vrijlevende cyclus** simultaan op stal **→ infectiedruk zal snel stijgen**
11
New cards
Symptomen Strongyloides westeri
* Meestal geen symptomen
* Bij snelle stijging infectiedruk wel symptomen bij jonge veulens (enkele weken)
* Zien meestal als eerst darmontsteking met diarree.
* Kunnen ook hoesten zien → longbeschadiging predisponerend voor andere infecties
* Ook jeuk bij binnendringen L3
* Sterfte is zeldzaam
12
New cards
Diagnose Strongyloides westeri
* Bij diarree bij **jonge veulens** (< 1m) hier zeker aan denken
* Diagnose bevestigen door eieren aan te tonen in verse feces
* Op moment van diarree is er al ei uitscheiding
13
New cards
Behandeling Strongyloides westeri
* Macrocyclische lactonen: ivermectine p.o.
* Geen moxidectine → toxisch voor veulens
14
New cards
Preventie Strongyloides westeri
* Goede hygiëne vd stallen
* Preventief ontwormen, maar enkel op probleembedrijven. → eerste behandeling op 1-2 w
* Veulens zo snel mogelijk op de weide
15
New cards
Bij wie zien we Parascaris equorum?
* Jonge paarden: veulens van enkele maanden tot max 1 jaar
* Paarden ouder dan 1 jaar zijn immuun
16
New cards
Cyclus Parascaris equorum
* Orale besmetting door opname van infectieuze wormeieren
* Migratie via lever en long
* Volwassen wormen leven in de dunne darm (15-50cm)
* Eieren in faeces → embryoneren in omgeving > 10d
17
New cards
PPP Parascaris equorum
11-13 weken
18
New cards
Transmissie Parascaris equorum
* Vooral horizontale overdracht: **van veulen tot veulen**
* Er worden grote aantallen eieren uitgescheiden
* Eieren overleven meer dan 1 jaar in de buitenwereld en zijn kleverig
* De omgevingscontaminatie kan hierdoor snel oplopen en lang aanwezig blijven.
* Infecties zowel op stal als weide
* vnl op stal doordat de infectiedruk hier sneller oploopt.
19
New cards
Symptomen bij Parascaris equorum
* Bij lichte infecties: meestal geen symptomen
* Migrerende larven in de longen veroorzaken hoesten en neusvloei (__unilateraal__).


* Bij primo-infectie bij veulens __>8 maanden zien we ergere symptomen__ → ADH symptomen, koorts, depressie en anorexie
* Volwassen wormen kunnen zorgen voor darmontsteking → diarree en koliek.
* Ook kunnen sloomheid, slechte groei, ruw haarkleed, gezwollen buik, obstructie en darmrupturen voorkomen (bij veulens
20
New cards
Diagnose Parascaris equorum
* Klinische tekens en leeftijd
* Kunnen geen fecesonderzoek doen tijdens PPP (±13w): zien wel hoesten, maar scheiden nog geen eieren uit


* In patente fase worden veel eieren uitgescheiden met een typische vorm → ronde eieren met dikke gerkartelde wand
21
New cards
term image
Parascaris equorum ei
22
New cards
Behandeling Parascaris equorum
Kunnen behandelen met alle ontwormingsproducten geregistreerd voor paarden:

* **Benzimidazoles p.o.** → (fenbendazole, mebendazole)
* **Pyrantel p.o.**
* Ivermectine → resistentie
23
New cards
Tegen welk ontwormingsproduct bij paarden is behoorlijk wat resistentie?
Ivermectine
24
New cards
Controlemaatregelen Parascaris equorum (4)
* Feces verwijderen (stal en weide!)
* Niet telkens dezelfde weide gebruiken voor veulens
* **Regelmatig mestonderzoek**, bij voorkeur individuele dieren
* als 1 dier +ve → alle dieren van leeftijdsgroep behandelen
* resistentie opsporen → FECRT
* Ontwormingsschema **op probleembedrijven**. Eerste behandeling op 2 maanden. Hierna elke 2-3 maanden behandelen tot 1 jaar.
25
New cards
Cyclus Anoplocephala perfoliata
* Paarden infecteren zich op de weide door opname van besmette mosmijten (like Moniezia)
* Er ontwikkelt een volwassen lintworm t.h.v. de **ileocecale klep**
* Ei uitscheiding na 1,5-4 maanden (PPP)
* Blijven levenslang gevoelig → tegen cestoden nooit immuniteit opgebouwd
26
New cards
Pathologie Anoplocephala perfoliata
* Wormen zitten vastgehecht aan darmslijmvlies met zuignappen, vaak in trossen.


* Dit zorgt voor irritatie, ulcera, oedeem en bindweefselvorming.
27
New cards
Symptomen Anoplocephala perfoliata
* Meestal geen.
* Mogelijks koliek bij grote aantallen: krampkoliek (spastische koliek), obstructiekoliek, invaginatie van ileum in caecum
28
New cards
Diagnose Anoplocephala perfoliata
* Anamnese: paard op een weide die al meer dan een jaar meegaat (dikke viltlaag met mosmijten)
* Mestonderzoek:
* Met mestonderzoek zijn proglottiden bijna nooit te zien
* Eieren hebben een typische vorm → hoefijzervorm
* Hierdoor een hoge specificiteit, maar wel een __lage gevoeligheid__. Sedimentatie-flotatie.
* __ELISA__ voor antilichamen in serum of speeksel
29
New cards
ELISA Anoplocephala perfiolata
* voor specifieke As in serum of speeksel
* hoge gevoeligheid en specificiteit
* vals positief mogelijk door lange aanwezigheid antistoffen
* semi-kwantitatief:
* OD 0.2-0.6 → middelmatige infectiegraad
* OD > 0.6 → hoge infectiegraad
30
New cards
term image
ei Anoplochepala perfiolata
31
New cards
Behandeling Anoplocephala perfoliata
Praziquantel p.o. → efficaciteit >95%
32
New cards
Controle Anoplocephala perfoliata
* Moeilijk door herbesmetting (mosmijten) en doordat dieren __geen immuniteit opbouwen__
* Behandelen en op ‘zuivere’ weide zetten of opstallen
* Regelmatig behandelen __tijdens weideseizoen__ → lage infectiegraad
* Mest verwijderen van weide
* Regelmatig monitoren met ELISA
33
New cards
Doel van controle Anoplocephala perfoliata
* Infectiegraad laag houden
* Eradicatie is niet haalbaar en niet nodig
34
New cards
Belangrijkste parasieten bij paarden
Strongyliden → (> 38 soorten in BE en NL)
35
New cards
Belang van grote vs. kleine stronglyden
* **Belang van grote strongyliden** is sterk gedaald → hebben een lange levenscyclus → hierdoor trage voortplanting
* Ook is er een goede werkzaamheid van macrocyclische lactones tegenover alle stadia.
* **Belang van kleine strongyliden** is sterk gestegen → hebben een kortere levenscyclus.
* Ook lage werkzaamheid van ivermectine tegen larvaire stadia.
* Resistentie tegenover benzimidazoles
36
New cards
Levenscyclus grote strongyliden
* Orale opname infectieuze L3 in zomer
* Deze gaat darmwand perforeren en migreert tegen stroom in naar a. mesenterica cranialis → vervellen tot L4 en L5 en blijven tijd aanwezig


* Na aantal maanden loslaten en meegevoerd naar dikke darm met arterieel systeem
* Worden volwassen in lumen DD en gaan eieren produceren
* Uitgescheiden in de faeces rond lente-zomer
37
New cards
Levenscyclus kleine strongyliden
* Opname infectieuze L3 larven.
* Ontwikkelen in mucosa tot L4 en L5.
* Hierna terug naar lumen om volwassen te worden → Dit duurt 2-3 maanden.
* Bij opname in het najaar zorgt de koudeprikkel ervoor dat de larven in **hypobiose** gaan in de darmwand.
38
New cards
Ontwikkeling van ei tot L3 strongyliden
* Vindt plaats op mestballen, vooral op de weide → temperatuur en vochtigheid zijn limiterende factoren.
* Migratie van L3 uit mestballen gebeurt passief door regenval.
* L3 kunnen winter overleven. Droog warm weer overleven ze minder goed. Dit komt doordat ze hun reserve opgebruiken.
39
New cards
Verschil tussen strongyliden bij paarden en jongvee
* Jongvee komt onbesmet op de weide
* Bij paarden geen homogene verspreiding van de larven op de weide → Paarden mesten namelijk in een bepaalde zone.
* overbezetting of slechte kwaliteit weide → grazen in defecatiezone
40
New cards
Dynamiek weidebesmetting strongyliden
* Overlevende larven na de winter gaan geleidelijk dalen: larven worden actief en grasgroei
* Paarden komen in het voorjaar op de weide en gaan eieren uitscheiden: eerste schouder door paarden die reeds besmet waren.
* Toename van ei uitscheiding door opnamen van larven.
* Overlevende larven na de winter gaan geleidelijk dalen: larven worden actief en grasgroei
* Paarden komen in het voorjaar op de weide en gaan eieren uitscheiden: eerste schouder door paarden die reeds besmet waren. 
* Toename van ei uitscheiding door opnamen van larven.
41
New cards
Schade door strongyliden wordt veroorzaakt door ..
Migrerende larven
42
New cards
Pathologie Strongylus vulgaris (grote strongylide)
* Letsels aan a. mesenterica vanaf 3 maanden na infectie. Krijgen fibreuze verdikking van de wand en vorming bloedklonters.
* Risico op embolieën die haarvaten in darmen gaan verstoppen → lokale necrose.
* Ook beschadiging van darmepitheel doordat wormen hierin bijten (nemen in beperkte mate bloed op)
43
New cards
Symptomen bij larvaire en volwassen stadia Strongylus vulgaris
* Larven; anorexie, vermagering, doffe vacht, koorts, __koliek__, __sterfte__.
* Typisch in winter → zitten in a. mesenterica cranialis
* Volwassen wormen; conditieverlies, diarree en lichte anemie.
* Meestal in zomer, maar kan hele jaar door.
44
New cards
Ziektebeeld kleine strongyliden
* Vrijkomende larven uit darmwand gaan problemen geven → ze zorgen voor **darmontsteking, overvloedige slijmproductie en ulcera.**
* Krijgen fysieke beschadiging van de darmwand.
* Geen probleem totdat ze met duizenden zijn en ze tegelijk vrijkomen (uit **hypobiose**) → enteritis
* Als wormen massaal wakker worden i.p.v. geleidelijk kan dit acute problemen veroorzaken → **acute erge diarree → wintercyathostominase**
45
New cards
Waardoor kunnen strongylide wormen massaal tegelijk wakker worden? (3)
* Stress
* Immunosuppressie
* Anthelminthicum behandeling
46
New cards
Wintercyathostominose
* Larvaire stadia kleine strongyliden
* Anorexie, vermagering, doffe vacht, **acute stinkende** diarree, koorts, koliek, sterfte → = **chronisch atypisch ziektebeeld**
* Als het dier het overleeft → nooit meer zo fit als ervoor
47
New cards
Diagnose strongyliden
* **Symptomen en seizoen**
* meestal in lente → door stress al eerder = wintercyathostominase
* Gaan **inschatten hoe hoog de infectiedruk** is (weidebeheer) en kijken naar ontwormingsschema
* als goed ontwormt en goed weidebeheer → rule out worm infections
* Bevestigen met mestonderzoek: McMaster of MiniFlotac.
* Grenswaarde = 500 EPG.
* wormeieren aantonen weinig belang → volwassen wormen meestal geen probleem
* Larven aantonen: wintercyathosominose → macroscopisch of microscopisch
* Rectaal onderzoek → voelen turbulentie in arteria → kan niet bij groot paard
* ELISA; **werkt ook voor larven in hypobiose**
* detectielimiet: 5000 mucosale larven
* antilichamen tegen larven aantonen
48
New cards
Veranderingen bij een bloedonderzoek die indicatief zijn voor infectie met strongyliden (5)
* Totaal eiwitgehalte daalt
* Beta-globulines stijgen (IgE)
* Albumine daalt (< 20g/L)
* Albumine / globuline ratio daalt (
49
New cards
Wat kunnen we doen bij vermoeden van Strongylus vulgaris bij een niet te groot paard (diagnostiek)
Rectaal onderzoek: als je zindering voelt door turbulentie is dat bijna pathognomonisch.
50
New cards
Behandeling grote strongyliden
Volwassen wormen:

* Benzimidazoles: fenbendazole, mebendazole p.o.
* Pyrantel p.o.
* Macrocyclische lactones; ivermectine p.o., moxidectine p.o.

\

Immature stadia

* Macrocyclische lactones; ivermectine p.o., moxidectine p.o.
51
New cards
Behandeling kleine strongyliden
Volwassen wormen:

* Pyrantel p.o.
* Macrocyclische lactones; ivermectine p.o., moxidectine
* (Geen BZD → resistentie)

\

Immature stadia:

* Macrocyclische lactones; ivermectine p.o. → werkt enkel tegen larven die niet meer in darmwand zitten.
* **Moxidectine** werkt niet 100% en mogen we niet gebruiken bij veulens
52
New cards
Egg Reappaerance Period
* Hoe lang duurt het tot we weer eieren in de mest terugvinden.
* Is voornamelijk afhankelijk van het stadium waartegen het anthelminhticum werkt.
* Het verkorten van deze periode is een beginstadium van resistentie.
53
New cards
Resistentie tegen middelen voor de behandeling van strongyliden
* Geïsoleerde gevallen van resistentie tegen pyrantel in Nederland.
* Verkorte Egg Reappaerance Period tegen macrocyclische lactones in België en Nederland
* Resistentie tegenover BZD bij kleine strongyliden
54
New cards
Hoe kunnen we resistentie uitstellen? (6)
* Correct doseren
* Niet elk jaar dezelfde groep anthelminthica gebruiken
* Niet verplaatsen naar zuivere wei bij behandeling: je creëert een resistente populatie
* Geen resistentie importeren (quarantaine + behandeling)
* Resistentie regelmatig opsporen (FECRT)
* Niet te vaak ontwormen
55
New cards
FECRT strongyliden
= Fecal Egg Count Reduction Test

* FEC voor behandeling en 7-14d na behandeling opmeten
* reductie > 90% BZD of pyrantel
* reductie > 95% Macrocyclische lactones
56
New cards
Goed weidebeheer (6)
* Goede kwaliteit grasland
* Geen overbezetting
* Verschillende leeftijdsgroepen apart
* Gemengd grazen met herkauwers → als geen natte weide!
* Omweiden
* Mest verwijderen!
57
New cards
Egg reappearance period strongyliden voor pyrantel, ivermectine en moxidectine + preventie
* ontwormingsschemas hierop gebaseerd
* **Pyrantel** = 4 weken
* **Ivermectine** = 7-8 weken → ontwormen om de 2 maanden
* **Moxidectine** = 12-16 weken → ontwormen om de 4 maanden
* (in principe: als ontwormingsproduct 100% efficient → geen reappearance tot herinfectie)
58
New cards
Preventief ontwormen strongyliden
* basisregel: alle paarden tegelijk ontwormen
* manageigenaren laten vaak elk baas zijn eigen ding doen → chaos
* ontwormingsschemas zijn gebaseerd op ‘risicoweiden’
* hoge bezettingsdichtheid (>3 paarden/ha)
* jonge dieren
* advies op maat geven
* pyrantel, ivermectine of moxidectine
59
New cards
Ontwormen strongyliden → hoe kan men advies op maat geven?
* inschatten van de overwinterde weidebesmetting
* kennis van weidebeheer en ontwormingen van vorige seizoenen
* kennis van het weidebeheer voor het komende weideseizoen
* monitoring van de infectie: mestonderzoek
* zo bepalen wanneer en welke dieren behandelen
60
New cards
Mengmonsters (5)
* Max 10 stalen per leeftijdscategorie
* Een mestbal per dier
* Bodemmateriaal en gras verwijderen
* Grondig mengen
* Koel bewaren
61
New cards
Strongyliden monitoring → tijdstip van behandeling bepalen groep
* onbehandelde groepen: 1x/md mest onderzoeken
* behandelde groepen: op einde van ERP mest onderzoeken
* als ei-uitscheiding laag is kan je ontwormings-beurt skippen
* onbehandelde groepen: 1x/md mest onderzoeken
* behandelde groepen: op einde van ERP mest onderzoeken
* als ei-uitscheiding laag is kan je ontwormings-beurt skippen
62
New cards
Interpretatie van individuele meststaal bij strongyliden
* EPG > 500: Paard ontwormen
* 200 < EPG < 500:
* Op een hoog-risico weide: ontwormen.
* Op een laag-risico weide: niet ontwormen.
* EPG < 200: Niet ontwormen

→ relatief groot deel paarden altijd lage EPG dus mest individuele stalen niet te veel ontwormen :)
63
New cards
Interpretatie van mengmest bij strongyliden
* EPG > 200: groep paarden ontwormen
* 100 < EPG < 200
* op een hoog risico weide ontwormen
* op een laag risico weide niet ontwormen
* EPG < 100: groep niet ontwormen
64
New cards
Alternatieve controle strongyliden
* Duddingtonia flagrans → nematofage fungus → eten wormen op
* combineren met weidebeheer (en anthelminticumbehandelingen)
* dagelijks toedienen gedurende periode van transmissie
65
New cards
Immuniteit Oxyuris equi
Weinig immuniteitsopbouw. Hierdoor is herinfectie perfect mogelijk.
66
New cards
Cyclus Oxyuris equi
* Volwassen wormen leven in DD
* Vrouwelijke wormen migreren naar het rectum en zetten hier eieren af in een kleverige vloeistof rond de anus.
* Eieren ontwikkelen binnen 5-6 dagen (snel) en zijn dan besmettelijk.
* Irriterend → paard gaat overal tegen schuren
* Paarden infecteren zich door te likken aan obstakels waar eieren op plakken.
* Ontwikkeling tot volwassen worm duurt lang.
67
New cards
Symptomen Oxyuris equi
* Dieren hebben anale jeuk → schuren waardoor haren van de staart afbreken → rattenstaart
* Soms zijn eieren met vloeistof macroscopisch zichtbaar = pathognomonisch.


* Volwassen wormen zijn weinig schadelijk
68
New cards
DD Oxyuris equi
Zomereczeem
69
New cards
Diagnose Oxyuris equi
* Plakband methode
* Eieren hebben typische vorm
* Plakband methode 
* Eieren hebben typische vorm
70
New cards
Behandeling Oxyuris equi
* Kunnen alle geregistreerde anthelminthica gebruiken: benzimidazoles, pyrantel, ivermectine, moxidectine.
* Moeten stal grondig reinigen om herinfectie te voorkomen.
* Regelmatig wassen van perianale regio paard.

Soms gaat behandeling toch falen → resistentie niet bevestigd → **verwittig de eigenaar!**
71
New cards
Hoe zien we verschil tussen een herinfectie met Oxyuris equi en falen van de behandeling?
Bij een herinfectie gaan **pas na 5 maanden** na behandeling terug symptomen ontstaan
72
New cards
Wanneer kan Fasciola hepatica voorkomen bij paarden?
Bij paarden die op vochtige schapen- of runderweiden staan

(HKWs dont have to currently be there)
73
New cards
Symptomen Fasciola hepatica
Paarden relatief weinig gevoelig voor Fasciola → symptomen niet specifiek:

* Anorexie
* Prestatievermindering
* Gewichtsverlies
* (Eventueel lichte diarree en anemie)
74
New cards
Diagnose Fasciola hepatica
* Diagnose is moeilijk
* Anamnese → natte HKW-weide
* Als er simultaan HKWs op de weide staan gaan we deze best bemonsteren voor een diagnose
* Bij bemonsteren paard is de kans groot op een vals negatief resultaat aangezien er **weinig eieren in de feces** zitten
* bloed oz: GGT en GLDH stijgen (leverenzymes)
* (geen copro-Ag detectie itt HKWs)
75
New cards
Behandelen Fasciola hepatica
* Triclabendazole p.o.
* Werkt ook tegen larvaire stadia: belangrijk want bij paard zijn meeste botten niet volwassen.
76
New cards
Cyclus Dictyocaulus arnfieldi
* Vergelijkbaar met deze van Dictyocaulus viviparus bij het rund.
* Geen kruisinfectie.
* Ezels zijn natuurlijke gastheer.
77
New cards
PPP en PP Dictyocaulus arnfieldi
PPP = 1,5-3 maand

PP = 5 jaar in ezel reservoirs
78
New cards
Symptomen Dictyocaulus amfieldi (4)
* Bronchopneumonie
* Droge hoest
* Anorexie en vermageren secondair

Ezels hebben zelden klinische symptomen
79
New cards
Diagnose
* Anamnese: hoest en samen met ezel op weide.
* BAL: hierin vinden we eosinofielen → BAL wel behoorlijk invasief.
* Fecesonderzoek **ezel**:
* Baermann voor aantonen levende L1 larven
* McMaster voor aantonen eieren en L1.
* Best beide om gevoeligheid te verhogen.
80
New cards
Behandelen Dictyocaulus amfieldi
* Macrocyclische lactones: ivermectine p.o.
81
New cards
Preventie Dictyocaulus amfieldi
* Ezels en paarden niet samen laten grazen.
* Als paard en ezel toch samen staan: ezels ontwormen bij opstallen of inweiden + om de 2-3 maanden tijdens weideseizoen
* wormen overleven de winter niet op de weide
82
New cards
Piroplasmen
Babesia en Theileria

* parasieten in bloedcellen
* Babesia → peervormige → 2/RBC
* Theileria → ronde in WBC en RBC → 4/RBC
83
New cards
Transmissie piroplasmen
Teken

* Babesia caballi: trans-ovarieel en trans-stadieel
* Theileria equi: trans-stadieel. Meestal volwassen teken die de parasiet dragen

\

Belangrijkste vectoren:

* **Dermacentor spp** → focaal in BE
* (Rhipicephalus spp)
* (Hyalomma spp)
84
New cards
Welk van de piroplasmen komt het meest voor in België?
* **Theileria equi** → “kleine babesia” → pathogener
* T. equi komt veel voor in europa (warmere streken) → in NL en BE = **importgevallen**
85
New cards
Pathogenese Babesia caballi
* Merogenie in RBC zorgt voor destructie
* Vrijstelling pyrogenen
86
New cards
Symptomen bij acuut ziektebeeld Babesia caballi (7)
* Incubatieperiode 7-12d
* Hemolytische **anemie**
* Hemoglobinurie
* Koorts
* Apathie
* Koliek
* Sterfte

Bij ons geeft de ziekte altijd een acuut ziektebeeld → de paarden populatie is gevoelig
87
New cards
Symptomen bij chronisch ziektebeeld Babesia caballi (5)
* Hemolytische anemie
* Vermoeidheid
* Vermageren
* (Oedeem)
* Zien soms ook atypische vorm → different symptoms
88
New cards
Symptomen Theileria equi (7)
* Incubatieperiode 10-20d
* **Hoge koorts**
* **Lethargie**
* **Erge hemolytische anemie**
* Icterus, Hemoglobinurie


* Soms ook gezwollen lymfeklieren, dyspnee, koliek, constipatie
* Sterfte
89
New cards
Wat zien we postmortem bij de piroplasmen (5)
* Anemie
* Icterus (T. equi)
* Splenomegalie, Hepatomegalie
* Bloedingen
* Exsudaat in pericard en lichaamsholten → vnl T. equi
90
New cards
Diagnose piroplasmen
* Anamnese en symptomen indicatief
* In acute fase bloeduitstrijkje maken van perifere bloedvaatjes → kleuring
* Wel vaak vals negatieven → zeker meerdere uitstrijkjes maken.
* PCR
* Serologie; niet betrouwbaar in acute fase.
* Gebruiken dit enkel voor chronische gevallen of export.
91
New cards
Opties serologie piroplasmen
* Complement bindings-reactie;
* differentiatie B. caballi en T. equi.
* Lage gevoeligheid
* Referentietest in verschillende landen → eigenlijk de minst betrouwbare
* IFT → differentiatie en hogere gevoeligheid
* ELISA
92
New cards
Behandeling piroplasmen
* **Imidocarb IM**
* Behandelen 2x met 3d interval bij B. caballi
* Behandelen 4x met 3d interval bij T. equi → minder werkzaam
* Behandelen ook met een **hogere dosis** en **combineren met oxytetracycline**.
93
New cards
Preventie piroplasmen
* Geen efficiënte tekencontrole bij paarden = probleem
* Kunnen imidocarb niet hele jaar inspuiten → geeft 3-6 weken bescherming klinsche babesiose
94
New cards
Oorzaak equine protozoaire myeloecephalitis (EPM)
* Sarcocystis neurona
* Komt hier niet voor, maar is importziekte
95
New cards
EGH Sarcocystis neurona
Opossum
96
New cards
Sarcocystis neurona epidemiologie
* inheem in N- en Z-amerika
* de meeste seropositieve paarden ontwikkelen geen EPM
* EPM is vooral een probleem bij spoortpaarden (stress?)
* in Europa enkel importziekte
97
New cards
Letsels Sarcocystis neurona
* EPM = equine protozoaire myeloencephalitis
* Letsels 3-4 weken na besmetting
* Endopolygenie in zenuwcellen en WBC zorgt voor **zenuwsymptomen** → wat precies: afh. van de localisatie van de letsels
* Focale bloedingen, necrose en niet-purulente myeloencephalitis.
98
New cards
Diagnose Sarcocystis neurona
* Moeilijk
* Anamnese: zenuwsymptomen + verblijf in Amerika
* Aantonen antilichamen in serum of cerebrospinaal vocht = betrouwbaar
99
New cards
Behandeling Sarcocystis neurona
* Heel lastig → prognose niet goed
* Zo snel mogelijk
* Gepotentialiseerde sulfonamiden (5m)
* Toltrazuril of diclazuril (1-2m). Succes niet gegarandeerd.
100
New cards
Schurftmijt
Chorioptes equi