Looks like no one added any tags here yet for you.
Uitwendige ademhaling: Een gaswisseling van O² tot CO²
Celademhaling: Het geheel van chemische reacties uit energierijke organische stoffen, die energie opleveren aan de hand van dissimilatie of katabolisme.
Dat is de afbraak van grote moleculen, in kleinere moleculen. Deze kunnen volgende doeleinden bevatten:
Chemische energie: Opbouw van energierijke organische stoffen
Mechanische energie: Beweging van het organisme en cellen en/of celonderdelen
Elektrische energie: Zenuwen, en contractie van spiercellen
Lichtenergie of Bioluminescentie: Lichtcellen.
Cöenzym Q - Vormt 2H+ om de cyclus terug te starten
Cytochroom a³ : 1ATP tijdens de reductase
Cytochroom c : 1ATP tijdens de oxidase
Cytochroom b : 1ATP tijdens de reductase
NADH+ → vormt 3 mol ATP per reactie
FADH² → vormt 2 mol ATP per reactie
Totaal: 36 tot 38 ATP → 38 als NADH+ de laatste reactie is
→ 36 als FADH² de laatste reactie is
De twee geslachten worden onderling uitgetest op elkaar.
V(A) x M(a) = K(A)
M(A) x V(a) = K(A)
In conclusie: Dat is een kruising waarbij het geslacht geen ruil maakt
Dat is een heterozygoot organisme waarbij beide fenotypen tot uiting komen.
F2:
1/2 kans op één van de twee dominante kenmerken
1/2 kans dat allebei de dominante kenmerken tot uiting komen
Bij een Monohybride kruising tussen twee homozygote partners, zullen alle F1-nakomelingen hetzelfde uiterlijk vertonen.
Reciprociteitsregel: Het geslacht van de ouders hebben geen invloed op het fenotype van de nakomelingen
Dominantieregel: Alle nakomelingen van de F1 generatie vertonen het dominante kenmerk.
De F1 hybriden komen in een vaste getalsverhouding
Dominant-recessief = 3 / 1
Codominantie = 1 / 2 / 1
Ze zijn klein, gemakkelijk kweekbaar en hebben een makkelijk dieet
Ze leven slechts 14 dagen, en zijn constant vruchtbaar waardoor je snel generaties krijgt
Ze verschillen al veel van elkaar
Er zijn maar 8 chromosomen, die veel nuttige informatie geven zoals vorm en lengte
Wegens ethische redenen is een kruisproef niet verantwoord
Generatieduur is groot
Weinig nakomelingen
Extreem veel genen
Polygenie
Statistisch onderzoek
Stamboom onderzoek → Hier wordt elk heterozygoot genotype die tot uiting komt dominant verklaard. Symboliek, gewoon de figuren die gebruikt worden voor de (non-)geslachten. Boven-onder = Generatie → Links, rechts = Geboortedatum.
Cytogenisch onderzoek: Onderzoek van de chromosomen in de metafase na de inwerking van eiwitsplitsende enzymen.
De erfelijkheidsgraad is de mate waarin het kenmerk door een genotype bepaald wordt
Ze vergelijken twee broers/zussen
Je kan leren dat sommige kenmerken altijd hetzelfde kunnen zijn
Fossielen passen in het huidige classificatiesysteem van levende organismen
Oudere fossielen zijn eenvoudiger dan recente fossielen
Er zijn overgangsvormen van kenmerken tussen twee groepen, bv reptiel → vogel
We zien evolutieve lijnen, op basis van chronologie
Koolstof 14-methode
K-Ar-methode
Homologe organen: ze hebben hetzelfde bouwplan, maar door veranderende omstandigheden zijn zij aangepast. Bijvoorbeeld alle voorste ledematen bij gewervelde dieren lijken op elkaar.
Analoge organen: zelfde functie, andere anatomie. Bijvoorbeeld een vogel en een vleermuis hebben allebei vleugels, maar zijn op een andere manier opgebouwd.
Rudimentaire organen: organen die aanwezig zijn, maar geen functie meer hebben. Bijvoorbeeld het staartbeen bij de mens.