Looks like no one added any tags here yet for you.
Ik ben aangewezen ______ de hulp van mijn zus.
op
Ik ben afhankelijk ______ de hulp van mijn zus.
van
Ik leid ______ je verhaal af dat je moe bent.
uit
Ik maak ______ je verhaal op dat je moe bent.
uit
Hij spoort mij aan ______ betere prestaties.
tot
Hij moedigt mij aan ______ betere prestaties.
tot
Ik ben erg ______ hem gesteld.
op
Ik kan goed ______ hem opschieten.
met
Geef jij iets ______ haar?
om
Houd jij ______ haar?
van
Heb jij een hekel ______ studeren?
aan
Heb jij een afkeer ______ studeren?
van