Woordenlijst 1

studied byStudied by 9 people
5.0(1)
Get a hint
Hint

a posteriori

1 / 542

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Zelfstudiepakket ntb1

Dutch

1st

543 Terms

1

a posteriori

later, achteraf

New cards
2

a priori

al gelijk vooraf, van tevoren

New cards
3

aanmerken

iets ter afkeuring opmerken

New cards
4

aanname, de

hypothese, veronderstelling

New cards
5

premisse

aanname, hypothese, veronderstelling

New cards
6

abominabel

afschuwelijk,, verfroeilijk

New cards
7

absorberen

inzuigen, opslorpen

New cards
8

accidenteel

af en toe, bijkomstig

New cards
9

acclimatiseren

aan een ander klimaat wennen

New cards
10

de accumulatie

opeenhoping

New cards
11

accuraat

zeer nauwkeurig

New cards
12

achterhaald

verouderd, uit de tijd

New cards
13

de acquisitie

verwerven van orders

New cards
14

ad hoc

speciaal voor dit doel

New cards
15

ad rem

snedig, gevat, geschikt

New cards
16

het adagium

spreekwoord, spreuk

New cards
17

de adaptatie (adaptief, adapteren)

de aanpassing (aan omstandigheden, een milieu, een vorm)

New cards
18

additief

toevoeging

New cards
19

additioneel

toegevoegd

New cards
20

agogie

opvoedings-en vormingswerk

New cards
21

alterneren

elkaar afwisselen, in regelmatige afwisseling op elkaar volgen

New cards
22

amalgaam

mengelmoes, mengsel van ongelijksoortige bestanddelen

New cards
23

ambulant

op de been, zonder vaste plaats, niet bedlegerig

New cards
24

amoreel

gebrek aan moreel besef

New cards
25

amorf

ongevormd, vormeloos

New cards
26

analoog

overeenkomstig, overeenkomend

New cards
27

de annotatie

aantekening

New cards
28

anomalie

onregelmatigheid, afwijking van de regel of wet

New cards
29

antedateren

voorzien van een te vroege datum

New cards
30

anticiperen

vooruitlopen op

New cards
31

de appendix

aanhangsel in of bij een boek

New cards
32

applicatie

toepassing

New cards
33

arbitrair

willekeurig

New cards
34

artificieel

kunstmatig

New cards
35

aselect

bepaald door toeval, willekeurig

New cards
36

het assessment

een test waarbij men nagaat of iemand geschikt is (vaak ivm een sollicitatie)

New cards
37

de assimilatie

het in elkaar opgaan, aanpassen

New cards
38

de associatie

verenigen van personen, organisaties of staten, vooral met een ec. doel; onwillekeurig aangeleerde verbinding van gedachten, voorstellingen

New cards
39

attenderen

attent, opmerkzaam maken

New cards
40

attitude

gedrag

New cards
41

auditief

op het gehoor betrekking hebbend

New cards
42

autonoom

zelfstandig, onafhankelijk

New cards
43

de aversie

weerzin, afkeer

New cards
44

bagatelliseren

doen alsof het onbelangrijk is

New cards
45

basaal

behorend tot de basis, fundamenteel

New cards
46

beklijven

in de herinnering blijven

New cards
47

beogen

iets proberen te bereiken

New cards
48

berokkenen

iets kwaads teweegbrengen, veroorzaken

New cards
49

bewerkstelligen

teweegbrengen, uitvoeren

New cards
50

bijschaven

kleine gebreken bijwerken, herstellen

New cards
51

bilateraal

tweezijdig, wederzijds bindend

New cards
52

binair

tweevoudig, zich in tweeën verdelen

New cards
53

blauwdruk

ontwerp, afdruk van een bouwkundige of technische tekening

New cards
54

blootstellen

blootgeven

New cards
55

exposeren

blootstellen, blootgeven

New cards
56

bonafide

betrouwbaar

New cards
57

de bottleneck

knelpunt

New cards
58

de branche

bedrijfstak

New cards
59

de bureaucratie

bestuursapparaat van ambtenaren (positieve betekenis); logge en grote organisatie die strikt volgens regeltjes werkt (negatieve betekenis)

New cards
60

calculeren (de calculatie)

berekenen

New cards
61

de capaciteit

bekwaamheid, geschiktheid, kundigheid

New cards
62

de casus

geval

New cards
63

catalogiseren

in de catalogus opnemen

New cards
64

catastrofaal

noodlottig

New cards
65

causaal

oorzakelijk

New cards
66

centreren

naar het centrum brengen

New cards
67

cesuur

de grens, breukvlak voor de verandering

New cards
68

charitatief

liefdadig

New cards
69

charteren

afhuren, hulp inroepen

New cards
70

chronologisch

rangschikking van de gebeurtenissen in volgorde waarin ze zich afspeelden

New cards
71

circa

ongeveer

New cards
72

circulair

kringvormig, rondgaand

New cards
73

citeren

woorden letterlijk aanhalen

New cards
74

civiel

burgerlijk

New cards
75

claimen (de claim)

vorderen, zich opwerpen als winnaar, beweren

New cards
76

classificeren (de classificatie)

klasseren, ordenen

New cards
77

de clausule

bepaling (in een contract)

New cards
78

het cliché

afgezaagde uitdrukking

New cards
79

de/ het cluster

tros, groep, geheel (dingen die bij elkaar horen)

New cards
80

de co-existentie

het (vreedzaam) naast elkaar samenleven

New cards
81

de coalitie

verbond tussen belangengroepen

New cards
82

cognitief (de cognitie)

de kennis betreffend

New cards
83

coherent

samenhangend, logisch gestructureerd

New cards
84

de cohesie

de samenhang

New cards
85

het collectief (adjectief of zn.)

met de hele groep, gezamenlijk

New cards
86

het colloquium

wetenschappelijke vergadering, discussiecollege

New cards
87

de commotie

ophef, opschudding

New cards
88

consternatie

commotie, ophef, opschudding

New cards
89

compatibel

aansluitbaar, verenigbaar (bv. stekker en stopcontact)

New cards
90

de compensatie

vereffening, vergoeding

New cards
91

competent

ter zake kundig, bekwaam, vaardig (competentie: bekwaamheid)

New cards
92

de compilatie

informatiedrager (boek, cd, …) waarop bestaande teksten, muziekstukken, films of filmfragmenten zijn samengebracht, zonder toevoeging van nieuw materiaal

New cards
93

complementair

aanvullend

New cards
94

compliceren (de complicatie)

ingewikkeld maken

New cards
95

comprimeren

samenpersen, zippen

New cards
96

component

onderdeel, bestanddeel

New cards
97

het concept

ontwerp; voorlopige formulering van een regeling, een wet, brief of geschrift

New cards
98

concessie

tegemoetkoming

New cards
99

confidentieel

vertrouwelijk

New cards
100

configureren (de configuratie)

beschrijven welke eenheden, facultatieve voorzieningen en programma’s op een systeem moeten geïnstalleerd zijn, dan wel het daadwerkelijk uitvoeren hiervan

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 8601 people
... ago
4.6(43)
note Note
studied byStudied by 2469 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 1 person
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 26989 people
... ago
4.9(62)
note Note
studied byStudied by 17 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 2 people
... ago
5.0(1)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (41)
studied byStudied by 1 person
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (22)
studied byStudied by 28 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (26)
studied byStudied by 4 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (41)
studied byStudied by 13 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (197)
studied byStudied by 27 people
... ago
5.0(3)
flashcards Flashcard (63)
studied byStudied by 10 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (30)
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (32)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
robot