de waarde
la valeur
waardevol ><waardeloos
précieux, qui a de la valeur >< nul, sans valeur
waarderen
apprécier
de waardering
l'appréciation
toenemen (nam toe - toegenomen )><afnemen (nam af - afgenomen)
augmenter ><diminuer
stijgen (steeg - gestegen) >< dalen
augmenter ><diminuer
de norm
la norme
opleggen
imposer
vastleggen = bepalen
fixer
vervagen
s'estomper
het ideaal
l'idéal
een ideaal nastreven
poursuivre un idéal
een ideaal realiseren
réaliser un idéal
het gedrag (de gedragingen)
le(s) comportement(s)
een gedrag aanleren ><afleren
apprendre un comportement >< désapprendre un comportement
een gedrag stellen
adopter un comportement
zich gedragen
se comporter
de gedragsregel (-s)
la règle de comportement
de houding
l'attitude
een houding aannemen (nam aan - aangenomen)
adopter une attitude
lijken
sembler
blijken
s'avérer
eenvoudig >< ingewikkeld
simple >< complexe
de authenticiteit
l'authenticité
de beleefdheid
la politesse
de beroemdheid
la célébrité
de betrouwbaarheid
la fiabilité
het bezit
la possession
de burgerzin
le civisme
de creativiteit (nieuwigheid)
la créativité
de eerlijkheid
l'honnêteté
de gelijkheid
l'égalité
de gezondheid
la santé
het idealisme
l'idéalisme
het individualisme
l'individualisme
de kennis
la connaissance
de leefbaarheid
la durabilité
de loyaliteit
la loyauté
de moraliteit
la moralité
de openheid
l'ouverture
de oprechtheid
la sincérité
de orde
l'ordre
het plezier
le plaisir
de privacy
la vie privée
het realisme
le réalisme
de rechtvaardigheid
la justice
de redelijkheid
le raisonnable
het relativisme
le relativisme
de solidariteit
la solidarité
de stabiliteit
la stabilité
de traditie
la tradition
de veiligheid
la sécurité
de verdraagzaamheid (tolerantie)
la tolérance
de vooruitgang
le progrès
de vrijheid
la liberté
de waarheid
la vérité
de welvaart
la prospérité
de wijsheid
la sagesse
de persoonlijke ontwikkeling
l'épanouissement personnel
de zorgzaamheid
la sollicitude
de zuinigheid (spaarzaamheid)
le sens de l'économie (la parcimonie)
kleingeestig, bekrompen
mesquin
ruimdenkend
ouvert d'esprit
tolerant, verdraagzaam
tolérant
haatdragend
rancunier
welwillend
bienveillant
begrijpend
compréhensif
Goedhartig
bon
wreed / gemeen
cruel, vil, mauvais
ernstig, serieus
sérieux
diplomatiek
diplomate
tactvol
plein de tact
attent, zorgzaam
attentionné
(on)beleefd
(im)poli
aardig, vriendelijk, lief
gentil, amical, aimable
veeleisend
exigeant
streng
sévère
laks
laxiste
rigide, star
rigide
Flexibel
flexible
(on)gevoelig
(in)sensible
overgevoelig
hypersensible
Onverschillig
indifférent
eerlijk, integer, openhartig
honnête, intègre, franc
oprecht
sincère
loyaal, trouw
loyal, fidèle
(on)betrouwbaar
(pas) fiable
vals
faux
oppervlakkig
superficiel
Diepzinnig
profond
wantrouwig
méfiant
goedgelovig
crédule
rebels, ongehoorzaam
rebelle, désobéisant
volgzaam, gehoorzaam
soumis, docile
Bekwaam
capable
behulpzaam
serviable, prévenant
Pragmatisch
pragmatique
nuchter, rationeel, redelijk
réaliste, rationnel, raisonnable
Idealistisch
idéaliste
subjectief
subjectif