1/22
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
waar
meeste in darmen: colon: lumen van dikke en dunne darmwand
huid
— alle lichaamsoppervlakken wat een opening heeft nr de buitenwereld (= volledige maagdarmstelsel)
wanneer/ontstaan
onder nrmle omstandigheden vanaf geboorte — foetus is steriel (behalve wnr infectie of ziekte ofz is geweest)
vaginale geboorte: bacteriën in vagina overnemen
keizersnede: buik ontsmet: geen bacteriën meenemen — eerste bacteriën die komen uit omgeving (huidoppervlakte)
mens: cellen vs microbiota: biomassa, aantal cellen, aantal genen
| Mens | Microbiota |
|
Biomassa (kg DW) | 20 | 0,2 | 100 x meer |
Aantal cellen | 1013 | 1014 | 10 x minder ! |
Aantal genen | 20.000 (genoom) | 2 miljoen (microbioom) | 100 x minder !!! |
microbioom vs microbiota
microbioom: alle micro-organismen en hun genen = collectieve genetisch materiaal
microbiotica: alle microbiële taxa (verschillende micro-organismen): collectieve microbiome
Microbiota = de bewoners (micro-organismen).
Microbioom = hun genetische bibliotheek (alle genen).
microflora
= uit planten en dierenwereld → niets te maken met microbiota ⇒ fout!!
micro-organismen in maag-darmstelsel
meeste zijn anaeroob
facultatieve anaeroben = zowel leven/groeien met zuurstof of zonder
aerobe bacteriën: mond, neus, oren

50 verschillende phyla beschreven
4 dominanten
500 - 1000 verschillende species — iedereen unieke samenstelling/verschillend


bespreek
gezondheidsbevorderende bacteriën:
lactobacillen en bifidobacteria ⇒ gezondheidsbevorderende bacteriën: probiotica
groei van pathogene geinhibeerd: zure omgeving
middenste termen:
tussen pathogene en probiotica: soms goed soms slecht afhv situatie → pathogene vooral gelinkt aan putrefactie (= proteïnefermentatie) → vooral linkercolon anders te veel pathogene stoffen ontstaan
⇒ worden commensale bacteriën genoemd = grote hoeveelheden voorkomen
pathogene effecten micro-organismen
: in kleinere hoeveelheden in lichaam voorkomen in lichaam = moet zo blijven, want anders ziekte associatie
microbiota
Definitie: De microbiota verwijst naar alle micro-organismen (bacteriën, virussen, schimmels, archaea) die in een bepaald ecosysteem leven, zoals in de darm, op de huid, in de mond, enz.
Focus: Het gaat om de organismen zelf, dus de levende cellen.
Voorbeeld: De darmmicrobiota = alle bacteriën en andere micro-organismen die in je darm aanwezig zijn.
microbioom
Definitie: Het microbioom verwijst naar het totale genetische materiaal (DNA) van alle micro-organismen in dat ecosysteem.
Focus: Het gaat om de genetische informatie, niet om de organismen zelf.
Voorbeeld: Het darmmicrobioom = alle genen van de micro-organismen in je darm.
diversiteit microbiota
α-diversiteit
in 1 individu ± 160 verschillende species
β-diversiteit
tussen individuen == grote verschillen
voeding
omgeving
leeftijd
ziekte
gamma diversiteit
totale diversiteit
hoe wordt diversiteit tussen individuen gecreëerd

verloop evolutie α-diversiteit
baby - 3j: toename aan microbiota
3j-75j: redelijk stabiel (als geen aanpassingen voor voeding, ziekte)
75j wisselingen: voorspellen dood (toename slechte microbiota)
microbiële identiteit
Microbiota is variabel tussen individuen, maar specifiek per individu (zelfde als vingerafdruk)
enterotypes
Een enterotype is een classificatie van levende organismen op basis van de bacteriologische samenstelling van de darmmicrobiota.
— 3 geïdentificeerd obv:
geslacht
gewicht
nationaliteit
leeftijd en dieet: mogelijkheid om type te veranderen (6maanden vr switch)

functie enterotypes
kunnen gelinkt worden aan bepaalde ziektes/pathogene (nuttige info)
variatie op originele model enterotypes
prevotella, ruminococcus, bacteroides 1 of bacteroides 2
bacteroides 2: significant lagere bacterial load dan B1
gelinkt met bepaalde pathologiën
functies darmmicrobiota: positief
Verdere afbraak onverteerbare stoffen: 10-15 % extra energie voor de gastheer
Bacteriële fermentatie: H2, CO2, korte keten vetzuren
Als energiebron voor de colonocyten (boterzuur)
Boterzuur: apoptose van kankercellen
Synthese van benodigde stoffen: vitamine K
Resistentie tegen kolonisatie van pathogenen
Productie van bioactieve polyfenolen
Immuunstimulatie en -modulatie
functies darmmicrobiota: negatief
Infectie/invasie van pathogenen
Vorming van toxines
botuline toxine
bacilus sereus
Vorming van genotoxische componenten afkomstig van voeding (bv. nitrosamines rood vlees)
Microbiota stimuleert vetopname en synthese
microbiota ziekte en gezondheid: invloed omgeving op microbiota
dieet:
westers (ongezond) vs niet westers (meer volle voeding)
hele granen, fruit, noten, groenten
vezels, vet, proteïne
slechte invloed: antibiotica, drugs en alcohol, suiker/bewerkt eten, toxines

normobiosis vs dysbiosis
normobiosis = alles wat in homeostase is = gezonde toestand (kan geen pathologie produceren)

microbiota en ziektes binnen maag-darmstelsel
Helicobacter pylori
Ziekte van Crohn Colitis ulcerosa
IBS
Clostridium difficile infectie
microbiota en ziektes buiten maag-darmstelsel
