thema 5 en 6 1+2) HERKANSING!

Homeostase

Het in stand houden van een dynamisch evenwicht in het inwendige milieu van organismen

Inwendig milieu

Bloed en weefselvloeistof tussen de cellen van een weefsel

Via regelgevingen

Worden bepaalde normaalgesproken gehandhaafd. Hierdoor is er een dynamisch evenwicht

Dynamisch evenwicht

Een evenwicht dat schommelt rondom een bepaalde normwaarde

Negatieve terugkoppeling

Het resultaat van een proces heeft een remmende invloed op het proces

Positieve terugkoppeling

Versterkt een toename van het resultaat het proces

Hormoonklieren (endocriene klieren)

Van het hormoonstelsel geven hormonen af aan het bloed (secretie)

Exocriene klieren

(Zweetklieren en speekselklieren) geven hun product af via een afvoerbuis

Hormonen regelen de werking van doelwitorganen

Organen waarvan de cellen receptoren bezitten waaraan het hormoon kan binden

Hypothalamus

Regelt de secretie van hormonen door de hypofyse

Hypofyse

Produceert o.a. hormonen die de werking van andere hormoonklieren beïnvloeden. Geeft af (ADH en oxytocine). Produceert (groeihormoon, TSH, FSH, LH)

Oxytocine

Stimuleert het ontstaan van weeën aan het einde van de zwangerschap en tijdens de geboorte en zorgt voor de melksecretie bij het zogen (hypofyse geeft af)

Antidiuretisch hormoon (ADH)

Regelt de resorptie van water in de nieren bij vorming urine (hypofyse geeft af)

Groeihormoon

Regelt groei en ontwikkeling (product van hypofyse)

Thyreoïdstimulerend hormoon (TSH)

Reguleert de schildklier (product van hypofyse)

FSH en LH

Reguleren processen in de eierstokken en teelballen (product van hypofyse)

Schildklier

Produceert schildklierhormoon (thyroxine)

Schildklierhormoon

Stimuleert de stofwisseling. Bij kinderen stimuleert het ook de groei en ontwikkeling van het centrale zenuwstelsel

TSH

Stimuleert de opname van jodium door de schildkliercellen en de productie van thyroxine

Thyroxine

Remt de productie van TSH (negatieve terugkoppeling)

Eilandjes van Langerhans (alvleesklier)

Produceert insuline en glucagon deze regelen de glucose concentratie in het bloed

Insuline

Verlaagd de glucose concentratie in het bloed door de opname van glucose in lichaamscellen te stimuleren en ervoor te zorgen dat in cellen van lever en spieren glucose → glycogeen

Glucagon

Verhoogt de glucoseconcentratie in het bloed door in cellen van lever en spieren de omzetting van glycogeen → glucose te stimuleren. Glucose wordt afgegeven aan het bloed