AFPF casus 2

5.0(1)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/32

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

33 Terms

1
New cards

Intracellulaire pathogenen

Pathogenen die zich binnenin de cellen bevinden.

2
New cards

Extracellulaire pathogenen

Pathogenen die zich buiten de cellen bevinden.

3
New cards

Interferonen

Eiwitten die door cellen worden geproduceerd als reactie op virale infecties en die de afweer van het lichaam stimuleren.

4
New cards

Actieve immuniteit

Immuniteit die ontstaat wanneer het lichaam zelf antistoffen aanmaakt tegen een antigeen.

5
New cards

Passieve immuniteit

Immuniteit die verkregen wordt zonder dat het lichaam zelf antistoffen aanmaakt, bijvoorbeeld via de placenta of antiserum.

6
New cards

Natuurlijke immuniteit

Immuniteit die ontstaat door blootstelling aan ziekteverwekkers of subklinische infecties.

7
New cards

Kunstmatige immuniteit

Immuniteit die ontstaat door vaccinatie of toediening van anatoxinen.

8
New cards

Geneesmiddel

Een stof die gebruikt wordt ter bestrijding van een ziekte of klachten, werkt op cellulair niveau.

9
New cards

Generieke naam

De moeilijke naam die de chemische samenstelling van een geneesmiddel beschrijft.

10
New cards

Merknaam

De commerciële naam van een geneesmiddel, vaak aantrekkelijk voor consumenten.

11
New cards

Aspecifieke afweer

Een afweermechanisme dat gericht is op een breed scala aan antigenen en altijd actief is.

12
New cards

Eerste lijns afweer

Fysieke en chemische barrières zoals huid en slijmvliezen die infecties helpen voorkomen.

13
New cards

Tweede lijns afweer

Interne afweermechanismen zoals ontstekingsreacties en koorts die optreden na een infectie.

14
New cards

Ontstekingsreactie

Lichaamsreactie op een lokale inbraak, gekenmerkt door pijn, roodheid, warmte, zwelling en functieverlies.

Rubor, calor, dolor, tumor en functio laesa

15
New cards

Koorts

Verhoging van de lichaamstemperatuur door pyrogenen, wat de afweer versnelt.

16
New cards

Fagocytose

Proces waarbij leukocyten pathogenen opsluiten, opeten en verteren.

17
New cards

Humorale immuniteit

Immuniteit die gericht is op het maken van antistoffen door B-lymfocyten.

18
New cards

Cellulaire immuniteit

Immuniteit die gericht is op intracellulaire pathogenen door T-lymfocyten.

19
New cards

T-helpercellen

Cellen die andere immuuncellen stimuleren en ondersteunen in hun functie.

20
New cards

Cytotoxische T-cellen

Cellen die antigenen onschadelijk maken door enzymen af te geven.

21
New cards

Antigeen

Een stof die een immunologische reactie oproept, zoals bacteriën of virussen.

22
New cards

Farmacokinetiek

De studie van wat het lichaam doet met een geneesmiddel, inclusief absorptie, distributie, metabolisme en eliminatie.

23
New cards

Biologische beschikbaarheid

De hoeveelheid van een geneesmiddel die na toediening beschikbaar is in de bloedsomloop.

24
New cards

Polyfarmacie

Het gebruik van meerdere geneesmiddelen door een patiënt, wat kan leiden tot interacties.

25
New cards

Steady state

De toestand waarin de snelheid van toediening en eliminatie van een geneesmiddel gelijk zijn, waardoor de concentratie constant blijft.

26
New cards

Minimaal effectieve concentratie (MEC)

De laagste dosis van een geneesmiddel die een therapeutisch effect heeft.

27
New cards

Maximaal toelaatbare concentratie (MTC)

De hoogste dosis van een geneesmiddel voordat het toxisch wordt.

28
New cards

Therapeutische breedte

Het verschil tussen MEC en MTC, wat de veiligheid van een geneesmiddel aangeeft.

29
New cards

Halfwaarde-tijd

De tijd die nodig is voor de concentratie van een geneesmiddel in het lichaam om met de helft af te nemen.

30
New cards

Controlled release-preparaat

Een geneesmiddel dat vertraagd wordt afgegeven in het lichaam.

31
New cards

De belangrijkste antimicrobiële substanties in de eerste verdedigingslinie

Zweet, talg, traanvocht, speeksel, maagzuur

32
New cards

B-lymfocyten

  1. Plasmacellen

  2. B-geheugencellen

33
New cards

T-lymfocyten

  1. T-helpercel

  2. Cytotoxische T-lymfocyt

  3. T-geheugencel

  4. T-Regulatoir