Les 9 - Groepsprocessen

studied byStudied by 1 person
0.0(0)
Get a hint
Hint

Wat is een groep?

1 / 43

encourage image

There's no tags or description

Looks like no one added any tags here yet for you.

44 Terms

1

Wat is een groep?

Twee of meer mensen die met elkaar omgaan en onderling afhankelijk zijn in de zin dat hun behoeften en doelen ervoor zorgen dat ze elkaar beïnvloeden.

New cards
2

Groepen

Zijn mensen die zich hebben verzameld voor een gemeenschappelijk doel

New cards
3

Voorbeelden van groepen

  • Burgers die elkaar in het gemeentehuis ontmoeten om een gemeenschapsprobleem op te lossen

  • Mensen die zich hebben verzameld om op een feestje stoom weg te blazen.

New cards
4

De samenstelling en functie van groepen

  • Primaire groepen

  • Secundaire groepen

  • Open groepen

  • Gesloten groepen

New cards
5

Primaire groepen

Groepen die worden gekenmerkt door persoonlijke en emotionele relaties.

New cards
6

Secundaire groepen

Groepen die worden gekenmerkt door onpersoonlijke en formele omgang.

New cards
7

Open groepen

Groepen die open staan voor nieuwe leden.

New cards
8

Gesloten groepen

Groepen die geen nieuwe leden meer toelaten

New cards
9

Lidmaatschapsgroepen

Groepen waarvan de leden slechts verbonden zijn in naam of fysieke aanwezigheid, maar verder geen betrokkenheid ervaren

New cards
10

Referentiegroepen

Groepen waarin de persoonlijke betrokkenheid van de leden groot is. Wordt gebruikt als normgroep bij het vormen van gevoelens, attitudes en gedrag. Ook groepen waarvan iemand niet zelf lid is, kunnen voor die persoon als referentiegroep dienen.

New cards
11

Leden van groepen lijken vaak op elkaar omdat

  • Veel groepen hebben de neiging om mensen aan te trekken die al op elkaar lijken vooraleer ze deel uit maken van een groep;

  • Groepen hebben de neiging om op zo’n manier te werken dat gelijkenissen bij de leden aanmoedigt.

New cards
12

Sociale normen

Zijn een krachtige bepalende factor voor ons gedrag. Sommige worden gedeeld in de samenleving, sommige worden gedefinieerd door kleinere groepen.

Bijvoorbeeld wat te dragen op een bruiloft of begrafenis.

New cards
13

Sociale rollen

De meeste groepen hebben een aantal goed gedefinieerde, die gedeelde verwachtingen zijn in een groep over hoe bepaalde mensen zich moeten gedragen. Ze specificeren hoe alle groepsleden moeten handelen, sociale rollen bepalen hoe mensen die bepaalde posities in de groep innemen zich moeten gedragen.

New cards
14

De potentiële kosten van sociale rollen

  • Mensen kunnen zichzelf zo ver verliezen in een rol dat ze hun eigen persoonlijke identiteit en persoonlijkheden kunnen verliezen.

  • Als u een rol schendt, zullen mensen uw gedrag in twijfel trekken. De sociale druk die wordt uitgeoefend op mensen die zich niet aan hun rol houden, verklaart waarom het zo moeilijk kan zijn om uit de rollen te stappen die je zijn toegewezen

New cards
15

Wat doet het veranderen van rollen

  • Zorgen voor conflict

  • Kunnen zorgen voor be*invloeding van onze persoonlijkheid

New cards
16

Wat zijn de rollen die mensen aannemen in groepen

Krachtige determinanten van hun gevoelens, gedrag en persoonlijkheid.

New cards
17

Waarom sluiten mensen zich bij groepen aan?

Groepen voldoen aan een aantal fundamentele menselijke behoeften - zo eenvoudig, dat er misschien zelfs een aangeboren behoefte is om tot groepen te behoren.

New cards
18

Voorbeelden van waarom aansluiten bij een groep

  • Vanuit een evolutionair perspectief is er een aanzienlijk overlevingsdrang om banden met anderen op te zetten. om grenzen te stellen met andere mensen.

  • Groepen kunnen een belangrijke bron van informatie zijn en helpen om dubbelzinnigheid op te lossen.

  • Groepen zijn een belangrijk onderdeel van onze identiteit en helpen ons te definiëren wie we zijn.

  • Groepen helpen bij het vaststellen van sociale normen, de impliciete of expliciete regels die bepalen wat acceptabel gedrag is.

New cards
19

Sociale facilitatie

De neiging van mensen om eenvoudige taken beter te volbrengen als er andere mensen in de buurt zijn, ongeacht of ze alleen maar toekijken of gewoon aanwezig zijn.

New cards
20

Chen (1937)

  • Sociale facilitatie in het dierenrijk:

    • Onderzocht of mieren meer zandkorrels verplaatsen als ze in het gezelschap zijn van een of twee congeneren. En dat deden ze.

New cards
21

De Castro (1991)

  • Ons eetgedrag

    • Stelde vast dat hoe groter de groep aan tafel, hoe meer mensen ook zelf eten. Vergelijkbare resultaten werden ook gevonden bij kleuters.

New cards
22

We kunnen spreken van sociale facilitatie wanneer....

  • Een prestatie verbetert of wordt vergemakkelijkt.

  • Door de aanwezigheid van soortgenoten

  • Ongeacht of zij hetzelfde soort gedragingen stellen of alleen maar toekijken of gewoon aanwezig zijn.

New cards
23

Sociale belemmering

De neiging om complexe, moeilijke of nog niet beheerste taken slechter uit te voeren in aanwezigheid van anderen.

New cards
24

We kunnen spreken van sociale belemmering wanneer....

  • Een prestatie wordt bemoeilijkt of belemmerd

  • Door de aanwezigheid van soortgenoten

  • Ongeacht of zij hetzelfde soort gedragingen stellen of alleen maar toekijken of gewoon aanwezig zijn.

New cards
25

Social Loafing

Beschrijft de neiging van individuen om minder moeite te doen als ze deel uitmaken van een groep. Omdat alle leden van de groep hun inspanningen bundelen om een gemeenschappelijk doel te bereiken, draagt elk lid van de groep minder bij dan wanneer ze individueel verantwoordelijk zouden zijn

New cards
26

We kunnen spreken van social loafing wanneer....

  • individuen werken (minimaal) samen

  • Gemeenschappelijke opdracht

  • Afzonderlijke inspanningen gemeenschappelijk resultaat.

New cards
27

Wat kun je doen om ‘social loafing’ te voorkomen?

  • Williams (1993)

    • Individuele motivatie

    • Identificatie met de groep

New cards
28

Individuele motivatie (Williams, 1993)

Om social loafing te voorkomen, kunnen de deelnemers in de groep het gevoel krijgen dat ieders inzet onmisbaar is en dat ze zelf ook een persoonlijk belang hebben bij het bereiken van het vooraf bepaalde groepsresultaat. - collectieve straf voor het niet halen van een afgesproken cijfer

New cards
29

Identificatie met de groep (Williams, 1993)

Social loafing is lager binnen kleine groepen mensen - hoe groter de groep, hoe hoger de sociale luiheid. Ook in groepen met een hoge groepscohesie is er minder sociaal loafing.

New cards
30

Sociale compensatie

De omgekeerde trend van social loafing, waarbij mensen extra inspanningen leveren wanneer blijkt dat bepaalde leden van de groep om de een of andere reden in staat of bereid zijn om minder bij te dragen dan nodig is om het gemeenschappelijke doel te bereiken.

Ook in groepen en culturen waarin solidariteit en groepsbelang centraal staan, zien onderzoekers het soms.

New cards
31

Positieve effecten van onherkenbaarheid

  • Anonimiteit van een groep

  • Sociale durf

New cards
32

Anonimiteit van een groep

Als mensen zich in de groep kunnen verstoppen, is het minder riskant om met voorstellen te komen die waarschijnlijk verkeerd zijn. Groepsanonimiteit kan een veilige omgeving bieden voor degenen die bang zijn om hun nek uit te steken, zodat individuele prestaties worden gestimuleerd in plaats van vertraagd

New cards
33

Sociale durf

Een groep kan ook een kader bieden waar het individu gemakkelijker risico's durft te nemen.

New cards
34

Zajonc’s eenheidsverklaring

  • Eerste die verklaringsmodel ontwierp dat beide fenomenen tegelijk inzichtelijk kon maken

  • Verwerven van nieuwe of moeilijke taken worden gehinderd door aanwezigheid van anderen, terwijl louter uitvoeren van een gekend of eenvoudig gedrag veeleer gefaciliteerd wordt

<ul><li><p>Eerste die verklaringsmodel ontwierp dat beide fenomenen tegelijk inzichtelijk kon maken</p></li><li><p>Verwerven van nieuwe of moeilijke taken worden gehinderd door aanwezigheid van anderen, terwijl louter uitvoeren van een gekend of eenvoudig gedrag veeleer gefaciliteerd wordt</p></li></ul>
New cards
35

Eenheidsverklaring

  • Baron (1978)

    • Studenten moesten woordparen inprenten

      • Alleen of in aanwezigheid van enkele medestudenten

      • Zon – maan, hond – kat, man-vrouw

      • Fiets – deur, hoorn – berg, peer – lucht

    • Leren van gemakkelijke woordparen werden sociaal gefaciliteerd

    • Moeilijk te associëren woordkoepels trager geleerd in de sociale dan alleen situatie.

New cards
36

Arousal

Algemene activeringstoestand die de bereidheid van het individu om te handelen bepaalt

New cards
37

Dominante reactie

Meest natuurlijke reactie, gedrag dat spontaan wordt uitgelokt door de situaties van het moment

New cards
38

Waarom veroorzaakt de aanwezigheid van anderen een verhoogd arousal?

  • Het maakt ons meer alert

  • Mensen maken zich vaak zorgen over hoe andere mensen hun evalueren - dit wordt ook wel evaluatievrees genoemd

  • Het kan een aandachtsconflict veroorzaken

New cards
39

Deindividuatie

Het opgaan in de menigte. Het is een proces waarbij we onze individuele identiteit verliezen door de schijnbare anonimiteit waarin we vertoeven.

New cards
40

De-individuatie kan…

  • De drempel voor antisociaal gedrag verlagen

  • Sociaal gedrag faciliteren → Je wordt socialer

New cards
41

Experiment Gergen, Gergen & Barton (1973)

  • Deviance in the dark

    • Twee groepen mensen in één van twee kamers geplaatst.

    • Donkere kamer :

      • Deelnemers volledig anoniem (geblinddoekt).

      • Hoorden dat er geen regels waren.

      • Infraroodcamera's gebruikt zodat elk gedrag kon worden geregistreerd.

      • Ontwikkelden al snel een gevoel van intimiteit.

      • Toen ze te horen kregen dat ze elkaar zouden ontmoeten nadat ze in het donker hadden gezeten?

        • Mensen waren afstandelijker: minder knuffelen, niet bij elkaar in de buurt zitten, stelden ze minder snel voor,..

    • Lichte kamer:

      • Weinig tot geen sociaal gedrag.

    • Dus anoniem zijn leidt niet altijd tot afwijkend gedrag

New cards
42

Effecten van deindividuatie

  • Het zorgt ervoor dat mensen zich minder verantwoordelijk voelen voor hun acties.

  • Het verhoogt de mate waarin mensen zich houden aan de groepsnormen.

    • Persoonlijke identiteit (hoe ik mezelf ervaar als individu)

    • Sociale identiteit (besef lid te zijn van bepaalde groepen, plus positieve of negatieve gevoelens en appreciaties die zo’n lidmaatschap met zich meebrengt).

New cards
43

Sociale identiteitsmodel (side model) van deindividuatie

  • Van individuele identiteit → collectieve identiteit

  • Deindividuatie treft mensen ten goede of ten kwade

    • Dit hangt af van de kenmerken en normen van de groep rond het individu

New cards
44

Experiment Zimbardo (1971)

  • Prison experiment

    • Willekeurige studenten kregen rol van gevangene of bewaker

    • The Stanford County Jail - kelder van de afdeling psychologie

    • Bewakers werden veel te agressief

    • Gevangenen werden passief, hulpeloos en teruggetrokken.

    • Mensen raakten zo in hun rol dat hun persoonlijke identiteit en fatsoensgevoel op de een of andere manier verloren gingen

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 12 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
note Note
studied byStudied by 3 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
note Note
studied byStudied by 3 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
note Note
studied byStudied by 16 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
note Note
studied byStudied by 300 people
Updated ... ago
5.0 Stars(2)
note Note
studied byStudied by 16 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
note Note
studied byStudied by 7 people
Updated ... ago
5.0 Stars(2)
note Note
studied byStudied by 1263 people
Updated ... ago
5.0 Stars(5)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard45 terms
studied byStudied by 8 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
flashcards Flashcard46 terms
studied byStudied by 242 people
Updated ... ago
4.0 Stars(2)
flashcards Flashcard44 terms
studied byStudied by 2 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
flashcards Flashcard42 terms
studied byStudied by 28 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
flashcards Flashcard20 terms
studied byStudied by 13 people
Updated ... ago
5.0 Stars(2)
flashcards Flashcard21 terms
studied byStudied by 21 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
flashcards Flashcard332 terms
studied byStudied by 171 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)
flashcards Flashcard230 terms
studied byStudied by 107 people
Updated ... ago
5.0 Stars(1)