Bio thema 3 begrippen vwo 1 | Quizlet

Prokaryoot

naam voor bacteriën en archaea; een klein eencellig organisme zonder celkern

Eukaryoot

organisme met één of meerdere grote cellen met celkern

Meercellig

een organisme dat bestaat uit meerdere cellen

Ras

Groepen waar je de organismen van een soort kunt indelen

Selectie

het proces waarbij niet alle organismen van dezelfde soort hetzelfde aantal nakomelingen krijgt

Tweezijdig symmetrisch

voorwerpen (of dieren) die je op één manier in gelijke helften kunt delen

Inwendig skelet

het skelet aan de binnenkant van het lichaam van een dier

Spore

Een cel waaruit een nieuwe plant kan ontstaan

Zaadplanten

vaatplanten die zich voortplanten door middel van zaden die ontstaan in de bloemen van de plant

Sporenplanten

planten die zich voortplanten door middel van sporen

wieren (algen)

planten die in het water leven en geen bladeren, stengels en bloemen hebben

Gisten

eencellige schimmels die zich voortplanten door deling

Paddenstoel

speciale organen waar de sporen in ontstaan bij sommige schimmelsoorten

Infectie

ziekten bij planten, mensen of dieren die veroorzaakt worden door een schimmel

Biotechnologie

een verzamelnaam voor technieken waarbij mensen organismen gebruiken om producten te maken

Warmbloedige dieren

dieren waarbij de lichaamstemperatuur altijd even hoog is

koudbloedige dieren

dieren waarbij de lichaamstemperatuur gelijk is aan de temperatuur van de omgeving

Zogen

Het voeden van moedermelk aan een jong dier, via borst, uier of melkklier

Kop

aan dit deel van het lichaam zitten de mond en ogen

Borststuk

aan dit deel van het lichaam zitten de poten en de vleugels

Kenmerk

een eigenschap waarmee je een organisme kunt onderscheiden van andere organismen

Rijk

naam voor verdere indeling van een hoofdgroep

Eencellig

een organisme dat bestaat uit één cel

Vertakkingsschema

schema waarin je de indeling in steeds kleinere groepen kunt weergeven

Variatie

kleine verschillen tussen organismen van dezelfde soort

Evolutie

ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen

verwantschap

overeenkomst in DNA en uiterlijk van verschillende organismen

DNA-sequentie

volgorde van de basen in het DNA

DNA-sequencing

De DNA-Sequentie van organismen snel in kaart brengen met DNA-technieken

Symmetrisch

voorwerpen (of dieren) die je in twee gelijke helften kunt verdelen

Veelzijdig symmetrisch

voorwerpen (of dieren) die je op meerdere manieren in ongeveer gelijke delen kunt verdelen

Niet symmetrisch

voorwerpen (of dieren) die je op geen enkele manier in twee gelijke helften kunt verdelen

Skelet

De stevige delen van een dier, geeft stevigheid en bescherming

Uitwendig skelet

het skelet aan de buitenkant van het lichaam van een dier

Vaatplanten

planten die vaten hebben voor het transport van stoffen

Schimmeldraden

lange, dunne draden waaruit meercellige schimmels meestal bestaan

Knop

het begin van een nieuwe gistcel, ontstaat bij gistcellen die zich delen

Antibioticum

geneesmiddel om bacteriën te doden

Wervelkolom

onderdeel van het skelet dat is opgebouwd uit wervels

Levendbarend

dieren waarbij de jongen niet uit eieren, maar uit de moeder komen

Leden

Kleine stukjes waar de poten van heleedpotigen uit zijn opgebouwd

Segmenten

de stukjes waar het lichaam van geleedpotigen uit is opgebouwd

Achterlijf

het achterste deel van het lichaam en zit aan het borststuk vast

Nog leren (20)

Je hebt een begin gemaakt met het leren van deze termen. Hou vol!