LATIJN; cultuur; Romeinse koningstijd

Pegasus Novus 2

Koningstijd

753-509 v.C.

Rebupliek

509-27 v.C.

Keizertijd

27v.C. - 476 n.C.

de Etrusken (rol, bloeiperiode, invloed)

bloeiperiode: 7e - 6e eeuw v.C.

rol: liggen mee aan oorsprong van Rome

invloed: architectuur, taal, schrift, politiek, godsdienst, militair

ontstaan van Rome (2 mythes)

Aeneas & Romulus en Remus

Aeneas

zie boek

datums: stichting Lavinium 1176 v.C. , stichting Alba Longa 1152 v.C.

Romulus & Remus

zie boek

Romulus

37j, 1e koning, 1e nederzetting op Palatinusheuvel

andere heuvels;

• capitolinus

• esquilinus

• aventinus

• caelus

• viminalis

• quirinalis

probleem: niet genoeg vrouwen → Sabijnse maagdenroof

Numa Pompilius

43j

Sabijnse oorsprong

zeer vredelievend

belang Romeins geloof

adviseur = zijn vrouw

stelt college der Vestaalse maagden

bouw van tempel van Janus, god der begin en einde

Tullus Hostilius

31j

Latijnse afkomst

oorlogzuchtig

oorlog tussen Rome en Alba Longa: Hortarii en Curatii

verantwoordelijk voor verwoesting van Alba Longa → bijnaam ‘hostilius’

eerste senaatsgebouw optrekken → Curia hostilia

Ancus Marcius

26j

vredelievende Sabijn

kleinzoon Numa Pompilius

belang Romeins geloof

grote interesse in Etruskische beschaving

start met bouw van de gevangenis (Mamertinum), aan voet van Palatijnheuvel naast het Forum Romanum

aanleg haven Ostia

Pons Sublicius, eerste brug over Tiber

Tarquinius Priscus

37j

schuift zonen van Ancus Marcius aan de kant om zelf 1e Etruskische koning te worden

bouwwerken: Cloaca Maxima, Forum Romanum, Circus Maximus

samen met vrouw Tanaquil 4 bio-kinders en 1 geapoteerd (Servius Tullius)

Servius Tullius

33j

verhaal zie boek

Tarquinius Superbus

25j

laatste Etruskische koning

senaat zuiveren van volgelingen Servius Tullius om troon te verzekeren

verliest populariteit door zoon Sextus → verhaal zie boek

Collatinus en Brutus

eerste consuls, begin van rebupliek (509 v.C.)

koningen op volgorde

Romulus, Numa Pompilius, Tullus Hostilius, Ancus Marcius, Tarquinius Priscus, Servius Tullius, Tarquinius Superbus (Collatinus en Brutus)