1/21
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
Prospect
een klant dat je graag zou willen binnenhalen
Bereik
Het aantal mensen dat je advertentie ziet. Dit betekent dat je zoveel mogelijk unieke mensen wilt bereiken.
Frequentie
Hoe vaak dezelfde persoon je advertentie ziet. Soms is het nodig dat mensen je boodschap meerdere keren zien om het te onthouden
Als je een breed bereik wilt:
richt je je op zoveel mogelijk mensen. Dit is belangrijk als je merk al bekend is en je nieuwe mensen wilt aantrekken.
Wanneer heb je nood aan hoge frequentie:
- nieuw product (launch)
- merk met weinig merkbekendheid
- merk met lage merk loyaliteit
- doelgroep is weinig gemotiveerd
Flighting
Je adverteert intensief in korte periodes, en tussendoor stop je helemaal.
Bijvoorbeeld: Ik werk in de fashion mode, maar je focust op promoties in mei en december.
Continuous
Je adverteert gelijkmatig en continu, zonder pauzes.
Bijvoorbeeld: Je hebt een vast budget en plaatst wekelijks een advertentie in Antwerpen, zodat je altijd zichtbaar bent.
Pulsing
Je adverteert continu, maar in bepaalde periodes adverteer je extra intensief.
Bijvoorbeeld: Je plaatst het hele jaar door advertenties, maar zet veel extra budget in voor de uitverkoop in juli en januari.
Wanneer gebruik je flighting?
Producten met ‘low involvement’ hebben een hoge merkbekendheid nodig zodat geen verwarring ontstaat met concurrentie.
Je wilt vaak adverteren om verwarring met andere merken te voorkomen.
Het helpt om veel advertenties in korte periodes te plaatsen, zodat je opvalt en de concurrentie overstemt.
Wanneer gebruik je GEEN flighting?
bij de lancering van een nieuw merk; je moet continu zichtbaar zijn om het merk bekend te maken.
Tussen de periodes zonder advertenties kan de verkoop dalen, en andere merken kunnen dan de aandacht overnemen.
Bij seizoensgebonden producten is het slim om vlak voor de verkoopspiek veel te adverteren of het hele jaar door merkbekendheid te behouden.
Geef de objectieven uit een mediaplan voor klaargemaakte gerechten:
Bereik de VVA's van grote families
-> Richt je advertenties op gezinnen met grote huishoudens, want zij zijn waarschijnlijker om kant-en-klaargerechten te kopen.
Concentreer op grootsteden
-> Mensen in steden zijn meer geneigd om kant-en-klaarmaaltijden te proberen, omdat ze openstaan voor nieuwe producten en vaak minder tijd hebben om te koken.
Constante mediadruk
-> Zorg ervoor dat je reclame zichtbaar blijft door het hele jaar, behalve bij een lancering, waar je extra reclame inzet om aandacht te trekken.
Reclamedruk spreiden over het land
-> Pas je reclamebudget aan aan de regio's waar meer wordt verkocht, zodat het effectiever wordt gebruikt.
Kies geschikte media
-> Gebruik mediakanalen (zoals video of sociale media) die goed laten zien hoe makkelijk en snel het is om de gerechten te bereiden.
Frequentie en breed bereik
-> Laat mensen je advertentie vaak zien (hoge frequentie) om de boodschap te laten hangen en breid daarna je publiek uit voor maximale impact.
Variabelen die bij mediaplanning een rol spelen ( Bij mediaplanning zijn er verschillende dingen waar je rekening mee moet houden.)
•Beperkende variabelen
•Variabelen i.v.m. objectieven.
•Variabelen i.v.m. mediastrategie
•Andere variabelen
push-strategie
Het product wordt actief gepromoot, bijvoorbeeld door winkels aan te moedigen het te verkopen.
pull-strategie
Consumenten worden direct aangesproken, zodat ze het product zelf gaan vragen in de winkels.
Welke strategie gebruik je bij succesvolle markten?
defensieve strategie
Welke strategie gebruike je bij minder succesvolle markten?
offensieve strategie
Cummulatieve frequentieverdeling
geeft een totaalbeeld van hoeveel procent van de doelgroep een specifieke minimumfrequentie haalt.
Netto dekking
Het percentage van de doelgroep dat minstens één tijdschrift leest. Elke persoon wordt slechts één keer geteld, ongeacht hoeveel tijdschriften ze lezen.
bruto dekking
Het totale aantal contacten (lezingen). Hier tel je elke lezing van een tijdschrift, dus mensen die meerdere tijdschriften lezen, worden meerdere keren geteld.
Opportunity to see
Het gemiddelde aantal keren dat iemand in de doelgroep een advertentie ziet. Dit wordt berekend door de bruto dekking te delen door de netto dekking.
Hoe bereken je de OTS( opportunity to see?)
Bruto dekking/ nettodekking
Start van elk mediaplan
Reclamebereik: Het aantal mensen dat de advertentie te zien krijgt binnen een bepaalde periode (bijvoorbeeld tijdens een koopcyclus).
Mediumbereik: Het aantal mensen dat blootgesteld wordt aan het medium zelf (zoals een tijdschrift, website of tv-programma), maar het zegt niet of ze de advertentie zelf hebben gezien.
Nuttig bereik: Het aantal mensen binnen de doelgroep dat ook echt in contact komt met het medium waarin de advertentie staat.
Frequentie: Hoe vaak iemand uit de doelgroep gemiddeld in aanraking komt met de advertentie in de opgegeven periode.
Continuïteit: Hoe je de mediacampagne over de tijd verspreidt (bijvoorbeeld elke maand een beetje, of alles in één maand).