IRW - verbintenissenrecht

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/55

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

56 Terms

1
New cards

Rechtsfeit

= feit dat resulteert in rechtsgevolgen

2
New cards

Rechtsfeiten sensu stricto

= feiten die intreden of bestaan buiten specifiek aanwijsbaar handelen bv geboorte, dood, leeftijd

3
New cards

Materiële rechtshandeling

= feiten die resulteren uit een concrete menselijke handeling, waarmee niet in het leven roepen van rechtsgevolgen worden beoogd bv buitencontractuele fout

4
New cards

Rechtshandeling

= wilsuiting waarbij één of meer personen de bedoeling hebben om rechtsgevolgen te doen ontstaan

5
New cards

Elementen van de rechtshandeling

Artikel 5.27 BW - 4 geldigheidsvoorwaarden voor een rechtshandeling

  • vrije en bewuste toestemming van elke partij

  • Bekwaamheid van elke partij om contracten aan te gaan

  • Bepaalbaar en geoorloofd voorwerp

  • Geoorloofde oorzaak

6
New cards

Beginselen inzake toestemming

  1. Volwaardige wil

  2. Wil moet rechtsgevolgen beogen

  3. Wil geuit tot hij die de rechtsbetrekking betreft

  4. Discrepantie tussen wil en verklaring (innerlijke wil is niet gelijk aan manier waarop de wil naar buiten komt)

7
New cards

Veinzing

= ‘gewilde discrepantie tussen wil en verklaring’

een situatie waarin partijen een schijnovereenkomst creëren die niet overeenkomt met hun werkelijke bedoelingen. Dit gebeurt vaak door een overeenkomst te sluiten die van buitenaf anders lijkt dan wat intern is afgesproken, bijvoorbeeld een verkoop die in werkelijkheid een schenking is.

→ tussen partijen geldt werkelijk contract

→ derden te goeder trouw kunnen zich zowel op werkelijk als geveinsd contract beroepen - artikel 5.39 BW

8
New cards

Wilsverhinderde dwaling

= partijen hebben ogenschijnlijk overeenstemmende wilsverklaringen afgelegd, maar die overeenstemming berust op een misverstand - artikel 5.31, lid 2 BW

→ leidt tot vernietigbaar contract indien de dwaling doorslaggevend en verschoonbaar is

9
New cards

Dwaling

Artikel 5.34 BW

Voorwaarden:

  • verkeerde voorstelling van een element door een partij

  • Element was doorslaggevend voor rechtshandeling - objectief of subjectief - kenbaarheidsvereiste

  • Verschoonbaarheid

  • Bij de totstandkoming van de rechtshandeling

  • Dwalingsrisico niet uitgesloten

Voorbeeld: dwaling over authenticiteit van kunstwerk

10
New cards

Bedrog

Artikel 5.35 BW

Voorwaarden:

  • materieel element: aanwenden van kunstgrepen

  • Psychologisch element: opzet om wederpartij te misleiden

  • Gevolg van de kunstgrepen is een dwaling

  • Maar de verschoonbaarheid is niet vereist

  • Het bedrog moet uitgaan van een medecontractant

Sanctie:

Hoofdbedrog = bedrog doorslaggevend voor sluiting contract - nietigheid

Incidenteel bedrog = bedrog resulteerde in minder gunstige contractvoorwaarden - schadevergoeding

Voorbeelden: publiciteit, flatteren van omzetcijfers en balans zodat men aandelen koopt, …

11
New cards

Geweld

Artikel 5.36 BW

Voorwaarden:

  • aanzienlijke aantasting van de fysieke of morele integriteit of het vermogen van een partij of van haar naasten

  • Onrechtmatige dwang

  • Indruk op redelijk persoon → vrees voor aanzienlijke aantasting

  • Doorslaggevend voor de contractsluiting

  • Uitgaand van de medecontractant

Voorbeeld: dreigen met proces voorafgaandelijk sluiten van dading

Sancties:

Hoofdgeweld = geweld doorslaggevend voor sluiting contract - nietigheid

Incidenteel geweld = geweld resulteerde in minder gunstige contractvoorwaarden - schadevergoeding

12
New cards

Benadeling

Artikel 5.38 BW

Voorwaarden:

  • onevenwicht tussen de economische prestaties

  • Op het moment van het sluiten van het contract

Probleem: waarde is subjectief gebonden

→ oplossing: enkel nietigheidsgrond in wettelijke gevallen

Voorbeelden: benadeling van de verkoper voor meer dan 7/12 bij verkoop van onroerend goed

NIET een economisch onevenwicht tussen partijen dat ontstaat gedurende de uitvoering van het contract = imprevisieleer

13
New cards

Misbruik van omstandigheden

Artikel 5.37 BW

Voorwaarden:

  • kennelijk onevenwicht tussen prestaties

  • Bij contractsluiting

  • Wegens misbruik door ene partij van omstandigheden verbonden aan zwakke positie van andere partij

Gevolg:

Aanpassing van verbintenis door rechter + indien misbruik doorslaggevend is → relatieve nietigheid

14
New cards

Materiële vergissing

Artikel 5.32 BW

  • vergissing wegens ongewilde discrepantie tussen de werkelijke gemeenschappelijke wil van de partijen en hun verklaarde wil

  • Geen grond tot nietigheid

  • Wel steeds mogelijkheid om recht te zetten

Bv rekenfout

15
New cards

Contract moet alle elementen bevatten die het voorwerp van de verbintenis bepalen:

  • essentiële elementen = elementen die belangrijk zijn om overeenkomst te kwalificeren bv zaak, prijs

  • Substantiële elementen = uit onderhandelingen blijkt dat men aan bepaalde elementen een doorslaggevend belang heeft gehecht bv betalingstermijn

  • Accessoire elementen

16
New cards

Het voorwerp van de verbintenis

Voorwerp is bepaald of bepaalbaar - artikel 5.49 BW

Voorwerp moet mogelijk zijn - artikel 5.47 BW

Voorwerp moet geoorloofd zijn - artikel 5.51 BW

Voorwerp moet in de handel zijn - artikel 5.48 BW

17
New cards

Oorzaak

Artikel 5.53 BW

= de determinerende beweegredenen die elke partij ertoe hebben bewogen om het contract te sluiten voor zover die gekend waren of behoorden te zijn door de andere partij

  • contract zonder oorzaak: relatief nietig, tenzij de wet het toelaat of indien partijen het contract abstraheren van oorzaak

  • Contract uit valse oorzaak: enkel nietig indien dwaling doorslaggevend en verschoonbaar is

  • Contract zonder expliciet uitgedrukte oorzaak: geldig

  • Oorzaak moet geoorloofd zijn → sanctie nietigheid

Voorbeeld: schenkingen gedaan om een overspelige relatie in stand te houden, nadien roept men nietigheid in

18
New cards

In pari causa

Artikel 5.123 BW

Contractspartijen sluiten met kennis van zaken een contract dat strijdig is met de openbare orde of de goede zeden (en die bijgevolg absoluut nietig is)

→ als partijen dit contract geheel of gedeeltelijk uitvoeren kunnen ze het uitgevoerde niet terugvorderen

= preventieve, afschrikkende rol

19
New cards

Nemo auditur

“Niemand wordt gehoord”

= niemand kan zich op zijn eigen onbehoorlijkheid beroepen

Concreet betekent dit dat wanneer iemand een vordering instelt of een verweer voert gebaseerd op zijn eigen ongeoorloofde gedrag, de rechter deze persoon niet zal steunen of een beroep op de rechter zal afwijzen.

20
New cards

Consensueel contract

= geen vormvereiste voor de geldigheid - loutere wilsovereenstemming

Bv een simpele koopovereenkomst

21
New cards

Vormelijk contract

= geldigheid is onderworpen aan vormvereisten

Bv huwelijk, vennootschap met rechtspersoonlijkheid, schenking

22
New cards

Zakelijke contracten

= afgifte vereist

Bv verbruiklening, bruikleen, bewaargeving, handgift

23
New cards

Eenzijdig contract

= één partij heeft verbintenissen

24
New cards

Wederkerig contract - 2 types

= beide partijen hebben verbintenissen

2 types:

  • vergeldend contract = wederkerige prestaties als gelijkwaardig beschouwd bij totstandkoming

  • Kanscontract = bestaan van prestatie hangt af van onzekere gebeurtenis - kans op winst of risico op verlies

25
New cards

Contract ten kosteloze titel

= voordeel verschaffen zonder een voordeel in ruil

Bv een schenking: verleent eigendomsrecht of ander zakelijk recht ten kosteloze titel

Bv een bruikleen: verleent een persoonlijk gebruiksrecht ten kosteloze titel

26
New cards

Onder bezwarende titel

= voor elke partij een voordeel

Bv huur, aannemingscontract, koop

27
New cards

Benoemd contract

= heeft regeling in BW of andere wetgeving

28
New cards

Onbenoemd contract

= heeft geen regeling in BW of andere wetgeving

Bv sponsoring, franchising, leasing

29
New cards

Gemengde contracten

= bevatten elementen van verschillende benoemde contracten

—> drie theorieën:

  • Sui generis theorie: het gemengde contract wordt gezien als een eigen, nieuw type contract, met een eigen regime dat niet volledig valt onder de regels van bestaand benoemde contracten

  • Absorptietheorie: als een component slechts bijkomstig is, dan wordt op de gehele overeenkomst de specifieke regeling toegepast die geldt voor het hoofdcomponent

  • Combinatietheorie: als de componenten duidelijk te onderscheiden zijn dan past men op elk het eigen rechtsregime toe

30
New cards

Precontractuele fase

  • onderhandelingen: dynamische totstandkoming

  • Forumlering van voorstellen en aanbod

  • Onderhandelingsvrijheid - artikel 5.14 BW

  • MAAR precontractuele aansprakelijkheid - artikel 5.17 BW juncto 6.5 BW

    (culpa in contrahendo of culpa in non

  • Informatieplichten - artikel 5.16 BW

  • Foutief afbreken van onderhandelingen

  • Intentie tot contracteren vereist

31
New cards

Aanbod

Artikel 5.19 BW

Elementen:

  • Materiële elementen

    • Essentiële elementen = objectieve elementen, door de wetgever vereiste kenmerken

    • Substantiële elementen = partijen vinden deze subjectief van doorslaggevend belang

    • Accessoire elementen = elementen die het voorwerp kunnen uitmaken van een later akkoord

  • Intentioneel element = aanbod moet ernstig zijn en vaststaan, definitief

  • Mededelingsplichtig

    • Individueel aanbod = gericht tot bepaalde persoon

    • Aanbod gericht tot een onbepaalde groep personen

32
New cards

Aanvaarding

Artikel 5.20 BW

= eenzijdige rechtshandeling waarmee men de instemming betuigt - uitdrukkelijk of stilzwijgend

→ brengt contract tot stand

33
New cards

Opzegging

= eenzijdige, mededelingsplichtige rechtshandeling waarbij een contractspartij aan zijn medecontractant ter kennis brengt dat zij besloten heeft een tussen hen bestaande rechtsbetrekking dadelijk of na verloop van tijd te beëindigen

Of

= wederzijdse opzegging

Kenmerken:

  • eenzijdige rechtshandeling met volwaardige wil, geen aanvaarding vereist

  • Mededelingsplicht

  • Geen motiveringsplicht

  • Vormvrij

  • Onherroepelijke karakter

Wanneer mogelijk?

  • wederzijdse opzegging is altijd mogelijk

  • Eenzijdige opzegging is mogelijk bij contract of als de wet het voorziet of bij contracten van onbepaalde duur

34
New cards

Nietigheid

= sanctie voor gebrek bij totstandkoming rechtshandeling, door middel vna retroactief uitwissen van de rechtshandeling en al haar rechtsgevolgen (erga omnes)

Bv betaalde geldsommen teruggeven + ook ten aanzien van derden

  • door rechterlijke beslissing

  • Door akkoord partijen

  • Buitengerechtelijke nietigheid op eigen risico

35
New cards

Onderscheid relatieve en absolute nietigheid

Artikel 5.58 BW

Absolute nietigheid:

  • schending openbare orde

  • Door iedere belanghebbende & ambtshalve door rechter

  • Niet vatbaar voor afstand

  • Niet dadingsvatbaar

  • Elke stand van geding

Relatieve nietigheid:

  • schending dwingend recht

  • Door beschermde partij

  • Afstand mogelijk wanneer dwingende bescherming vervalt

  • Dadingsvatbaar eens dwingende bescherming vervalt

36
New cards

Bevestiging

Artikel 5.61 BW

= eenzijdige rechtshandeling door beschermde persoon: afstand van recht om zich te beroepen op nietigheid

Moet niet worden aanvaard, kan uitdrukkelijk of stilzwijgend

Enkel voor relatieve nietigheid !!

37
New cards

Gedeeltelijke nietigheid - partiële nietigheid

Artikel 5.63 BW

= om de drastische gevolgen van nietigheid te beperken, de nietigheid heeft slechts betrekking op een onderdeel van een rechtshandeling, voor zover deze deelbaar is

Of deze deelbaar is wordt bepaalt door de wil van de partijen - accessoire/ essentieel karakter

38
New cards

Conversie van nietige rechtshandeling

= omzetting in geldige rechtshandeling die de door partijen beoogde doelstellingen slechts gedeeltelijk maar toch zo goed mogelijk benadert

Initiatief door: partijen, wetgever, rechter

Voorwaarden:

  • gewilde rechtshandeling is nietig

  • Bestanddelen voor andere rechtshandeling zijn aanwezig

  • Geconverteerde handeling verwezenlijkt het doel van de partijen

  • Wil van partijen mag niet onverzoenbaar zijn

39
New cards

Ontbinding

Artikel 5.90 BW

= voor ernstige toerekenbare niet-nakomingen, door beëindiging van het contract + ook bij niet-toerekenbare niet-nakomingen bv overmacht

3 vormen

40
New cards

Gerechtelijke ontbinding

Artikel 5.91 BW

Voorwaarden:

  • wederkerig contract

  • Ernstige toerekenbare tekortkoming

  • Rechter spreekt uit eventueel met schadehersteller

  • Of rechter legt de schuldenaar een termijn op om verbintenis na te komen

Eenzijdige buitengerechtelijke ontbinding - artikel 5.93 BW

  • op schriftelijke kennisgeving van SE

  • Niet-nakoming voldoende ernstig

  • SE nam nuttige maatregelen om niet-nakoming vast te stellen

—> SE handelt altijd op eigen risico

mogelijks a posteriori controle van rechter

41
New cards

Buitengerechtelijke ontbinding

Artikel 5.92 BW - ontbindend beding

  • toerekenbare contractuele tekortkoming

  • Inwerkingstelling door schriftelijke kennisgeving

  • A posteriori controle door de rechter

42
New cards

Ontbinding ‘timoris’

Artikel 5.90, lid 2 BW

  • SA is aangemaand om binnen redelijke termijn voldoende waarborgen te bieden

  • Desondanks duidelijk dat SA verbintenissen niet tijdig zal nakomen

  • Gevolgen van niet-nakoming zijn voldoende ernstig voor SE

Gevolgen: artikel 5.96 BW, deelbaar contract

43
New cards

Schadevergoeding bij tenietgaan contract

  • vergoeding van positief belang

  • Principe van integrale schadevergoeding

  • Schade eventueel forfaitair vast te leggen door schadebeding

    • Artikel 5.88 BW

    • Enkel vergoedend karakter

    • Matigingsbevoegdheid rechter - herleiden bedrag naar evenredigheid

44
New cards

Onmiddelijke vertegenwoordiging

= rechtshandeling verricht in naam en voor rekening van de vertegenwoordigde persoon - lastgeving

Bv ouders, lastgevingscontract

45
New cards

Middelijke vertegenwoordiging

= in eigen naam verricht maar voor rekening van vertegenwoordigde

Naamlening, commissie

46
New cards

Organieke vertegenwoordiging

= rechtspersonen vertegenwoordigd door natuurlijke persoon die optreedt als orgaan

47
New cards

Prokuraleer

= onderscheid tussen vertegenwoordigingsmacht en vertegenwoordigingsbevoegdheid

  • vertegenwoordigingsmacht = vraag of bestuurder zich kan verbinden

  • Vertegenwoordigingsbevoegdheid = vraag of rechtspersoon zich mag verbinden

—> t.a.v. derden hebben ze macht om een rechtspersoon te vertegenwoordigen

MAAR intern hebben ze niet de bevoegdheid om de handeling te stellen

48
New cards

Bijzonder mandaat

= betreft slechts één welbepaalde zaak of bepaalde zaken van de lasthebber

49
New cards

Algemeen mandaat

= betreft alle zaken van de lastgever bv bestuurder van vennootschap

50
New cards

Mandaat in algemene bewoordingen

= waarbij aard van de handelingen niet gepreciseerd worden, vage inhoud, une carte blanche

51
New cards

Uitdrukkelijk mandaat

= lasthebber krijgt onbetwistbaar de bevoegdheid om daden van beschikking te stellen

52
New cards

Bekrachtiging

Kenmerken:

  • eenzijdige rechtshandeling

  • Niet-mededelingsplichtig

  • Onherroepelijk

  • In principe vormvrij

  • Onsplitsbaar

  • Kan ook voorafgaandelijk gegeven worden

Voorwaarden:

  • wil tot bekrachtiging

  • Afwezigheid van wilsgebreken

  • Met kennis van zaken

  • Gedaan door persoon met vereiste bekwaamheid

  • Uitdrukkelijk of stilzwijgend

Gevolgen:

→ alsof vertegenwoordiger altijd al bevoegd was

→ handeling retroactief rechtstreeks toerekenen aan vertegenwoordigde

→ vertegenwoordigde kan 3de medecontractant rechtstreeks aanspreken

→ 3de medecontractant kan vertegenwoordiger niet meer aanspreken

53
New cards

Schijnvertegenwoordiging

Artikel 1.8, §5 BW

1) schijn van toereikende bevoegdheid

2) goeder trouw van derde die zich op schijn beroept

3) toerekenbaarheid van schijn aan schijnvertegenwoordigde

Gevolgen: derde medecontractant kan zich rechtstreeks beroepen op uitvoering van handeling gesteld door schijnvertegenwoordiger

54
New cards

Zaakwaarneming

Artikel 5.128 BW en verder

Voorwaarden:

  • stellen van nuttige handeling

  • Ter behartiging van andermans belang

  • In noodsituatie

  • Verzet meester van de zaak is niet redelijk voorzienbaar

  • Uit vrijwilligheid - optreden buiten wettelijke of contractuele verplichting

Gevolg: rechtstreekse toerekening, vergoeden van noodzakelijke kosten

55
New cards

Ongerechtvaardigde verrijking

Artikel 5.135 BW en verdere

Voorwaarden:

  • verrijking met correlatieve verarming

  • Zonder juridische rechtvaardigheid

  • Subsidiair karakter

Gevolg: vergoeding voor laagste bedrag van de verrijking en de verarming verschuldigd, geraamd op het tijdstip van de vergoeding

56
New cards

Sterkmaking

Artikel 5.106 BW

= men kan zich sterk maken door te beloven dat een derde een welbepaalde prestatie zal verrichten

→ contract op grond waarvan de sterkmaker zich tegenover een begunstigde verbindt tot een specifieke resultaatsverbintenis om iets te doen: een derde overtuigen tot het verrichten van materiële handeling of rechtshandeling

! Uitblijven van resultaat maakt dat sterkmaker een schadeherstel verschuldigd is