contextbegeleiding flashcards

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/89

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

90 Terms

1
New cards

4 dimensies (nagy)

1. dimensie van de feiten

2. dimensie van de psychologie

3. dimensie van de interactie

4. dimensie van de relationele ethiek

2
New cards

dimensie van de feiten

  • iemands verhaal begrijpen

  • betrekking op de feiten in iemands leven

  • nagaan naar wat de persoon al heeft meegemaakt

3
New cards

dimensie van de psychologie

  • hoe hebben mensen de feiten verwerkd?

  • psychologische theorieën (hechtingstheorie, ontwikkelingspsychologie)

  • psychodynamische benadering

4
New cards

dimensie van interactie

  • wat speelt zich af tussen mensen aan waarneembaar gedrag en communicatie

  • hoe verhouden mensen zich tegenover elkaar

5
New cards

dimensie van relationele ethiek

  • Invloed van voorgaande generaties op een mens

  • balans van betrouwbaarheid en wederkerige rechten

6
New cards

vormen van loyaliteit

  • verticale, horizontale en diagonale loyaliteit

  • existentiële en verworven loyaliteit

  • loyaliteitsconflicten

7
New cards

existentiële loyaliteit

  • ontstaat door het verkrijgen van het leven

  • elk kind heeft recht op liefde, aandacht en vertrouwen

  • ontkenning heeft gevolgen voor ontwikkeling van het kind

8
New cards

verworven loyaliteit

  • hoe sterker de band van vertrouwen en zorgzaamheid hoe sterker de loyaliteit

9
New cards

verticale loyaliteit

  • kan niet verbroken worden

  • tussen grootouders-ouders-kind

10
New cards

horizontale loyaliteit

  • loyaliteit die ontstaat door relaties die gekozen worden

  • kan verbroken worden

11
New cards

loyaliteitsconflict

  • mensen moeten kiezen tussen existentiële en verworven loyaliteit

12
New cards

risico loyaliteitsconflict

  • onzichtbare loyaliteit

  • gespleten loyaliteit

13
New cards

gespleten loyaliteit

  • kind wordt gedwongen te kiezen voor de ene ouder, tegen de ander

  • onmogelijke keuze

  • voelt zich verscheurd

  • kiest voor overleven

14
New cards

onzichtbare loyaliteit

  • niet openlijke loyaal kunnen zijn

  • brengt onvrijheid met zich mee

15
New cards

niet openlijk loyaal zijn

  • loyaliteit gaat ondergronds

  • brengt onvrijheid met zich mee

  • werkt door op andere relaties op een destructieve manier

16
New cards

balans van geven en ontvangen

  • opbouwen van gerechtigde aanspraak of verdienste

  • gever bouwt constructief gerechtigde aanspraak op

  • rekening houden met belangen en rechten van alle betrokkenen

17
New cards

balans in beweging

  • ouder geeft meer aan het kind dan dat het kind terug kan geven

  • kind heeft recht om aan ouders te geven

  • kind wordt niet gezien in wat die geeft, zorgt voor gevoel van onrecht

18
New cards

onrecht

  • wanneer ouders geen oog hebben voor de noden van hun kind

  • destructief recht

  • wanneer ouders niet de gepaste zorg, liefde en aandacht kunnen geven

19
New cards

2 soorten onrecht

  • verdelend onrecht

  • vergeldend onrecht

20
New cards

ethische aannames

  • iedere ouder wil een goede ouder zijn

  • belang van geloof in de kracht van de existentiële loyaliteit

21
New cards

destructief recht uit zich in

  • kwaadheid tov zichzelf

  • kwaadheid tov maatschappij

  • kwaadheid tov derden

22
New cards

herstel van onrecht

  • erkenning

  • verbondenheid

  • betrouwbare relaties leren kennen en toelaten

  • vertrouwen opbouwen in zichzelf en de ander

  • autonomie

  • eigen keuzes kunnen maken

23
New cards

constructief recht

  • mensen die gemotiveerd zijn om ervoor te zorgen dat hetgene hen is overkomen zich niet meer herhaald

  • zorgt voor betere toekomst, voor het doorbreken van de vicieuze cirkel generatie op generatie

24
New cards

destructieve parentificatie

  • de verantwoordelijkheid komt niet overeen met de leeftijd en ontwikkelingsmogelijkheden

  • kind draagt zorg voor ouders ipv omgekeerd

25
New cards

4 soorten destructieve parentificatie

  • het zorgende kind

  • het kind dat kind moet blijven

  • het perfecte kind

  • de zondebok

26
New cards

het zorgende kind

  • kind neemt huishoudelijke taken op

  • zorgt voor broer en zus

27
New cards

het kind dat kind moet blijven

  • kind heeft niet geleerd om te geven, door overmaat aan ontvangen

  • jongere durft geen uitdaging aangaan en verantwoordelijkheid van zich afschuiven

  • zowel geven als ontvangen is problematisch

28
New cards

het perfecte kind

  • geen verwerving van zelfbepaling

  • durft geen hulp vragen

29
New cards

de zondebok

  • dwangmatig volhouden dat er geen ouderlijke conflicten zijn

  • moet gaan over hardnekkige afleidingsmanoeuvres naar een kind

30
New cards

constructieve parentificatie

  • kind neemt zorg op voor de ouders maar krijgt erkenning

  • tijdelijk

  • taken vallen binnen ontwikkelingsmogelijkheden

31
New cards

5 aspecten van contextuele basishouding

  1. handelen uit zorg

  2. verbindend werken

  3. erkenning geven

  4. meerzijdige partijdigheid

  5. inzetten van hulpbronnen

32
New cards

handelen uit zorg

  • het belang van hun rol als ouder blijven zien en benoemen

  • niet oordelen, corrigeren, overnemen

  • beroep doen op hun mogelijkheden

  • oog hebben voor emotionele beschikbaarheid

33
New cards

verbindend werken

  • zoeken naar achterliggende intenties

  • zien en benoemen wat mensen aan elkaar geven

  • oog hebben om verbinding te creëren

34
New cards

erkenning geven

  • geeft het gevoel gehoord te worden

  • meer dan complimenteren

35
New cards

meerzijdige partijdigheid

  • luisteren naar beide partijen

  • begrip opbrengen voor de reden achter het gedrag

  • ontschuldiging

36
New cards

opzoek naar hulpbronnen - mogelijke methodieken

  • gebruiken van “verander-taal”

  • succesanalyse

  • opmaken van een CV van krachten

  • visualiseren

37
New cards

doel maken van genogram

  • schept orde en duidelijkheid over totale context

  • biedt perspectieven omtrent aanwezige krachten en hulpbronnen

  • samen komen tot hun verhaal

  • terug grip op hun situatie

38
New cards

specifieke doelen

  • verkenning van het probleem

  • kwaliteit van relaties inschatten

  • gericht op aanwezig hulpbronnen

  • samen verhaal tekenen

39
New cards

implicaties systeemdenken

  • onbegrip

  • ziet alleen het label

  • relaties met anderen

  • te veel prikkels, te weinig structuur

40
New cards

2 stromingen

  • moderne stroming

  • postmoderne stroming

41
New cards

verschil postmodern en modern kader

  • DE waarheid of slecht EEN perspectief

  • geen allesomvattende waarheden

42
New cards

systeem betekent aandacht hebben voor

  • wisselwerking tussen een persoon en zijn sociale context

  • de interpersoonlijke processen, naast de blijvende aandacht voor het individu

  • leren zien en herkennen van systeemeigenschappen van interacties die bepalend zijn voor de wisselwerking en samenhang tussen de gedragingen van mensen

  • voortdurende invloed van actuele omstandigheden en interactieprocessen

43
New cards

2 soorten systemen

  • open systeem

  • gesloten systeem

44
New cards

open systeem

  • staat in relatie tot omgeving

  • omgeving heeft invloed op het systeem

45
New cards

gesloten systeem

  • staat niet in relatie tot omgeving

  • omgeving heeft geen invloed op het gesloten systeem

46
New cards

niveaus van systeem

  • microniveau

  • mesoniveau

  • macroniveau

47
New cards

interventies ruimte creëren voor verandering

  • herkaderen en positief noteren

  • vertragen en uitvergroten

  • externaliseren en ontschuldigen

  • visualiseren

  • in beweging komen/oefeningen

48
New cards

structuurgerichte benadering - kenmerken

  • actiegericht

  • probleemoplossend gericht

  • heden staat centraal

  • gericht op familiesysteem

49
New cards

3 sleutelbegrippen structuurgerichte benadering

  • proces

  • structuur

  • functie

50
New cards

kenmerken van functioneel systeem

  • grenzen

  • subsysteemdifferentiatie/hiërarchie

  • betrokkenheid

  • aanpassing

51
New cards

problemen met grenzen en betrokkenheid (dysfunctionele structuren)

  • kluwen gezin

  • los zand gezin

52
New cards

problemen in subsysteemdifferentiatie (dysfunctionele structuren)

  • perverse triade

  • go between

  • zondebok

  • parentificatie

53
New cards

kluwengezin

  • conflicten geraken moeilijk opgelost

  • grens is star naar buitenwereld toe

  • weinig ruimte voor privacy

54
New cards

los zand gezin

  • grenzen naar buiten zijn vaag/open

  • weinig betrokkenheid

  • gezinsleden zijn volledig onafhankelijk van elkaar

55
New cards

levenscyclus van het gezin

  • kinderloze fase

  • uitbreidingsfase

  • fase waarin kinderen naar school gaan

  • stabiliteitsfase

  • fase waarin kinderen school verlaten

  • lege-nest

  • fase waarin partners stoppen met werken

  • oma- en opa-fase

  • fase waarin partner overlijd en ander overblijft

56
New cards

systeeminterventies werken met gezinnen

  • invoegen

  • diagnose

  • herstructureren

57
New cards

technieken gezin uit balans brengen

  • het blokkeren van de transactiepersoon

  • nadruk leggen op verschillen

  • vormen van een tijdelijke coalitie

58
New cards

manieren omgaan met symptoom

  • concentreren op het symptoom

  • symptoom overdrijven

  • minder nadruk leggen op symptoom

  • symptoom verleggen naar ander gezinslid

  • ander label geven aan symptoom

59
New cards

3 delen van transitie (migratie)

  • separatiefase

  • overgangsfase

  • laatste fase

60
New cards

uitdagingen echtscheiding en de vorming van een NSG als faseovergang

  • de druk van de ‘instant family’ en instante liefde

  • kerngezinsscript

  • hoge complexiteit

  • rolconflict

  • zich buitengesloten voelen

61
New cards

visie familly centered werken

  • ieder zijn deskundigheid

  • centraal: niet weten

  • gelijkwaardige relatie

  • vertrouwen moet opgebouwd worden

62
New cards

2 vormen werken met gezinnen

  • family-centered werken

  • professionally-centered werken

63
New cards

2 vormen van kennis

  • kennis van de ouders

  • kennis van deskundige, gezinsbegeleider

64
New cards

principes family centered model

  • open vizier

  • circulaire causaliteit

  • equifinaliteit

65
New cards

aandachtspunten family centered model

  • GB laat zich niet leiden door een ‘blame the mother’ ideologie, probeert te verdiepen in wijze waarop ouders binnen hun marge het mogelijke doen om hun kinderen de best mogelijke opvoeding te geven

  • GB beseft dat ouders zichzelf als machteloos ervaren

  • werkt niet met intentionele theorieën

  • GB denkt niet lineair-causaal en verklaart problemen van kind niet als gevolg van aanpak van de ouders

66
New cards

2 gezichten

  • ouder als ouder

  • deskundigheid

67
New cards

hulpverleningsprincipes vanuit family centered model

1) gericht op behoeften van het hele gezin

2) gericht op sterktes van het gezin

3) gericht op netwerkversterking en uitbouwen

4) gericht op goede hulpverlening

68
New cards

vragen ontdekken

  • kijk naar welke vraag er schuilt achter een opmerking

  • luister naar de behoeften zelf

  • merk zelf zaken op, ouders vergeten zichzelf vaak

  • goede vraagstelling

69
New cards

moeilijke vragen van gezinnen

  • Vragen rond emotioneel welzijn

  • Vragen over het opvoeden van het kind

  • Hoe omgaan met het gedrag van het kind en daarbij eigen gevoelens onder controle te houden om escalatie te vermijden

  • Vragen over de ontwikkeling van het kind

  • Vragen over de hulpverleningswereld

70
New cards

barrières om hulp te zoeken

  • vraag- en handelingsverlegenheid

  • durven ontvangen en wederkerigheid

  • angst voor veroordeling en afwijzing

71
New cards

6 parnterschapsdomeinen

  1. communicatie

  2. vertrouwen

  3. respect

  4. engagement en betrokkenheid

  5. gelijkwaardigheid

  6. vaardigheden

72
New cards

kernboodschappen contextbegeleiding

  1. focus op kind + netwerk

  2. contextbegeleiding en vermaatschappelijking

  3. gezin - context - netwerk

  4. gezins- en contextbegeleider is niet alleen een functie, samenwerken met, en ondersteunen van gezinnen en contexten is altijd part of the job

  5. inzetten op FCM en de context

73
New cards

oorzaken focus op kind + netwerk

  • evolutie van theorieën

  • maatschappelijke evoluties

74
New cards

doel contextbegeleiding en vermaatschappelijking

  • centrale module in het hulpaanbod van de integrale jeugdhulp

  • minder versnippering van de HV via de centrale toegangspoort

75
New cards

initiatieven recente evoluties

  • 1G1P

  • eigen kracht centrale

  • familieberaden

  • open hart cirkels

76
New cards

contextbegeleiding in diverse sectoren - 4 niveaus

  • de cliënt als deel van zijn context

  • familie/context rondom de cliënt

  • versterken van relaties/netwerk

  • uitbreiden van relaties/netwerk

77
New cards

integrale jeugdhulp - cliënt zien als deel van de context

  • kleine aanknopingspunten zoeken om een gesprek over de context te starten

  • interesse tonen in de handelingen van de ouder

78
New cards

integrale jeugdhulp - oog hebben voor de familie/ouders/naasten

  • info doormailen

  • tijd maken voor informele gesprekken

79
New cards

integrale jeugdhulp - netwerk versterken

  • bellen naar thuis als kind een goede/slechte dag heeft gehad

  • kijken hoe ouders kunnen participeren

80
New cards

integrale jeugdhulp - netwerk uitbreiden

  • contact met vriendjes op school mogelijk maken

  • inzetten op hobb'y’s

81
New cards

VAPH - cliënt zien als deel van de context

  • erken de last rond verschillen in regels thuis en die van in de leefgroep

  • ondersteuning bij overgangsmoment van terugkomst van het weekend in de leefgroep

82
New cards

VAPH - oog hebben voor familie/naasten/ouders

  • info doormailen

  • tijd maken voor informele gesprekken

83
New cards

VAPH - netwerk versterken

  • bellen naar thuis als kind een goede/slechte dag heeft gehad

  • wederkerigheid stimuleren

84
New cards

VAPH - netwerk uitbreiden

  • contact met andere cliënten stimuleren

  • zoeken naar interesses

85
New cards

kenmerken familiereflex

  • Verschillende visies naast elkaar zetten: gezin, professionals, hoe ver betrekken…

  • Zorggebruiker beslist

  • Holistisch mensbeeld

86
New cards

GGZ - cliënt zien als deel van de context

  • Zicht krijgen op belangrijke relaties

  • Vragen hoe contact met mama ging

  • Spreken over actuele gebeurtenissen in het leven van de cliënt

87
New cards

GGZ - oog hebben voor familie/ouders/naasten

  • psycho-educatie over de stoornis van de cliënt

  • ontmoeting met de leefgroep

88
New cards

GGZ - netwerk versterken

  • groepsactiviteiten

  • bellen naar thuis als kind een goede/slechte dag heeft gehad

89
New cards

GGZ - netwerk uitbreiden

  • inzetten op hobby’s

  • contactgroepen online

90
New cards

5 aspecten van basishouding

  1. met naasten aan de slag gaan

  2. met kinderen en jongeren aan de slag gaan

  3. naasten onthalen

  4. naasten informeren

  5. naasten ondersteunen