1/22
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Catastrophes (naturelles)
(Natuur)rampen
un tremblement de terre, un séisme
een aardbeving
une tempête
een storm
un ouragan
een orkaan
un incendie
een brand
brûler / brûler qqch
branden / iets verbranden
mettre le feu à qqch
iets in brand steken
une inondation
een overstroming
la sècheresse
de droogte
la famine
de hongersnood
la malnutrition
de ondervoeding
une victime
een slachtoffer
un risque
een risico
risqué(e)
riskant
un danger
een gevaar
dangereux (-euse)
gevaarlijk
la sécurité
de veiligheid - de zekerheid
sûr
veilig - zeker
une précaution
een voorzorg, een voorzorgsmaatregel
prendre ses précautions
zijn voorzorgen nemen
les secours [m]
de noodhulp
porter secours à qqn
iem. hulp bieden
Au secours !
Help !