LES AFFAIRES DE FRANCAIS

un historique

een historiek

une entreprise

een bedrijf

une sociéte

een bedrijf

entreprendre

ondernemen

un entrepreneur

een ondernemer

une filiale

een dochteronderneming

une société-mère/maison mère

een moederbedrijf

une succursale

een filiaal

une succursale bancaire

een bankfiliaal

constituer

vormen

Fonder, créer, mettre sur pied

oprichten

démanteler, dissoudre

ontbinden

une constitution

een vorming, oprichting

constituer une entreprise

een bedrijf oprichten

créer

oprichten, stichten, creëren

fonder, mettre sur pied, constituer

oprichten, stichten, creëren

fermer, démanteler, dissoudre

sluiten, ontbinden

un créateur

een maker, een stichter

une création

een oprichting

fonder

oprichten

un fondateur

oprichter

une fondation

oprichting, stichting

fonder une entreprise

een bedrijf oprichten

la date de fondation

de oprichtingsdatum

naître

ontstaan

la naissance (d'une entreprise)

het ontstaan van een bedrijf

constituer

bouwen

un constructeur

een bouwer, fabrikant

la construction

het bouwen, bouwwerk, bouwindustrie

construire une nouvelle usine

een nieuwe fabriek bouwen

démanteler

ontmantelen

dissoudre

ontbinden

constituer

vormen

un démantèlement

een ontmanteling

démanteler une entreprise / un groupe

een bedrijf/groep ontmantelen

dissoudre

ontbinden/beïndigen

démanteler

ontbinden

constituer

vormen

une dissolution

een ontbinding

dissoudre une entreprise

een bedrijf ontbinden

déposer le bilan

de boeken neerleggen

un dépôt de bilan

een faillissementsaanvraag

une faillite

een faillissement

faire faillite/ la faillite

failliet gaan

fermer

sluiten

ouvrir

openen

une fermeture

een sluiting

une ouverture

een opening

ouvrir un nouveau point de vente

een nieuw verkooppunt openen

célébrer l'ouverture

de opening vieren

inaugurer

feestelijk openen, inhuldigen

ouvrir solennellement

feestelijk openen, inhuldigen

une inauguration

een inhuldiging

inaugurer un nouveau bâtiment

een nieuw gebouw inhuldigen

(s') implanter

zich vestigen

s' installer

zich vestigen

une implantation

een vestiging

une installation

een installatie

s' accroître

groeien

un accroissement

een groei, toename

accroître la production

de productie opvoeren, doen toenemen

la population s'accroît

de bevolking groeit aan

croître

groeien

s'accroître, augmenter

groeien

une croissance

een groei

le demande croît

de vraag groeit

être en pleine croissance

in volle groei zijn

agrandir

vergroten

un agrandissement

een vergroting, uitbreiding

agrandir son entreprise/son usine

zijn bedrijf/fabriek uitbreiden

se développer

zich ontwikkelen, zich uitbreiden

un développeur

een ontwikkelaar

un développement

een ontwikkeling

développer un stratégie

een strategie ontwikkelen

l'entreprise se développe

het bedrijf ontwikkelt zich, groeit

une expansion

een expansie, een uitbreiding

une expansion de ses frontières

een uitbreiding van zijn grenzen

connaître une expansion rapide

een snelle groei kennen

être en plein expansion

in volle groei zijn

conquérir

veroveren

un conquérant

een veroveraar

une conquête

een verovering

conquérir un marché

een markt veroveren

conquérir des parts de marché

marktaandeel veroveren

assainir

saneren, weer gezond maken

un assainissement

een sanering

réorganiser

reorganiseren

restructurer

herstructureren

une réorganisation

een reorganisatie

une restructuration

een herstructurering

un contrôle

een controle

contrôler

controleren

un contrôleur

een controleur

un contrôleur de qualité

een kwaliteitscontroleur

une prise de contrôle

een overname

absorber

opslorpen

une absorption

een overname

racheter

overnemen

reprendre

overnemen

un rachat

een overname