1/22
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
religieus-morele benadering
Voor eind 19e eeuw (start seksuologie)
- Nog weinig wetenschappelijke kennis
- Stakeholders ➔ definiëren wat legaal/illegaal is, wat goed/slecht is
▪ Staat, juridisch
▪ Kerk
- Deze instanties probeerden de controle te krijgen om zo seksualiteit in goede banen te leiden
- Hier gaat het nog over gedrag
psychiatrisch-psychologische benadering
Eind 19e eeuw
- Nieuwe groep kreeg invloed
- Definiëren wat gezond/ongezond, normaal/abnormaal is
▪ Abnormaal ➔ het is een psychiatrische ziekte die een medische behandeling vereist
▪ Zijnskenmerk (niet louter abnormale dingen doen, maar abnormaal zijn)
- Van boete betalen of gevangenis naar psychiatrische instelling
- Continuïteit qua norm: heteroseksuele relatie binnen huwelijk blijft standaard, alles wat hiervan
afwijkt is slecht/ongezond/abnormaal
Zijnskenmerk
niet louter abnormale dingen doen, maar abnormaal zijn
Abnormaal
het is een psychiatrische ziekte die een medische behandeling vereist
DSM-I (1952)
- Von Krafft-Ebing
- Benaming in DSM: sexual deviation (seksuele deviatie/afwijking): Reflex bij dokter: als persoon afkomt met iets wat raar is of afwijkt op seksueel gebied ➔ 'je
hebt een mentale stoornis'
- Stond niet specifiek en concreet in waarover het gaat, welke types enzo
Von Krafft-Ebing
Startte als psychiater met fenomenologische beschrijving van afwijkingen (methode die
gangbaar was in psychiatrie destijds) in domein van seksualiteit
- Beschrijving van >200 casussen die hij zelf tegen was gekomen
- Classificeren onder verschillende benamingen
- Soms gezien als vader van seksuologie, omdat als eerste systematisch beschrijvingen maken
van seksuele problemen
DSM-II (1968)
seksuele deviatie, maar specifieker benoemd
- Parafilieën komen al overeen met huidige classificatie
- Unspecified sexual deviation (zoals nu 'niet anderszins omschreven')
- Homoseksualiteit(!) als stoornis
- Other sexual deviation
- Kinsey (1948, 1953)
- Masters & Johnson (1966, 1970)
DSM-II: Vanaf de 6e herdruk (1973)
Activisten protesteerden tegen APA, steeds meer mensen kwamen openlijk uit de kast en gingen protesteren tegen homoseksualiteit als mentale stoornis
- Stemming binnen de Raad van Bestuur van de APA ➔ heel nipt
- Uiteindelijk compromis
- Geen homoseksualiteit meer, maar andere minder specifieke benaming: sexual
orientation disturbance
- Blijft nog steeds in zekere mate deze groep stigmatiseren
Masters & Johnson (1966, 1970)
Seksuele anatomie en fysiologie
- Labo-onderzoek met psychofysiologische metingen
- Beschrijving van seksuele responscyclus
Kinsey (1948, 1953)
interviews om seksueel leven van Amerikanen te bestuderen
- Eerste die seksualiteit op empirische manier bestudeerde
- Interviews van hoe, wanneer, hoe vaak, met wie/wat iemand seksueel gedrag stelt
DSM-III (1980)
Context: het vele onderzoek van M&J, Gender Identity Clinics waar mensen behandeld werden die
'transseksueel' waren (benaming nu is genderincongruentie)
- Onder één noemer psychoseksuele stoornissen:
Genderidentiteitsstoornissen
Parafilieën
Psychoseksuele disfuncties ➔ voor eerst introductie van disfuncties
Andere psychoseksuele stoornissen: Egodystone homoseksualiteit
Egodystone homoseksualiteit
Grote groep mensen tegen DSM-diagnose van homoseksualiteit, hieraan werd beetje tegemoet gekomen
- Egosyntoon = ik-eigen, zij die homoseksueel zijn en hier ook oké mee zijn
- Egodystoon = ik-vreemd, zij die zich er niet goed bij voelen -> Wel in DSM gezet
Genderidentiteitsstoornissen: DSM-III
lichaam dat niet overeenkomt met hoe men zich voelt
- Transseksualisme
- GID bij kinderen en jongeren
- Atypische GID (cf. NAO)
DSM-III-R (Revised, 1987)
Pas in deze editie door aanhoudend protest en tegenwind, werd ook egosdystone homoseksualiteit
eruit gehaald
- 'miljoenengenezing': er waren miljoenen mensen die homoseksueel zijn in alle lagen van de
bevolking en werden hierdoor 'genezen van seksuele stoornis'
- Maatschappelijke context waarin homoseksualiteit steeds meer aanvaard werd
DSM-IV (1994)
Onderscheid gemaakt tussen seksuele en genderidentiteitsstoornissen
- Waarom? steeds meer bewust van feit dat gender (en het gevoel in het foute lichaam te zitten)
helemaal niets zegt over seksualiteitsbeleving ➔ seksuele dysfuncties voor stuk onafhankelijk van
gender
DSM-5 (2013)
3 aparte hoofdstukken:
1. Seksuele dysfuncties
2. Parafilieën
3. Genderdysforie
- De lobbygroep wou deze 3 uit elkaar trekken: velen willen niet samenvallen met parafilie
- Genderdysforie in plaats van genderidentiteitsstoornis in plaats van transseksualiteit
Genderdysforie:
erkennen dat sommigen onprettig/dysfoor gevoel hebben bij feit
dat hoe ze zich identificeren niet overeenkomt met biologisch geslacht
ICD-11
in 2019 zelfs nog stap verder en ook dysforie eruit gehaald, en
genderincongruentie genoemd: sommigen ervaren geen dysforie maar identificeren zich
gewoon met het ander geslacht zonder hier last van te hebben
- Zeer beschrijvend: hoe men zich voelt verschilt van toegewezen geslacht
classificatiesysteem
weerspiegeling van wat er in de wetenschap & in de maatschappij gebeurt (vb. zonder
een gender identity clinic was kans klein dat GIS opgenomen werd in de DSM)
seksuele aversiestoornis
1 stoornis is uit de DSM gehaald:
A. Persistente/recurrente extreme aversie voor en vermijden van (bijna) alle genitale seksuele contact met
een seksuele partner
B. veroorzaakt distress of interpersoonlijke moeilijkheden
C. niet beter verklaard door andere stoornis
Seksuele disfunctie door medische aandoening
A. Klinisch significante seksuele disfunctie die leidt tot resulteert in distress of interpersoonlijke problemen
B. Er is evidentie vanuit geschiedenis/onderzoek/laboratoriumonderzoek dat disfunctie te wijten is aan
algemene medische conditie
C. Niet beter verklaard door andere mentale stoornis
-> Specifieer: impaired interesse of opwinding, impaired erectiele functie, impaired orgasme, vroegtijdige
ejaculatie, pijn en andere penetratiemoeilijkheden
Parafiele stoornis
Opgewonden/aantrokken door/tot niet-normatieve
objecten en/of handelingen) en er daadwerkelijk naar handelen
A. Minstens 6 maanden terugkerende, intense seksuele opwinding door seksuele dwang, zich uitend in
fantasieën, urges of gedrag
B. Klinisch significante distress of impact op belangrijke domeinen van functioneren, OF heeft gezocht
naar seksuele stimulatie door gedwongen seks bij 3 of meer personen in verschillende situaties
- Dus geen probleem indien je het maar met 1 persoon doet?
C. Exclusiecriterium: Sexual Sadism Disorder
- Specifieer
A. In remissie (geen distress, impairment of terugkerend gedrag in ongecontroleerde omgeving), sinds
... maanden
B. In gecontroleerde omgeving
parafilie
opgewonden/aantrokken door/tot niet-normatieve
objecten en/of handelingen