Deel 17 Validiteit (kwalitatief)

Wat betekent validiteit in de kwantitatieve en kwalitatieve benadering?

In de kwantitatieve benadering betekent validiteit de mate waarin een test meet wat hij bedoelt te meten. In de kwalitatieve benadering verwijst het naar de correctheid en bruikbaarheid van de getrokken conclusies.

Wat is het verschil tussen interne en externe validiteit in diagnostiek?

Interne validiteit (geloofwaardigheid) betreft of besluiten consistent voortbouwen op de basisinformatie. Externe validiteit (overdraagbaarheid) betreft of bevindingen toepasbaar zijn op andere settings of gelijkaardige casussen.

Wat is belangrijk voor interne validiteit volgens Vanheule (2017)?

1. Vertrouwdheid met basisinformatie

2. Triangulatie

3. Nuance

4. Dialoog

5. Intercollegiale toetsing

Wat houdt 'vertrouwd zijn met de basisinformatie' in bij interne validiteit?

Het vereist voldoende klinische contactmomenten en nauwkeurige werknotities. Hoe beter de diagnosticus de basisinformatie kent, hoe hoger de interne validiteit. Tijdsdruk verlaagt deze validiteit.

Wat is triangulatie en waarom is het belangrijk?

Triangulatie betekent het verzamelen van gegevens via meerdere methoden, informanten en/of clinici. Overeenkomende informatie verhoogt het vertrouwen in de relevantie voor het functioneren van de cliënt.

Waarom is nuance belangrijk voor interne validiteit?

Door inconsistenties of afwijkende informatie expliciet te benoemen, kunnen besluiten genuanceerd en realistischer worden ingeschat.

Hoe draagt dialoog bij aan interne validiteit?

Door observaties te confronteren met theorie, gevalsstudies of onderzoek, kan de specificiteit van een casus beter belicht worden. Validering is meer dan bevestiging; het is ook verdiepen.

Wat is het doel van intercollegiale toetsing bij diagnostiek?

Het helpt om de besluitvorming kritisch te toetsen en te controleren of conclusies gegrond zijn op het klinisch basismateriaal.

Wat zijn de twee belangrijke aspecten van externe validiteit volgens Vanheule (2017)?

1. Detaillering

2. Contextualisering

Wat betekent detaillering bij externe validiteit?

Besluiten moeten voldoende gedetailleerd zijn zodat andere professionals, zoals collega’s of doorverwijzers, een accuraat en volledig beeld van de casus krijgen.

Wat houdt contextualisering in bij externe validiteit?

De diagnosticus moet rapporteren hoe moeilijkheden ingebed zijn in de levenscontext van de cliënt én onder welke omstandigheden het diagnostisch proces plaatsvond, zodat veralgemening van bevindingen valide gebeurt.