Aanbreng woordenschat

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/32

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

33 Terms

1
New cards

Het belang van woordenschat

Woordenschat is essentieel voor communicatie. Zonder woordenschat kan er niets worden overgebracht (Wilkins).

2
New cards

Functionele rol woordenschat

Woordenschat is niet enkel kennis, maar een hulpmiddel om functioneel te communiceren.

3
New cards

Receptieve vs productieve kennis

Receptieve kennis = begrijpen en herkennen, productieve kennis = actief gebruiken van woorden.

4
New cards

Vroegtijdige introductie

Woordenschat moet zo vroeg mogelijk en in betekenisvolle context worden aangebracht.

5
New cards

Herhalingstip (woordenschat)

Een woord moet minstens 7 keer herhaald worden om goed onthouden te worden.

6
New cards

Drie aspecten van woordenschatverwerving

  1. Betekenis

  2. Vorm (uitspraak/schriftbeeld)

  3. Gebruik in context.

7
New cards

Receptieve beheersing

Het herkennen en begrijpen van woorden (bv. via leestoets).

8
New cards

Productieve beheersing

Het actief kunnen gebruiken van woorden tijdens spreken en schrijven.

9
New cards

Voorbeelden van eindtermwoordenschat

Persoonlijke gegevens

dagelijks leven

relaties

eten & drinken

tijd & ruimte

10
New cards

Herhalingsprincipe

Herhalen met toenemende tijdsintervallen volgens vergeetcurve (Ebbinghaus) = beter geheugenbehoud.

11
New cards

Voortbouwen op voorkennis

Voorkennis activeren, oude en nieuwe woorden verbinden, visueel ondersteunen met bv. mindmaps en kleurcodes.

12
New cards

Wat zijn de didactische principes

  1. voorbewerken

  2. semantiseren

  3. consolideren

  4. controleren

13
New cards

Stap 1: Voorbewerken

  • voorkennis

  • motiveren

  • context

14
New cards

Tip bij voorbewerken

Bied eerst luistertekst aan i.p.v. leestekst om uitspraak te benadrukken; stel globale en specifieke vragen.

15
New cards

Stap 2: Semantiseren

  • betekenis

  • uitspraak

  • schriftbeeld

16
New cards

Semantiseren: betekenis

Gebaren, afbeeldingen, synoniemen, tegengestelden, context gebruiken om woordbetekenis te verduidelijken.

17
New cards

Semantiseren: uitspraak

Frequent herhalen, hardop zeggen in groep en individueel.

18
New cards

Semantiseren: schriftbeeld

Visualiseren via bord, kleurcodering, schrijfkaarten, opletten bij abstracte woorden.

19
New cards

Stap 3: Consolideren

  • herhalen

  • kennis → communicatie

  • receptief → productief

20
New cards

Oefenvormen bij consolideren

Driloefeningen, spelvormen, communicatieve opdrachten (bv. stoelendans, beeldbeschrijving, vraag-antwoord).

21
New cards

Balans in oefenvormen

Combineer gestuurd en open oefeningen voor structuur en creativiteit.

22
New cards

Stap 4: Controleren

  • leerdoelen bereikt?

  • leerkracht + leerling

  • oefenen - middellange termijn - lange termijn

23
New cards

Evaluatiehulpmiddelen

Woordkaartjes, digitale tools zoals Quizlet of Socrative, gebruikt op korte en lange termijn.

24
New cards

Actie bij onvoldoende resultaat

Fase ‘consolideren’ herhalen indien doelen niet bereikt zijn.

25
New cards

Differentiatie in woordenschatles

Rekening houden met verschillen tussen leerlingen, gebruik maken van hulpfiches of aangepaste werkvormen.

26
New cards

Gerichte feedback en evaluatie

Feedback koppelen aan voortgang; stimuleert motivatie en bijsturing.

27
New cards

Voorbeeld differentiatie-opdracht

Lln geven mondelinge instructies met behulp van hulpfiches; goed voor pairwork en zelfevaluatie.

28
New cards

Fout: te weinig herhaling

Onvoldoende herhaling = slechte geheugenopslag van nieuwe woordenschat.

29
New cards

Fout: onvoldoende context

Woorden zonder betekenisvolle of visuele context aanbrengen kan verwarring geven.

30
New cards

Fout: direct vertalen

Te veel vertaling verhindert actief betekenisleren en verbanden leggen.

31
New cards

Fout: eenzijdige oefeningen

Alleen kennisgericht of alleen productief werkt niet voor evenwichtige ontwikkeling.

32
New cards

Fout: uitspraak verwaarlozen

Geen focus op correcte uitspraak leidt tot miscommunicatie.

33
New cards

Fout: geen differentiatie

Niet inspelen op niveauverschillen zorgt voor frustratie of verveling bij leerlingen.