Academische woordenschat

a posteriori

achteraf

a priori

vooraf

aanfluiting

karikatuur, iets dat schande maakt

abominabel

belabberd, heel erg slecht

absenteïsme

voortdurende of vaak voorkomende afwezigheid

abstinentie

onthouding (van verslavende middelen)

abstraheren

abstract / concreet maken

accidenteel

toevallig, bijkomend

ad hoc

voor dit geval in het bijzonder

ad rem

snedig, gevat, ter zake

adagium

kernachtige zin, spreuk, motto

adequaat

zoals nodig is, passend, doeltreffend

adonis

aantrekkelijke jongemand

affiniteit

aantrekkingskracht, verwantschap

agitator

onruststoker

akkefietje

kleinigheid, ruzietje

alert

waakzaam, oplettend

allusie

zinspeling, toespeling, verwijzing

altruïsme

onbaatzuchtig

amalgaam

mengelmoes

ambigu

iets wat op verschillende manieren begrepen kan worden

ambivalent

tweeslachtig, tegenstrijdig

ambulant

rondtrekkend

amendement

voorstel tot wijziging van een officieel document

amnestie

gratie, algemene kwijtschelding van straf

anachronisme

iets dat niet past bij de tijd van de context

analogie

gelijksoortigheid

andere katten te geselen hebben

andere dingen aan je hoofd hebben

animo

geestdrift, bezieling

animositeit

vijandigheid, wrijving, geprikkelde stemming

annexeren

zicht toe-eigenen

anomalie

afwijking, onregelmatigheid

antidotum

tegengif

antisemitisme

haat tegen joden

apathie

lusteloosheid, complete onverschilligheid

apocalyps

het einde van de wereld

appendix

aanhangsel blinde darm / boek

arbitrair

willekeurig, ongefundeerd

archaïsme

ouderwets / antiek

arrest

uitspraak van hogere rechtbank

artisanaal

ambachtelijk

ascese

sobere en strenge levenswijze

audit

bedrijfscontrole

autodidact

iemand die zijn kennis door zelfstudie heeft verkregen

autoritair

uitgaand van of gebaseerd op macht

aversie

weerzin, afkeer

bagatelliseren

minder belangrijk maken

bakermat

geboorteplaats

banaal

alledaags, afgezaagd

banaliseren

niet serieus nemen

basaal

essentieel, cruciaal

beamen

instemmen met

bestendigen

handhaven

betijen

zijn gang gaan

bijster

buitengewoon, in hoge mate

bilateraal

aan twee zijden

bolwerken

in orde krijgen

bonafide

betrouwbaar

boter bij de vis

contante betaling

boud

stoutmoedig

boutade

spottende uitspraak

buiten kijf staan

kan niet aan getwijfeld worden

cachet

stijl, karakter

calamiteit

een plotselinge onverwachte gebeurtenis

canon

verzameling hoogtepunten

capituleren

zich overgeven

cassant

buitengewoon kritisch

casus

geval, gebeurtenis

categorisch

resoluut, stellig

causaliteit

oorzakelijk

charge

aanval

charismatisch

met veel uitstraling

chauvinisme

overdreven liefde voor je vaderland

claimen

iets opeisen waar je recht op hebt

clementie

mildheid, genade

cluster

bundeling

cognitief

verstandelijk

coherent

samenhangend, logisch

commotie

ophef

communautair

met betrekking op gemeenschap

communiqué

officiële mededeling aan het publiek

consessie

toeging aan iemands eisen

consessie

toegeving om conflict op te lossen

conform

overeenkomstig

conformisme

aanpassen van gedrag in bepaalde groep

congruent

overeenstemmend

connotatie

gevoelswaarde

consciëntieus

gewetensvol

consensus

algemene gelijkheid van opvatting

consistent

logisch samenhangend

contesteren

bestrijden

contingent

goederen

continuüm

doorlopend geheel

correlatie

onderlinge samenhang

correleren

samenhangen met

corrumperen

corrupt maken

courant

gangbaar

credibiliteit

geloofswaardigheid

credo

geloofsbelijdenis, motto

culmineren

resulteren in