Focus Vocabulary Unit 3

een waaghals

een waaghals

a daredevil

gemiddeld

on average

verzot zijn op

to be fond of

evenwicht

balance

een veiligheidsharnas

a safety harness

sensatie zoeken

to seek thrills

roekeloos

reckless

een veiligheidsmaatregel

a safety measure

een steile rots, een kliff

a cliff

duiken

to plunge

voorzichtig

careful

een golf

a wave

beuken tegen

(to) smash (you) into

opwinding

excitement

adrenaline

adrenaline

een helling

a slope

tegen hoge snelheid

at high speed

een lawine

an avalanche

medische zorg krijgen

received medical attention (to receive medical attention)

een hoofdwonde

a head injury

zich bewust zijn van sterfelijk

to be aware of mortal

sterfelijk

moral

toegeven

to admit

vermijden

to avoid

overwegen

to consider

uitstellen

to delay

ontkennen

to deny

niet houden van

to dislike

verafschuwen

to detest

leuk vinden

to fancy

genieten van

to enjoy

je verontschuldigen

to excuse yourself

beëindigen

to finish

zich inbeelden

to imagine

wagen

to risk

inhouden, met zich meebrengen

to involve

suggereren

to suggest

weerstaan

to resist

doorgaan

to keep

vergeven

to pardon

missen

to miss

Heb je er iets op tegen?

Would you mind...?

uitstaan , verdragen

to stand

uitstellen

to postpone

oefenen

to practise

airconditioning

air conditioning

mountainbiken

mountain biking

een wachtlijst

a waiting list

brandbestrijding

fire fighting

een hoorapparaat

a hearing aid

een vergrootglas

a magnifying glass

bezienswaardigheden bezichtigen

sightseeing

tijdrovend

time consuming

zwartrijden

fare dodging

een neuspiercing

nose piercing

inpakpapier

wrapping paper

een verwonding

injuries

gescheurde kruisbanden

torn ligaments

een kneuzing

bruises (a bruise)

een beenbreuk

bone fracture

een gekneusde wervel

a bruised vertebra

een peesontsteking

tendinitis

een hersenschudding

concussion

een whiplash

whiplash

een verstuikte enkel

sprained ankle

een verrekte spier

pulled muscle

een scheurwonde

laceration

martelen

To torture

een deelnemer

A participant

succes hebben, groeien

To boom

heimelijk

stealthy

een beproeving

an ordeal

leven in de brouwerij brengen

to spice up

Verlichten

To alleviate