evolutieleer 2.5 woorden

Mutatie

Foutieve transcriptie van nucleotidenstrengen(gen-mutatie), of verandering in structuur of aantal chromosomen (chromosoom-mutatie)

Stop-codon

3 opeenvolgende basen die in het DNA ervoor zorgen dat het enzym stopt met de translatie (einde code)

Frameshift mutatie

Een basenpaar verdwijnt of komt erbij waardoor het leesvenster van de code verschuift

Splitting mutatie

Een triplet dat door een mutatie verandert in een stopcodon. Meestal fataal

Synonieme mutatie

Codon verandert in een codon dat codeert voor hetzelfde aminozuur

Niet synonieme mutatie

Codon verandert in een codon dat codeert voor een ander aminozuur

Mutatiesnelheid

Mutaties per basenpaar per generaties

Chromosoom mutaties

Mutatie die structuur van of aantal chromosomen verandert

Polyploïd

Veelvoud van 2N chromosomen

autopolyploïd

samensmelten van ongereduceerde gameten van dezelfde soort

Inversie

Chromosoom breekt op 2 plaatsen, tussenliggende stuk roteert

translocatie

2 niet- homologe chromosomen wisselen een segment

Unequal crossing over

2 homologe chromosomen, 1 ondergaat deletie en 1 duplicatie, veel kopiën van niet-functioneel DNA

Deletie

Een stuk van een chromosoom dat verdwijnt

duplicatie

Een stuk dat in een chromosoom verdubbelt

Recombinatie

Onafhankelijke segregatie van homologe chromosomen tijdens de meiose en crossing over, ontstaan er bij meiose veel verschillende nieuwe combinaties

Gene flow

Instroming van allelen die in andere populaties ontstaan zijn, bv. via immigranten, homogeniseert populaties van een soort

Hybridisatie

Ontstaan van hybriden ( soms tussen nauw verwante soorten, veroorzaakt introductie nieuwe allelen)

Horizontal gene transfer

Genen uitgewisseld van niet-verwante soorten (waarschijnlijk door virussen)

Introgressie

Steeds terugkruising van verschillende soorten