AA biomen + wind

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/32

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

33 Terms

1
New cards

factoren van temperatuurverschil

culminatiehoogt

Invallende zonnestralen(invalshoek)

Beschenene oppervlakte

Opwarmend effect

Afgelegde weg door atmosfeer

Absorptue door de atmosfeer

Temperatuur

Hoogteligging

Invloed van de zee

Zeestromen

Bodem en vegetatie

Hellingsgraad + orientatie

Windrichting en bevolking

2
New cards

temp bij lage breedteligging

culminatiehoogt: groot

Invallende zonnestralen(invalshoek): recht

Beschenene oppervlakte: klein

Opwarmend effect: groot

Afgelegde weg door atmosfeer: klein

Absorptue door de atmosfeer: klein

Temperatuur: hoog

3
New cards

Temp hoge breedtligging

culminatiehoogt: klein

Invallende zonnestralen(invalshoek): schuin

Beschenene oppervlakte: groot

Opwarmend effect: klein

Afgelegde weg door atmosfeer: groot

Absorptue door de atmosfeer: groot

Temperatuur: laag

4
New cards

hoogteligging

Hoger’ in troposfeer > kouder

Ijle lucht warmt moeilijker op

(1°C per 100 meter)

5
New cards

Invloed van zee

water warmt trager op, maar koelt ook trager af

  • grote volume + in beweging

6
New cards

zeestromen

Zee stromen van noorde = kou

7
New cards

bodem en vegetatie

droge bodems, weinign waterr vasthouden = weinig verdamping + sneller opwarmen , maar ‘s nachts sneller afkoelen

Donkerde bodem sneller opwarmen minder licht reflecteren

Begroeide bodem trager opwarmen, niet begroeid sneller afkoelen

8
New cards

hellingsgraad en orientatie

grote hellingsgraad + naar zuiden > temp omhoog

9
New cards

windrichting en bewolking

Bewolking

  • overdag: lage temp

  • ‘S nachts: hoge temp

Windrichtinf:

  • zuidenwind: warm

    • Noordenwind = koud

10
New cards

storm

Grote verschil temp N en Z deel van N halfornd > grote drukverschil

  • windkracht 9 of meer schaal ban beaufort

  • Code oranje

    • 75 km/h gedurende 10 min

11
New cards

luchtdruk

druk atmosfeer

  • laagdrukgebied of minima < 1013 hPa

    • Hoogdrukgebied of maxima > 1013 hPa

12
New cards

isobaren

lijnen die punten met dezelfde luchtdruk verbidnen

13
New cards

ontstaan wind

warme mucht = licht + stijgt » laagdrukgebied

Koude lucht = zwaar + daalt » hoogdrukgebied

Verplaatsing van lucht van lage drukgebid naar hoge = conventie

14
New cards

ontstaan van luchtdrukverschillen

tempverschil: thermische drukgebied (o en 90°, 3 gebieden )

Dynamisch drukgebied (30 en 60°, 4 gebieden )

15
New cards

thermische drukgebied

0° warme lucht = lage drukgebied, equatoriaal min

90° koude lucht = hoge drukgebied, polaire max

16
New cards

dynamisch drukgebied

30° warme lucht beweegt weg van evenaar, koelt af + daalt > H subtropisch max

60° koude lucht uit polen botst met bwarme lucht van 30° > warme lucht stijgt + koelt af > L = subpolaire min

17
New cards

3 circulatiecellen

0° > 30°: hadleycell

30°>60°: ferrelcell

60° > 90°: polaire cel

18
New cards

corioliseefect

wind beweegt door aardrotatie

Op N afbuiging naar rechts

Op Z afbuiging naar links

19
New cards

Passaatwinden

oostenwinden naar evenaar toe

20
New cards

Itcz

Gebied aan evenaar waar bno en zo passaten elkaar ontmoeten

In juli omhaag

Januarie omlaag

Verschuift meer boven land, water = drukkernen en land warmt sneller op

21
New cards

neerslag

droge gebieden, hogedrukgebieden

Neerslaggebieden = lage drukgebieden

22
New cards

absolute luchtvochtigheid

totale hoeveelheid waterdamp in g/m³

T lucht omhoog = meer waterdamp opnemen

23
New cards

relatieve luchtvochtigheid

verhoudung av en max waterdamp bij die temp

Rv = 100% =1 condensatie

24
New cards

Hydrologische cyclus

water op land, verdampt > waterdamp in atmosfeer

condensatie > wolken > neerslag

25
New cards

soorten neerslag

regen: wolk < 0 , land > 0

Sneeuw: wolk <0, land < 0

Hagel: wolk < 0, land > 0 + 0 graden ligt in wolk

26
New cards

stijginghsregen

bij geberget

Lucht moet stijgen T omlaag > condensatie van waterdamp > neerslag aan loefzijde

Aan lijzijden lucht daalt en T omhoog = droogte = regenschaduweffect

27
New cards

zenitakle regens

evenaar + keerkringen

Ligging ITCZ: droge en natte seizoenen

28
New cards

Moessonregens

half jaar keerende wind, overstroming > droogte

Juli: warme lucht stijgt > L boven azie > hevige neerslag(himalaya regenschaduweffect)

Januarie: koele lucht siberie > H + droge NO winden > droogte ZO-azie

29
New cards

frontale regens

gelatigh klimaat

Botsen warme lucht met koude lucht > warme lucht stijgt en T daalt > condensatie > wolken + neerslag

30
New cards

droge gebiedn

rond keerkringen door H

Woestijnen door regenschaduweffect

Door koude zeestromen

Door erg continentale ligging

Poolgebieden door H

31
New cards

Gematigd klimaat

Keerkringen en poolcirkels

Tk < 18° Tw > 10

Neerslag afh van subpolaire min en subtropisch mlax

Boven 40 frontale regens

Onder 40 droogte door subtriopisc mlax

Rond 40 droogte in zomer nattere winter

Biomen; loofbossen, naaldwouden

32
New cards

polaire klimaat

60-90°

Tw < 10)

Lage zonestand > lage T

uitz. Galfstroom. > opwarminjg noorwegen

Meer naar NP hoe droger (koude lucht weinig vocht + weinuig verdampung)

Weinig neerslag = sneeuw

Toendra en taiga

33
New cards

warme klimaten

keerkringenen evenaar

Tk > 18

Hoge zonnestand > hoge T

Evenaar veel regen door convectieregens

Verder van evenaar droge seizoenen

Biomen: tropisch regenwoud graslanden en weostijgebiedne