BIO - H1 [T] biologie is overal

studied byStudied by 0 people
0.0(0)
Get a hint
Hint

Biotisch

1 / 56

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

57 Terms

1

Biotisch

Dingen die leven kunnen hebben.

New cards
2

Abiotisch

Dingen die geen leven kunnen hebben.

New cards
3

Molecuul

Het kleinste biologische eenheid.

New cards
4

Organismen

Levende wezens zoals planten, dieren, schimmels en bacteriën.

New cards
5

Levensverschijnselen

Kenmerken van leven zoals voorplanting, groei, ontwikkeling en stofwisseling.

New cards
6

Stofwisseling

Processen zoals fotosynthese, verbranding en voeding.

New cards
7

Dode organisme

Een organisme dat geen levensverschijnselen vertoont.

New cards
8

Levensloop

Het hele leven van één organisme.

New cards
9

Levenscyclus

De cyclus van een soort organisme, inclusief voortplanting.

New cards
10

Cel

Bestaat uit organellen met verschillende functies.

New cards
11

Weefsel

Een groep van cellen met dezelfde vorm en functie.

New cards
12

Organ

Een deel van een organisme met een specifieke bouw en functie.

New cards
13

Orgaanstelsel

Een groep van organen die een bepaalde functie vervullen.

New cards
14

Populatie

Een groep van dezelfde soort organismen.

New cards
15

Levensgemeenschap

Alle verschillende populaties in een bepaald gebied.

New cards
16

Ecosysteem

Een begrensd gebied met een levensgemeenschap en niet-levende natuur.

New cards
17

Organisatieniveaus

De volgorde van biologische grootheden van molecuul tot ecosysteem.

New cards
18

Eenvoudige organismen

Organismen die uit slechts één cel bestaan.

New cards
19

Eukaryoten

Organismen met een celkern.

New cards
20

Prokaryoten

Organismen zonder celkern, maar met plasmiden.

New cards
21

Dekweefsel

Weefsel dat lichaamsoppervlakken beschermt.

New cards
22

Zenuwweefsel

Weefsel dat informatie doorgeeft met zenuwcellen.

New cards
23

Spierweefsel

Weefsel dat beweging mogelijk maakt.

New cards
24

Tussenstoffen

Stoffen die tussen cellen in een weefsel zitten.

New cards
25

Celmembraan

Dunne laag die het cytoplasma omsluit en selectief doorlaat.

New cards
26

Cytoplasma

Vloeistof in de cel met stoffen voor celprocessen.

New cards
27

Celkern

Bevat DNA en informatie van de cel.

New cards
28

Bladgroenkorrel

Organel dat glucose en zuurstof produceert via fotosynthese.

New cards
29

Celwand

Dikke stof die plantaardige cellen stevigheid geeft.

New cards
30

Vacuole

Blaasje in plantaardige cellen gevuld met vocht.

New cards
31

Ribosomen

Organellen die eiwitten produceren.

New cards
32

Golgisysteem

Bewerkingsstation voor onvoltooide eiwitten.

New cards
33

Lysosomen

Enzymen die afvalstoffen afbreken.

New cards
34

Exocytose

Transport van stoffen naar buiten de cel.

New cards
35

Endocytose

Transport van stoffen naar binnen de cel.

New cards
36

Mitochondrium

Organel dat energie produceert uit glucose.

New cards
37

Fotosynthese

Proces waarbij planten glucose en zuurstof maken.

New cards
38

Diffusie

Verplaatsing van stoffen van hoge naar lage concentratie.

New cards
39

Permeabel

Membraan dat kleine moleculen laat passeren.

New cards
40

Osmose

Verplaatsing van water van lage naar hoge concentratie.

New cards
41

Semipermeabel

Membraan dat sommige stoffen doorlaat.

New cards
42

Osmotische waarde

Aantal opgeloste deeltjes per volume-eenheid.

New cards
43

Aquaporines

Eiwitten die snel transport van water mogelijk maken.

New cards
44

Isotoon

Gelijke osmotische waarde binnen en buiten de cel.

New cards
45

Hypotoon

Lagere osmotische waarde in de omgeving.

New cards
46

Hypertoon

Hogere osmotische waarde in de omgeving.

New cards
47

Turgor

Druk van vloeistof in een cel tegen de celwand.

New cards
48

Plasmolyse

Loslaten van het celmembraan van de celwand.

New cards
49

Passief transport

Transport zonder energie.

New cards
50

Actief transport

Transport met energie.

New cards
51

Transporteiwitten

Eiwitten die specifieke moleculen transporteren.

New cards
52

Literatuuronderzoek

Verzamelen van bestaande kennis over een onderwerp.

New cards
53

Beschrijvende onderzoek

Beschrijving van gegevens uit onderzoek.

New cards
54

Hypothesetoetsend onderzoek

Onderzoek naar mogelijke verklaringen voor waarnemingen.

New cards
55

Onterwerpend onderzoek

Ontwerpen van een product als antwoord op een vraag.

New cards
56

Fasen van onterwerpend onderzoek

Waarnemingen, hypothesevorming, concept, prototype, experimentele fase, presenteren.

New cards
57

Fasen van natuurwetenschappelijk onderzoek

Waarnemingen, onderzoeksvraag, hypothesevorming, experimentele fase,

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 16 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 20 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 25 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 12 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 22 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 5865 people
... ago
4.8(33)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (53)
studied byStudied by 113 people
... ago
5.0(3)
flashcards Flashcard (76)
studied byStudied by 235 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (48)
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (39)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (28)
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (73)
studied byStudied by 2 people
... ago
4.0(1)
flashcards Flashcard (250)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (48)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
robot