1/8
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Initiaalwoord
Initiaalwoord
Bestaat uit de eerste letters van een woord(groep)
Je leest het letter voor letter
Wordt zonder puntjes gespeld
Voorbeelden: gsm, sms, w
Letterwoord
bestaat uit de eerste letters van een woord(groep)
Je leest het als één woord
Wordt zonder puntjes gespeld
Voorbeelden: vip, led, Benelux
samenstelling initiaal woord
Samenstelling met initiaalwoord
Krijgt een koppelteken
Voorbeelden: gsm-gebruik, sms-bericht, wc-bril
samenstelling letterwoord
Zonder koppelteken, tenzij het hoofdletters bevat
Voorbeelden: simkaart, ledlamp, NAVO-vliegtuig
persoonlijk voornaamwoord (pvn )
Verwijst naar iets of iemand
Voorbeelden: Ik, jij, ons, ze
bezittelijk vnw (bvn)
erwijst naar de bezitter
➤ Jouw spullen, hun auto, mijn boeken, de hare
Kan bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt worden
vragend voornaamwoord vvn
ebruik je om iets te vragen over iemand of iets
➤ Wie, wat, welke
wederkerend vnw ( wed.vn. )
Verwijst naar het onderwerp van de zin
Komt voor bij wederkerende werkwoorden
➤ Ik herinner me iets, Hij verslikt zich, We vergisten ons
wederkerig vnw ( wdgvn )
De handeling is wederzijds
➤ Actie gebeurt tussen meerdere personen
➤ Zij helpen elkaar, We kusten elkaar