Werkwoorden met vaste preposities

beginnen met / aan

to begin with

behoren tot

to belong to, be part of

beperken tot

to limit/confine to

beslissen over

to decide about/on

bestaan ui

to consist of

blijken uit

to be apparent / appear from

brengen naar

to bring to

controleren op

to check for

delen met

to share with

denken aan

to think of/about, to be mindful of

doorgaan met

to continue with/ keep on

dromen over / van

to dream about / of

gaan naar

to head (over) to

geloven in

to believe in

genieten van

to enjoy

geven aan

to give to

helpen met

to help with

herinneren aan

to remind, to remember

hopen op

to hope for

houden van

to like, to love

ingaan op

to respond to, react to

kijken naar

to watch

lachen om

to laugh about

leiden tot

to lead to

leveren aan

to deliver to

lijken op

to look like

luisteren naar

to listen to

oefenen met

to practice with

passen op

to look after, babysit

reageren op

to react, respond to

rekenen op

to count, rely, depen on

schrijven aan / naar

to write to

schrikken van

to be scared of, startled by

spreken over iets met iemand

to talk about something with someone

stemmen op

to vote for

stoppen met

to stop with

toegeven aan

to give in, cave in to

trekken aan

to pull on

trouwen met

to get married with

vergelijken met

to compare with

vertellen aan

to tell to someone

voorstellen aan

to propose to someone

vragen aan

to ask someone

wachten op

to wait on

wennen aan

to get used to

wijzen naar

to point at/to

zeggen tegen / aan

to say to someone

zich voorbereiden op

to prepare for, get ready for

zoeken naar

to look for, search for