1/46
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Wat is de bloementuin?
Een visuele voorstelling van het pedagogisch raamwerk en de MeMoQ
Wat is het doel van de bloementuin?
Om pedagogische kwaliteit na te streven in de kinderopvang.
Waar staat de afkorting MeMoQ voor?
Meten en Monitoren van de Kwaliteit van de kinderopvang
Wat is de MeMoQ
Dit is een zelfevaluatie-instrument dat kinderbegeleiders gebruiken om de pedagogische kwaliteit van hun kinderopvang te evalueren.
Wat stellen de bloemen voor en wat houden ze in?
De bloemen stellen de kinderen voor. Elke bloem is anders → elk kind is uniek. Kinderopvang moet elk kind rijke ontplooiingskansen bieden en stimuleren op verschillende ontwikkelingsdomeinen.
Waar staat de sproeier die alle bloemen water geeft voor?
Om de ontplooiingskansen te bevorderen, gebruikt de kinderopvang een brede aanpak voor alle kinderen (zoals een sproeier die alle bloemen water geeft).
Waarop deze brede aanpak gebaseerd?
Deze aanpak is gebaseerd op:
de pedagogische visie,
het pedagogisch raamwerk,
de dimensies van MeMoQ,
zelfevaluatie en observatie om het handelen bij te sturen.
Volgens werken de kinderbegeleiders tot slot?
Tot slot werken kinderbegeleiders steeds volgens een gezamenlijke pedagogische visie.
Wat bepaald de gezamenlijke pedagogische visie?
Die visie bepaalt hoe ze omgaan met kinderen, ouders en collega’s, en vormt de basis voor al hun handelen.
1
Warme omgeving
2
Ervaringsgebieden
3
Ontwikkelingsdomeinen
4
Welbevinden
5
Betrokkenheid
6
Brede aanpak
7
Respect voor diversie
8
Gerichte aanpak
9
Pedagogisch raamwerk
10
Kijken en inspelen
11
Zelf-evaluatie
12
Kwaliteits cirkel
Om pedagogische kwaliteit in de kinderopvang te bereiken, gebruiken kinderbegeleiders het pedagogisch raamwerk.
Dit raamwerk beschrijft:
de opdrachten en uitgangspunten,
het pedagogisch handelen van de begeleiders,
en wat nodig is om kwaliteit te waarborgen.
Waar steunt dit raamwerk op?
Het raamwerk steunt op 6 dimensies van MeMoQ (Meten en Monitoren van de Kwaliteit van de Kinderopvang).
De 6 dimensies van MeMoQ
Welbevinden
Betrokkenheid
Emotionele ondersteuning
Educatieve ondersteuning
Omgeving
Gezinnen en diversiteit
Welbevinden
Het kind voelt zich goed in de opvang.
Betrokkenheid
Het kind vindt de opvang boeiend en interessant.
Waar gaan welbevinden en betrokkenheid over in het algemeen?
Deze eerste twee gaan over de ervaring van het kind in de opvang.
Emotionele ondersteuning
De begeleider zorgt dat het kind zich veilig en gewaardeerd voelt, door warme relaties op te bouwen.
Educatieve ondersteuning
De begeleider stimuleert de ontwikkeling en het leren van het kind (bv. taal, spel, diversiteit…).
Waar gaan emotionele ondersteuning en educatieve ondersteuning over?
Deze twee gaan over de interactie tussen begeleider en kind.
Omgeving
De kwaliteit van de omgeving speelt mee: materialen, activiteiten, personeel, dagstructuur, …
Gezinnen en diversiteit
Er wordt rekening gehouden met verschillen tussen gezinnen (zoals gezondheid, temperament, gezinssamenstelling, economische situatie…).
Wat vormen deze 6 dimensies?
Deze 6 dimensies vormen de leidraad van het pedagogisch handelen in de kinderopvang.
Wat wordt er in elke dimensie toegepast en waarom?
Binnen elke dimensie wordt een professionele (ortho)pedagogische aanpak toegepast om de ontwikkeling en het welzijn van elk kind te ondersteunen.
Waar doet de schuurborstel in de bloementuin?
De verschillende dimensies moeten regelmatig bekeken en misschien aangepast worden om de kwaliteit nog te verbeteren
Wat moet de kinderopvang doen aan de hand van de kwaliteitscirkel?
De kinderopvang moet dus regelmatig aan zelfreflectie doen (aan de hand van de kwaliteitscirkel), zichzelf evalueren (reflecteren) aan de hand van de kwaliteitscirkel.
Om alle kinderen rijke ontplooiingskansen te bieden, is het belangrijk om:
een brede aanpak te gebruiken (voor alle kinderen),
maar ook rekening te houden met diversiteit en de eigenheid van elk kind. Elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen tempo en manier → soms is een gerichte aanpak op maat nodig.
Waar staat de grote bloem voor en wordt mee gewerkt om die rijke ontplooiingskansen te bieden?
Hiervoor wordt gewerkt met een kindvolgsysteem (de grote bloem), waarmee begeleiders het kind volgen en extra ondersteuning kunnen bieden waar nodig. Instrumenten zoals ZIKO-VO of Kijk! helpen hierbij.
Waar staat het regenboogmodel voor?
De 4 ervaringsgebieden (Kinderopvang stimuleert ontwikkeling via vier ervaringsgebieden)
Wat zijn deze vier ervaringsgebieden?
Ik en de ander
Lichaam en beweging
Communicatie en expressie
Verkennen van de wereld
Ik en de ander
kinderen leren omgaan met anderen en bouwen een eigen identiteit op.
Lichaam en beweging
ondersteunt de lichamelijke ontwikkeling.
Communicatie en expressie
helpt kinderen zich verbaal, non-verbaal en creatief te uiten.
Verkennen van de wereld
kinderen leren de wereld begrijpen via ervaringen en ontdekking.
Wat is belangrijk om te doen?
Het is belangrijk dat alle ervaringsgebieden gestimuleerd worden, zodat kinderen zich evenwichtig kunnen ontwikkelen.
Wie is de gids en wat doet de gids?
De kinderen zelf zijn de gids: ze tonen wat ze nodig hebben en interessant vinden.
Wat is de rol van de kinderbegeleider hierin?
De rol van de kinderbegeleider hierin is kijken naar de signalen die de kinderen geven (zie bril) en hierop inspelen. Op deze manier gaan kinderen kunnen groeien en bloeien op hun eigen specifieke manier.