SP -> NL
casarse
trouwen
el fantasma
het spook
la selva
het oerwoud
un sueño
een droom
soñar
dromen
los gitanos
de zigeuners
crecer
groeien
llegar
aankomen
una infusión
een kruidenthee
la fiebre
de koorts
el invento
de uitvinding
extranjero/a
buitenlands
la prosperidad
de welvaart
la huelga
de staking
el éxito
het succes
la consciencia
het geweten
el miedo
de angst
regresar
teruggaan
volver
teruggaan
volver a + werkwoord
opnieuw
el árbol
de boom
despierto/a
wakker
la cola
de staart
el cerdo
het varken
imagínese usted
stelt u voor
servir
serveren
amanecer
dag worden, hier wakker worden
el presentimiento
het voorgevoel
suceder
gebeuren
burlarse
uitlachen
reírse
uitlachen
dijo
hij/zij zei
sencilla
eenvoudig
oír
horen
el/la carnicero/a
de slager
comprar
kopen
la desgracia
de narigheid
esparcir un rumor
een gerucht verspreiden
un pajarito
een vogeltje
bajar
dalen
irse
weggaan
desesperado/a
wanhopig
atreverse
durven
llevar
meenemen
creer
geloven
varias
verschillende
la angustia
de angst, de spanning
la certidumbre
de zekerheid
un pensamiento
een gedachte