NDLS BA2 (Debtina) Cartes | Quizlet
Studied by 0 people
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
Flashcards1/360
There's no tags or description
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
361 Terms
vloeiend
fluide
de moedertaal
la langue maternelle
de vreemde taal
la langue étrangère
beheersen
maîtriser
de talenkennis
la connaissance des langues
anderstalig
qui parle une autre langue
tweetalig
bilingue
meertalig
multilingue
de vaardigheid
la compétence
de uitspraak
la prononciation
het dialect
le dialecte
de standaardtaal
la langue par défaut
de voertaal
la langue officielle
de taalgrens
la frontière linguistique
het taalgebied
la région linguistique
de wereldtaal
la langue universelle
de verengelsing
l'anglicisation
de aanleg
le don, le talent
de talenknobbel
le don des langues
de motivatie
la motivation
de taal
la langue
de spreker
le locuteur
vlot
fluide
de moedertaalspreker
celui qui parle la langue maternelle
de beheersing
la maîtrise
de anderstalige
celui qui parle une autre langue
gemotiveerd zijn
être motivé
verwerven
acquérir
de taalbeheersing
la maîtrise d'une langue
de taalverwerving
l'acquisition de la langue
de studie(s)
les études
uit het hoofd leren
apprendre par coeur
het onderwijs
l'enseignement
onderwijzen
enseigner
de leerkracht
l'enseignant
de leraar
l'enseignant
de leerling
l'élève
de docent
le professeur
de student
l'étudiant
de professor
le professeur d'université
het schoolrapport
le bulletin scolaire
de kleuterschool
l'école maternelle
de lagere school
l'école primaire
op school zitten
être à l'école
het basisonderwijs
l'enseignement fondamental (primaire+maternelle)
het hoger onderwijs
l'enseignement supérieur
de hogeschool
la haute école
de universiteit
l'université
aan de universiteit studeren
étudier à l'université
het inschrijvingsgeld
le minerval
de studierichting
l'option d'étude
het vak
la matière
het keuzevak
le cours à option
geïnteresseerd zijn in
s'intéresser à
interesse hebben voor
s'intéresser à
zich interesseren voor
s'intéresser à
notities maken
prendre des notes
noteren
noter
iets opschrijven
noter
het examen(s)
l'examen
een mondeling examen afleggen
passer un examen oral
een schriftelijk examen afleggen
passer un examen écrit
een examen afnemen
faire passer un examen
slagen
réussir
zakken
rater
de vrijstelling
la dispense
de eerste zit(tijd)
la première session
de tweede zit(tijd)
la seconde session
het leerkrediet
le crédit
het studiepunt
le crédit
blijven zitten
doubler
bissen
doubler
de bisser
le doubleur
afstuderen
terminer ses études
met voldoening
avec satisfaction
met grote onderscheiding
avec grande distinction
blokken
étudier beaucoup
de blokperiode
le blocus
de studentendoop
le baptême étudiant
de eerstejaarsstudent
l'étudiant de première année
de schacht, het groentje
le bleu
de faculteit
la faculté
de wetenschap
la science
wetenschappelijk
scientifique, scientifiquement
het wetenschappelijk onderzoek
une recherche scientifique
de theorie
la théorie
de praktijk
la pratique
de Erasmusuitwisseling
l'échange Erasmus
op Erasmus gaan
partir en Erasmus
de ervaring opdoen
acquérir de l'expérience
de (e-)mail
l'e-mail
het (e-)mailadres
l'adresse e-mail
(e-)mailen
envoyer un mail
(ver)sturen naar
envoyer à
verzenden
envoyer
krijgen
recevoir
ontvangen
recevoir
de ongewenste e-mail
le courrier indésirable
de afzender
l'expéditeur
de ontvanger, de geadresseerde
le destinataire
Note 
Flashcards (28)