1/29
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Hypocalciëmie
- te laag calciumgehalte in het bloed
- rustpotentiaal zenuwcellen destabiliseert ( vnl motorneuronen) —> onillekeurige contracties skeletspiern (spasmen)
Tetanie
- gevolg hypocalciëmie
- spasmen zoals laryngospasmen —> kan leiden tot asfyxie (verstikking)
Hyperparatyroïdie
- bv. Bij tumor parathyroïden
- calciëmie stijgt
- gevaar voor calcificatie weke organen + ontwikkelen nierstenen
Asfyxie
verstikking
Rachitis
- vervormen van de beenderen door onvoldoende verkalking
- gevolg van Vit D tekort
- bij kideren in de groeifase
Osteïtis deformans
- ziekte van Paget
- skeletziekte
- reorganisatie van de structuur van de beenderen, waardoor ze makkelijker breken
- farma: humaan calcitonine, calcitonine van de zalm (= veel actiever) —> biotechnologisch gemaakt
Bursitis
- acute/ chronische ontsteking bursa
- door trauma, infectie, reumatoïde artritis
- oorzaak: buitengewoon sterke belasting gewricht
- gepaard met lokale ontsteking, opstapeling vocht, pijn, zwelling, beperkte beweeglijkheid van gewricht
Carpaal tunnel syndroom
— knelling nervus medianus (handzenuw) door zwelling structuren rond de tunnel/ de peesschede
- pijn, verdoofd gevoel & tintelingen in de vingers (behalve de pink)
- voornamelijk tijdens de nacht
- behandleing:ontstekingsremmers, chirurgie
fracturen
- beenweefsel herstelt snel door doorbloeding (slechte voeding? -> trager botherstel)
- herstel in fasen: ontsteking - proliferatie - remodellering
- doel behandeling: anatomische vormcorrectie + herstel functie
- 2 soorten
i) gesloten reductie: manuele manipulatie, huid intact
ii) open reductie: chirurgie (interne fixatie)
--> na reductie: immobilisatie mbv bv gips, spalk...
- vooral op oudere leeftijd (+ meer risico op vallen oiv benzodiazepines/ osteoporose)
- kinderen zijn metaboler, herstellen sneller
EINDE
Osteoporose
- systemische skeletale aandoening: lage botmassa + micro-architecturale aantasting (ruimtes) botweefsel --> botfragiliteit/ gevoeliger fracturen
-jongvolwassen skelet: botvorming & afbraak in evenwicht, bij osteoporose meer afbraak
- te lage BMD (bone mineral density) => osteoporose (bepaalt adhv botdensitometrie)
-verouderingsproces
i)vrouwen: meer botremodellering, maar meer afbraak dan opbouw -> BMD daalt
ii)mannen: minder botproductie, vertraagde botomzetting
-risicofactoren: vroege menopauze, lage calciuminname, roken, alcohol, veel zitten, leeftijd, ethniciteit
- doel behandeling: kans fracturen verkleinen -> skelet versterken + valrisico verlagen
behandeling: gezonde voeding, fysieke activiteit, gezonde levensstijl ev supplementatie vit D/calcium (bij tekort hieraan), valpreventieprogramma's, spierversterking, visuele training, balanstraining
=> verlagen verlies botmassa, MAAR herstellen BMD niet
- FARMA: (enkel bij hoog risico fracturen)
EINDE
Lage rugpijn (LBP)
- in alle leeftijdscategorieën (40% volw -> als eens chronische rugmijn (>3 maanden)
- = belangrijkste oorzaak van aantal levensjaren met disabiliteit
- LBP is een symtoom, geen ziekte + is een complexe aandoening
- lokalisatie: ondergrens ribbenboog tot bilplooi onder het achterwerk + ev uitstralen naar benen (al/niet neurologische betrokkenheid
- factoren die bijdragen tot pijn: psychologische, sociale, biofysische factoren, comorbiditeiten & pijnverwerkingsprocessen
- risico's: levensstijlfactoren bv roken, obesitas, weinig fysieke activiteit...
-mogelijke bronnen lage rugpijn
i) aspecifieke lage rugpijn: exacte bron kan niet gespecifieerd worden, maar bep structuren (tussenwervelschijf, facetgewricht, eindplaat wervel) kunnen pijn veroorzaken
!! Medische beeldvorming geeft geen voordeel ( bevindingen worden vaak ook gevonden bij mensen zonder LBP -> bevindingen gaan nt oorzaak pijn zijn
ii) LBP die gepaard gaat met ischias/ sciata (radiculaire pijn): pijn in onderste ledematen, langs 1/>1 dermatomen (soms neurologische symptomen) => bron is vaak hernia met lokale inflammatie/ lumbaal kanaalstentose/ foraminaalstentose ( zorgen voor compressie zenuwwortel en neurologische klachten)
iii) wervelfractuur: zelden onder 50 jaar, risiscofactor= langdurig gebruik corticosteroïden
iv) axiale spondyloartritis (ziekte van bechterew): chronische inflammatoire aandoening wervelkolom, bij jonge mensen, op beeldvorming zie je structurele schade in gewrichten, ochtendstijfheid
v) kanker: LBP vaak bij gemetastaseerde kanker. Vertebrale metastasen in 3-5% van de gevallen (vooral bij borst, long, prostaat, schildklier & GI kanker)
vi) infecties: spondylodiscitis, vertebrale osteomyelitis, epiduraal abces, infectie facetgewricht
- BEHANDELING: biopsychosociaal model want associatie gedrag, psychologische, sociale factoren en het persisteren van pijn -> aandacht zelfmanagement, bewegingstherapie, psychologische hulp -> enkel farmaca als dit niet werkt
- FARMA: NSAID's (bv.ibuprofen) (lage dosis, korte periode), paracetamol = NT effectief, opioïden (tramadol) w afgeraden (enkel kortdurend + monitoring
EINDE
Osteoartritis/artrose
- degeneratieve gewrichtsaandoening, progressieve aandoening synoviale/ gewichtsdragende gewrichten (bv heup, knie, wervelkolom, eindgewrichten vingers, metatarsofalangeaal gewricht grote teen....) (=whole-organ-disease)
!! hallux rigidus: bewegingsbep grote teen
hallux valgus: asafwijking grote teen
- ontstaat tgv mechanische belasting + induvidu heeft ev verhoogd risico ontwikkelen artrose
- stress op kraakbeen -> w aangetast en afgebroken -> regenereert beperkt -> kraakbeen littekenweefsel = minder elastisch & schokdempend (MAAR ook ligamenten, pezen... aangetast)
- knobbelvormige verdikkingen: contactopp gewricht stijgt om druk te verdelen
- risico's: spierzwakte, statieafwijkingen ledematen, overgewicht
- symptomen: pijn, stijfheid, zwelling, bewegingsbep. (door structurele verandering gewricht), pijn minder bij rust
- behandeling: artrose =ongeneeslijk -> vermijden overgewicht, vol beweging (kraakbeen gevoed via synoviaal vocht dat in kraakbeen geperst w door de bewegen), educatie (ziekte-& behandelingsinzicht) -> farma en bv zool-schoenadvies als dit niet werkt
- FARMA: paracetamol bij hinderlijke pijn
knie? -> Topicale NSAID's (diclofenac) of orale COX-2-selectieve NSAID's + proton pomp inhibitoren (pantoprazole) in geval GI-comorbiditeiten of intra-articulaire coricosteroïden (methylprednisolone) of hyaluronzuurinjecties
2 laatste ook bij heup- of polyarticulaire artrose
Cardiovasculaire comorbiditeiten of frailty? GEEN orale NSAID's
!! Orale / transdermale opiaten/ opioïden NIET
- -> als dit allemaal faalt: gewrichtsvervangende chirurgie (prothese)
EINDE
reumatoïde artritis (RA)
- chronische inflammatoire aandoening (aantasting gewrichten, maar kan ook extra articulair manifesteren: reumatoïde nodules, pulmonaire aantasting, vasculitits (=ontsteking wand bloedvaten) ...
- auto-immune aantasting, bij 50-70% zijn er karakteristieke antilichamen (reumafactor (=autoantibodies against Immunoglobines) & ACPAs (autoanitbodies against citrullinated peptides) => seropositieve patiënten (neg voor antilichamen = seronegatief)
- seropositieve RA erfelijker dan seronegatieve
- aanwezigheid antilichamen (seropos) -> ernstigere gewrichtsschade + symptomen
- auto-immuun: irritatie & inflammatie synoviaal gewricht + gewrichtsschade (door deling BW cellen, katabolisme chondrocyten, aanmaak osteoclasten...) => leidt tot beenderige erosie corticale bot + vorming geodes (cysten) spongieus bot
- symptomen: gevoelige, gezwollen gewrichten, , ochtendgewrichtsstijfheid, afwijkende labotesten (hogere conc C-reactieve prot of hogere sedimentatiesnelheid RBC) => niet specifiek voor RA, kan ook reactieve artritis, osteoartritis, psoriatische artritis zijn
-behandeling: vooral inflammatie onder controle houden, zo verdere schade voorkomen en fysieke functie maximaliseren
i) NSAIDs tegen pijn & stijfheid + fysieke functie beteren MAAR grijpen niet in op gewrichtsschade
- Glucocorticosteroïden (methylprednisolone) als aanvalsbehandeling bij opstoten, MAAR ernstige bijwerkingen op LT
iii) DMARDs (disease-modifying antirheumatic drugs): impact op inflammatie + op structurele schade
2 klassen: synthetische en biologische DMARDs
1/ synthetische -> conventionele en doelgerichte
1.1/ conventionele DMARDs (methotrexaat eerste keuze) vaak met glucocorticoïden (moeten snel afgebouwd worden) => als deze faalt:
*geen predictoren: andere conventionele (leflunomide) + glucocorticoïden
* wel predictoren: combinatie met biologische/targeted DMARDs (Janus kinase inhibitor tofacitinib of baricitinib)
2/ biologische DMARD: monoklonale antistoffen, industrieel gemaakt
gericht tegen TNF-alfa (infliximab, adalimumab), TNF-alfa/IgG-complex (etanercept), IL-6 (tocilizumab), B-cellen (anti-CD20 rituximab), T-cellen (CTLA-', abatacept) => biologicals zijn heel effectief tegen RA, maar heel duur
EINDE
Spondyloartropathie (SpA)
= verzamelnaam chronische inflammatoire aandoeningen die leiden tot artritis
- Axiale SpA: tast vooral wervelzuil (spondylitis) en bekken (sacro-iliitis) aan
=> geassocieerd met inflamm. darmaandoeningen (bv ziekte van Crohn), reactieve perifere artritis, dactylitis, enthesitis ( inflamm. thv aanhechting pezen...), uveïtis (inflam. binnenkant oog)
i) reeds structurele schade met verbening op radiografie => spondylitis ankylosans (ziekte van Bechterew)
ii) zonder structurele schade :> niet-radiografische axiale spondylartritis
- symptomen: chronische rugpijn, stijfheid van bekken en lumbale wervelzuil (ook andere delen), ochtendstijfheid in lage rug (betert na beweging, niet na rust), nachtelijke pijn (2e deel nacht), kyfotische/gebogen houding( door verbening)
- 20-30 jaar
- met gewrichtsschade: 2x zoveel mannen als vrouwen
zonder schade: gelijk mannen & vrouwen
- men vermoedt dat SpA immuungemedieerd is (HLA-B27 = belangrijkste genetische associatie) + cytokinines TNF-alfa en IL-17
-diagnose: klinische indicatoren, labo indicatoren, medische beeldvorming (vooral sacro-iliacaal gewricht is vaak aangetast)
- eerstelijnsbehandeling: NSAIDs voor reduceren rugpijn en stijfheid + educatie, oefeningen... + ev locale steroïden, conventionele DMARDs (sulfasalazine, methotrexaat)
- als dit faalt: biologische DMARDs (TNF-alfa blokker, IL-17 blokker)
- eventueel analgetica of heelkunde
EINDE
Lupus (systemische lupus erythematosus, SLE)
- auto immuunziekte met aanwezigheid van nucleaire antilichamen (antinuclear factor, ANF) -> deze veroorzaken immuunreactie + inflammatie van verschillende organen
- vooral bij vrouwen
- ziekte kan zich onder veel vormen presenteren en veel organen aantasten
- meestal spier- en gewrichtsaandoeningen + nefritis
- mortaliteit = 5% dood na 5 jaar, 22% na 20 jaar
- behandeling w aangepast ifv aangetaste organen + algemene aanpak ziekte
i) inflammatoire artritis + voortdurende synoviale klachten -> hydroxychloroquine (=anti malaria): als dit faalt -> methotrexaat
ii) NSAIDs (ibuprofen)
iii) bij opstoten: korte kuur met corticosteroïden voor reductie klachten
=> als i, ii, iii falen: biologische DMARDs (belimumab, rituximab)
EINDE
Jicht
- gewrichtsontsteking door chronische afzetting urinezuurkristallen
- jicht = inflammatoire reactie op de urinezuurkristallen
- in gevorderd stadium: tophi (=onderhuidse verdikking door opstapeling urinezuurkristallen
- hyperuricemie = serum urinezuurconc (408 micormol/L) waarboven urinezuurkristallen zich kunnen vormen (meer kristallisatie bij lagere pH/ temp) => ontstaat bij te veel purines via voeding, overproductie door metabole processen, bij celafbraak, onvoldoende uitscheiding purines door nieren/ darmen (onvoldoende excretie = belangrijkste oorzaak)
- bij mannen altijd, bij vrouwen post-menopauzaal
- jicht vaak voor het eerst als acute inflammatoire episode in voet/ enkel, vaak metatarsofalangeale gewricht grote teen
- zelfeliminerend over 1-2 weken met volledig verdwijnen inflamm. symptomen MAAR als hyperuremie aanhoudt: recurrente opstoten, langer in duur + meerdere gewrichten aantasten (polyarticulair)
=> onbehandeld? stadium met chronische artritis en tophi ( gekenmerkt door chronische gewrichtspijn, structurele gewrichtsschade, frequente opstoten, beperkingen algemeen functioneren)
- behandeling: reductie hoev. urinezuur om kristallen op te lossen:
i) bij opstoten: NSAIDs, colchicine, coricosteroïden (controle inflamm. antwoord urinezuurkristallen, om gewrichtspijn en zwelling te verminderen)
ii) onderhoudstherapie om conc urinezuur te verminderen: 3 klassen
1/ urinezuurproductie verminderen (allopurinol)
2/ urinezuursecretie via nieren bevorderen (uricosurica zoals probenecid)
3/ GM die omzetting urinezuur naar meer wateroplosbaar allantoïne, voor makkelijkere secretie (uricase zoals rasburicase)
- verder levenstijlveranderingen: gewichtsverlies, voedingsveranderingen
EINDE
sacropenie
- verlies aan spiermassa op oudere leeftijd -> door vermindering aantal spiervezels (type I en type II) + afname omvang resterende spieren + spiervezels verkorten + pennatiehoek w minder gunstig + verlies contractiele eigenschappen (door leeftijdsgebonden veranderingen i/h BW
- spierpezen minder stijfheid -> minder efficiënte krachtoverdracht
=> combinatie atrofie + architecturale veranderingen = spierzwakte
! >70j: tot 3,5% spierafname/ jaar door biologische verouderingsprocessen, minder bewegen, optreden ziekte
- meer uitgesproken verlies type II: verlies spierkracht en explosiviteit
- hogere conc IL-6 en TNF-alfa gepaard met minder spierkracht& spiermassa
- verergering sacropenie bij inflammatie (door infectie, trauma, chirurgie...), tekort vit D, ontoereikende eiwit-inname, gebrek lichaamsbeweging
- primaire preventie: regelmatige lichaamsbeweging (dagelijks 30 minuten + 1/3 per week grote spiergroepen trainen) --> motivatie patiënt is belangrijk
- secundaire preventie (oudere personen met lagere spierfunctie, maar geen sacropenie): zelfde als prim. preventie MAAR aandacht barrières lichaamsbeweging + zaken die sacropenie versterken
- patiënten met sacropenie: weerstandstraining (verbetert spiermassa, spierkracht)
! tijdens training vrijstelling myokines -> prikkelen immuuncellen om ontstekingsremmende stoffen te produceren met pos. effect op veroudering, algemene gezondheid, spierkracht- en massa
EINDE
tendinopathie
- peesblessure
- pijn en functieverlies, ev met zwelling (doordat vocht inextracellulaire matrix toeneemt)
- architecturale verandering, verlies parallelle oriëntatie collageenvezels type III, microtraumata
- grotere activiteit tenoblasten, tenocyten -> kan leiden tot celdood
- beeldvorming: hypo-echogene zones, toegenomen dikte, onregelmatige peesstructuur, ev calcificaties, neovascularisatie (ingroei nieuwe bloedvaten, zenuwen)
! kwaliteit peesstructuur is niet per se gelinkt aan intensiteit pijn
- behandeling: moeilijk gezien heterogeniteit in klinische presentatie -> zo aangepast mogelijk behandelen
pijnreductie
i) NSAIDs, corticosteroïde injecties (methylprednisolon MAAR neg effect peesstructuur), schockwave therapie (= tegen pijn + voor herstel)
=> goed op korte/ middellange termijn, op LT is effectiviteit twijfelachtig
- naast farma: isometrische contracties hebben pijndempend effect + progressieve krachtoefeningen, pijneducatie
EINDE
spierscheur
- in 90% van de gevallen aan overgang tussen spier en peesweefsel (musculotendineuze overgang)
- tijdens explosieve activiteit, overbelasting
- 3 gradaties
i) graad 1: milde schade individuele spiervezels, weinig functieverlies
ii) graad 2: uitgebreide schade met meer spiervezels, functieverlies MAAR spier niet volledig gescheurd
iii) graad 3: volledige scheur spier/pees -> chirurgie
- behandeling: POLICE (Protectie, Optimal Load, Ijs, Compressie, Elevatie (=opwaarste beweging gewricht))
- genezen door spierregeneratie en littekenweefsel
! gedoseerde belasting -> bevorderd mRNA-expressie van EW cruciaal in de genezing
! bewegen = activatie sattelietcel -> vorming myoblasten
=> voll immobilisatie inhibieert dit proces -> meer littekenweefsel !! wel voorzichtig zijn
- littekenweefsel moet functioneel worden: voldoende lengte, voldoende elastisch -> dynamische rekoefeningen
- eerste 24-48 uur volledige rust, daarna pijn als richtlijn behandeling
- sporthervatting na 3-4 weken, vaak langer
- spier sport-functioneel trainen
- spierkrachtuithouding belangrijk: spiervermoeidheid -> spier kan minder energie absorberen -> scheurt sneller
- FARMA: NSAIDs (ibuprofen) MAAR controversieel (mogelijk vertragende werking op heling)
EINDE
Musculaire distrofie
- groep erfelijke skeletspierziektes die meestal tot uiting komen op kinderleeftijd
- bv. ziekte van Duchenne
- aangetaste spieren nemen toe in grootte door opstapeling vet en BW, maar spiervezels degenereren/atrofiëren (ondanks volumetoename w spieren minder functioneel
Ziekte van Duchenne
- erfelijke skeletspieraandoening
- rond leeftijd 2-6 jaar
- kinderen worden onhandig, vallen door verzwakkende spieren
- eerst in de extremiteiten, klimt hogerop en bereikt hoofd en borstspieren
- dood door ademfalen (> 20 jaar)
- veroorzaakt door gebrek proteïne dystrofine, verantwoordelijk voor integriteit sacrolemma
voorste kruisband letsel
- VKB belangrijk voor stabiliteit kniegewricht (zorgt dat onderbeen niet te fel naar voor kan: vangt primaire voorste schuiflade v d tibia op de femur op) + rotatoire stabiliteit + vol met proprioceptoren (elk ligament)
=> VKBletsel -> instabiliteitsklachten ( tijdens rotatiebewegingen)
- VKB onder spanning dus bij klein scheurtje heb je explosief letsel (volledige scheur) -> zal niet spontaan genezen (als VKB niet hersteld w, zal deze verdwijnen)
- revalidatie: doel= sporthervatting MAAR subdoelen= herstel range of motion (ROM), spierkracht, neuromusculaire coördinatie
- revalidatie 6-9 maanden, eerste 4-6 weken brace om te beschermen tegen schuifkrachten
- amper 60% geraakt terug op zelfde niveau
Enkeldistorsie
- heel frequent voorkomend (vooral bij sporters): moet veel load absorberen want enig contact tussen lichaam & grond
- 80-95% laterale enkelverstuiking of inversietrauma
- verschillende gradaties ernst letsel:
i) overrekking: geen functieverlies en geen instabiliteit
ii) partiële scheur: bep functieverlies + bep instabiliteit
iii) volledige scheur: functieverlies + instabiliteit
- behandeling volgens richtlijn KCE
i) topische NSAIDs (diclofenac, ibuprofen, piroxicam) voor verlichten pijn bij acute verstuiking
ii) Paracetamol: extra pijnstillende behandeling
iii) orale NSAIDs als als topische NSAIDs + paracetamol niet werkt als pijnstillend
iv) ook principes POLICE -> dus geen voll immobilisatie, eerder relatieve rust + brace
- behandeling gericht op herstel mobiliteit, spierkracht, neuromusculaire coördinatie
ALGEMEEN
- pijn mindert snel de eerste 2 weken
- normaal herstelproces: 6-8 weken tot functieherstel
- 5-33% na 1 jaar nog pijn of instabiliteit, 3-34% repetitieve enkeldistorties
- hogere ligamentaire laxiteit = neg prognostische factor voor ontwikkelen chronische enkelinstabiliteit
inversietrauma
(zie ook enkeldistorsie)
- overrekking/partiële scheur van vezels van de ligamenten a/d buitenzijde van de voet (=gekoppelde suspinatie + adductie van de voet in plantaire flexie + exorotatie onderbeen => krachten die ontstaan resulteren in verhoogde spanning laterale enkelgewrichten => als spanning rekbaarheid overschrijdt : ligamentaire schade ( vaak anterieur talofibulair ligament (voorste ligament)
- leidt tot tijdelijke sportstop
- tot 70% ontwikkelt residuele (blijvende) symptomen zoals pijn, zwelling, instabiliteit, zwakte... = chronische enkelinstabiliteit
Parathyroidectomie
Onvoldoende parathormoon
Chronisch nierlijden
Onvoldoende activiteit 1-hydroxylase tekort aan Vitamine D hypocalciemie en demineralization behandeling: vitamine D
Gescheurde meniscus
Een scheur van een schijfje van soepel kraakbeen in de knie
studentenelleboog
Pijn olecranon
Tennis en golfelleboog
Zware belasting laterale en mediale epicondylen
Radiculaire pijn