1/61
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
hoe definieren we de protozoa
de protozoa worden meestal gedefinieerd als ééncelige diertjes, ze bestaan uit één enkele cel die zelf alle levensfuncties vervult
tussen wat bestaat er geen duidelijke grens
er bestaat geen duidelijke grens tussen de protozoa (=ééncellige diertjes) en de protophyta
(= ééncelige planten), daarom worden de protozoa en de protophyta dikwijls in één groep ondergebracht namelijk de protista
omschrijf de bouw van de protozoa
ze bestaan uit een kernapparaat, gelegen in een cytoplasmatisch lichaam dat als algemene regel niet in cellen is verdeeld
het cytoplasma word begrensd door een cytoplasmatisch membraam waaraan soms een skeletwand is toegevoegd
de organellen zijn zeer gevarieerd en komen niet allen overal voor
de grootte van de protozoa is zeer veranderlijk en meestal microscopisch
waarom zijn protozoa belangrijk
protozoa komen veelvuldig voor in de natuur/landbouw en kunnen zowel positieve als negeatieve effecten hebben
welke negatieve effecten kunnen protozoa hebben
negatieve effecten zijn onder andere:
algenbloei en daaraan gekoppeld zuurstoftekort in vijvers/poelen
ze veroorzaken ziekten
welke positieve effecten kunne protozoa hebben
positieve effecten zijn onder andere:
penswerking bij de herkouwers (vertering van cellulose)
bewoners van poelen en vijvers: ze worden vaak gebruikt als indicator van biologisch leven en houden ecologisch systeem in stand
ze zijn een onderdeel van meststoffen
met wat kunnen we protozoa niet bestrijden
protozoa kunnen niet met antibiotica behandeld worden omdat hun celapparaat verschilt van dit van de bacterien
hoe worden de protozoa ingedeeld
de protozoa worden gewoonlijk volgens hun manier van voortbewegen geclassificeerd
omschrijf elke klasse van de protozoa
- superclassis der flagellata of geseldiertjes:
zij bewegen voort door één of meerdere gesels of flagella
- superclassis der rhizopoda of wisseldiertjes:
zij bewegen voort door middel van pseudopoda
- superclassis der ciliata of wimperdiertjes:
zij bewegen voort door middel van trilhaartjes
- superclassis van de sporozoa of sporediertjes:
zij hebben geen manier van zelfstandig voortbewegen, het zijn immers allemaal parasieten.
-superclassis van de cnidosporidia:
zij hebben kenmerken van de flagellata en ciliata en zijn moelijk te classificeren, ze bestaan vooral uit parasitaire soorten
geef een synoniem voor de geseldiertjes
de flagellata
geef de kenmerken van de geseldiertjes
ze dragen één of meerdere flagellen
verschillende flagellaten kunne hun flagel tijdelijk verliezen
geef voorbeelden van de geseldiertjes
- trypanosoma gambiense:
veroorzaker van slaapziekte bij de mens
de ziekte word overgebracht door de tsé-tsé vlieg
de ziekte komt vooral voor in quatoriaal en tropisch afrika
- euglena virdis, het oogdiertje:
dit is een groene flagellaat die algemeen voorkomt in vijvers, plassen en waterputten
het is een organisme dat chlorofym bevat
in het voorjaar kan dit organisme soms in enorme aantallen =bloei voorkomen, ze zorgen ervoor dat het water een groene kleur krijgt en ze zorgt voor de uitputting van zuurstof waardoor vissterfte kan voorkomen
- histomonas:
zij veroorzaken histomonosis, een gevreesde ziekte in de kalkoenhouderij
geef een synoniem voor de wisseldiertjes
de rhizopoda
geef kenmerken van de wisseldiertjes
de aanwezigheid van schijnvoetjes die dienen voor voortbeweging en voor fagocytose (voeding)
hierdoor veranderd de vorm van het diertje voortdurend, daarom noemen ze ook wisseldiertjes
hoe worden de wisseldiertjes ingedeeld
ze worden ingedeeld afhankelijk van de plaatsing en de vorm van de pseudopodiën
welke indelingen heeft het wisseldiertje
orde van de amoebina
orde van de foraminifera
orde van de heliozoa of zonnediertjes
orde van de radiolaria of stralendiertjes
geef voorbeelden van de wissekdiertjes
- entamoeba hystolityca:
deze amoebe leeft in de dikke darm en voed zich met de cellen van het slijmvlies waardoor dysenterie en bloedende abcessen ontstaan
zij kunnen via resorptie ook andere organen besmetten
besmetting kan leiden tot de dood (er bestaan geneesmiddelen tegen)
de amoebe kunnen zich buiten het lichaam encysteren
- entamoeba gingivalis:
deze amoebe komt bij naar schatting 75% van de mensen tussen de tanden en tandvlees voor
zij spelen vermoedelijk een rol bij etteren van de tandzakjes
- amoebe in de pens van runderen:
amoebe in de pens van de runderen kunnen cellulose verteren
- foraminiferen:
foraminiferen zijn zeerhizopoden met een schaaltje uit kalk
na het afstervern van deze diertjes blijft de schaal over en hebben als dusdanig enorm bijdrafen tot het vormen van aardlagen
vooral zee-afzettingen zoals bepaalde soorten kalk en krijt bevatten schaaltjes van veel foraminiferen
geef een synoniem voor de wimperdieren
de ciliata
geef kenmerken van de wimperdieren
ze dragen ciliën of trilharen die gebruikt worden voor de voortbeweging en voeding
geef voorbeelden van de wimperdieren
- paramecium caudatum of het pantofeldiertje
het pantofeldiertje leeft in poelen, vijvers en ander stilstaand water waar plantenmateriaal in ontbinding is
- entodinium:
deze ciliaat leeft ook in de pens van de herkauwers of in de blinde darm van de overige hoefdieren
ze kunne planteneiwitten evenals bacterien verteren
wanneer ze afsterven worden ze op hun beurt een gemakkelijke opneembare eiwitbron voor de gastheer
geef een synoniem van de sporedieren
sporozoa
beschrijf de kenmerken van de sporedieren
ze zijn obligaat parasiet en hebben daardoor geen behoefte aan een voortbewegingsstelsel
geef voorbeeldn van de sporediertjes
plasmodium: malaria en plasmodium:
plasmoduimsoorten veroorzaken malaria
de meest voorkomende en dodelijke variant van malaria heet malaria tropica en wordt veroorzaakt door plasmoduim falciparum
plasmoduimsoorten worden op de mens overgedragen door de steekmug van het geslacht anopheles, dit is tevens een vector
de tussengastheer is de mens en de eindgastheer is de mug
beschrijf de cyclus van plasmodium falciparum (malaria tropica)
wanneer de besmette mug een mens steekt, branget de mug hierdoor massa’s parasieten via haar speekselklieren in de bloedstroom
in het eerste staduim noemt men de parasieten sporozoieten
binnen het uur dringen de sporozoieten via het bloed de lever binnen waar ze de exo-erythrocytaire cyclus doorlopen
ze kunnen ook in de bloedstroom blijven waar ze de erythrocytaire cyclus doorlopen
leg uit wat de exo-erythrocytaire cyclus is in de lever cellen van de mens
in de levercellen vormen de sporozoieten leverschizonten
vie schizogonie worden talrijke schizozoieten gevormd die specifiek merozoieten genoemd worden
deze kunnen de exo-erythrocytaire cyclus verderzetten of de rode bloedcellen aanvallen
!! deze planten zich ongeslachtelijk voor (schizogonie)
leg uit wat de erythrocytaire cyclus in de rode bloedcellen van de mens is
deze cyclus start wanneer de merozoieten de rode bloedcellen aanvallen, zich daar nestelen en volgroeien tot trofozoiet
deze trofozoiet zal zich via schizogonie vermenigvuldigen, er ontstaan opnieuw merozoieten die opnieuw de rode bloedcellen binnendingen en een bloedschizont worden en nieuwe merozoieten vormen die vrij komen na het openbarste van de rode bloedcel
telkens wanneer de bloedschizonten openbarsten en de merozoieten vrij komen onstaat er een koortsopstoot
na verloop van tijd zullen de merozoieten zich niet meer in de rode bloedcellen ontwikkelen tot bloedschizoiet maar tot micro of macro gametocyten, dezen maken deel uit van de sexuele cyclus die plaats vind in de mug
!! er word ongeslachtelijk voortgeplant (schizogonie) en de start van de geslachtelijke voortplanting word hier aangelegd
omschrijf de gametoginie van malaria tropica in de mug
wanneer de mug bloed zuigt van een besmet persoon kan zij geinfecteerd worden met rode bloedcellen waarin de micro en macro gametocyten zich bevinden
in het darmkanaal van de mug zullen ze versmelten tot een zygote
dit is de geslachtelijke voortplanting
omschrijf de sporogonie in de mug (vorming van een resistente vorm : encystering
de zygote hecht zich vast in de darmwand en ontwikkelt daar een cyste
deze oöcyste deelt meerdere malen tot spoelvormige sporozoieten die vrijkomen en migreren naar de speekselklier van de mug waar ze opgestapelt blijven tot de mug een individu steekt
zo kan een nieuwe gestheer besmet raken
hoe kunnen we malaria bestrijden
de bestrijdinge kan zich op verschillende niveaus van de levencyclus situeren:
door de bestrijding van de plasmodia door chemische producten zoals kinine of door de ontwikkeling van een goed vaccin
door de bestrijding van de anophelen-mug: deze muggen leggen larve in moerassen, ze zijn in dit larvaalstaduim het gemakelijkst om te bestrijden door onder andere insecticiden of het droogleggen van moerassen
wat vormt een groot probleem bij de bestrijding van malaria
resisitentie tegen insecticiden is een groot probleem, daarom probeert men ook via andere wegen zoals moleculaire biotechnologie de muggen te bestrijden
geef nog een ander voorbeeld van de sporedieren
- de orde van de coccidia:
deze orde veroorzaakt coccidiose: een gevaarlijke ziekte bij konijnen die kan optreden bij vogels, runderne en schapen
coccidiose word veroorzaakt door soorten van het geslacht eimeria
in de pluimveehouderij wordt coccidiose preventief behandeld via coccidiostatica of anticoccidia in het voeder
- toxoplasmose gondii:
dit veroorzaakt toxoplasmose, deze parasiet kan tijdens de zwangerschap door de placenta migreren en de foetus infecteren met vroegtijdige aburtus of lichamelijke misvorming tot gevolg
toxoplasmose in een zoönose
faeces van katten zijn de belangrijkste bron van infectie
geef synoniemen voor de spongiaria
porifera of sponsen
omschrijf de habitat van de spongiaria
ze zijn meestal marien maar ze leven soms ook in zoetwater zoals de zoetwaterspons
ze zijn sessiel en niet bewegelijk in het volwassen staduim, ze zitten vast op een substraat
enkel het larvale staduim is vrijzwemend
het nadeel van sessiel zijn is dat er teveel concurrentie ontstaat omdat ze te dicht op elkaar zitten, daarom zijn ze als larve ook vrijzwemend
omschrijf de algemen embryogenetische kenmerken van de spongiaria
ze zijn diblastische parazoa: ze hebben geen echt weefsel of echte organen
ze zijn acoelomaat: er is wel een holte het spongocoel of atrium
het ectoderm wordt meestal epidermis of pinacoderm genoemd, het endodermword de kraagcellenlaag of de choanoderm genoemd
omschrijf de celdifferentieatie van de spongairia
de cellen zijn gedifferentieerd en gegroepeerd maar vormen geen echte organen, men spreekt over celaggregaatdieren
welke 3 celaggregaatdieren zijn er
de pinacocyten: zij vormen het pinacoderm (epidermis) langs de buitenzijde
de choanocyten of kraagcellen: zij vormen de binnenlaag en omgeven het atrium of de binnenholte: dit zijn geseldragende cellen en zij zorgen voor een continue waterstroom
amoebocyten: zij bevinden zich tussen beide lagen en vormen de tussenlaag, zij kunnen verschillende functies vervullen
hoe gebeurd de verbinding tussen de buitenwereld en het atrium bij de spongiaria
de verbinding tussen de buitenwereld en het atrium gebeurt dor de porocyten (instromend water) en de uitstroomopening of oscula (uitstromend water)
omschrijf het spierstelsel en beweging van de spongiaria
zij hebben nog geen aanwezig georganiseerd spierstelsel
omschrijf de bouw en de verschillende vormen van de spongiaria
de naam porifera wijst op een groot aantal porien, kanalen of kamers waardoorheen water stroomt
er bestaan drie verschillende types maar samenvattend kan men zeggen dat het atrium waarvan de wand bezet is met choanocyten en voorzien wordt van instromend water via de porocyten, het water stroomt weer naar buiten via de oscula
er bestaan drie verschillende structuren: het ascontype, het sycontype en het leucontype
omschrijf de skelet vorming van de spongiaria
er is geen ontwikkeling van de chorda dorsalis
meestal is er een inwendig skelet bestaande uit spongine en/of afzonderlijke cristallijne naalden (spicula)
spongine is een polymeer vrijwel identiek aan collageen
de cristallijne naalden kunne ofwel gevormd worden door calcuimcarbonaat (kalk) of door silicium (glas)
omschrijf het ademhalings, excretie en spijsverteringsstelsel van de spongiaria
het binnenoppervlak is geheel of gedeeltelijk bedekt met choanocyten die door het creeren van een continue waterstroom zorgen voor de aanvoer van zuusrtof en de voedselpartikels
de voedselpartikels worden opgenomen door fagocytose
zuurstof word opgenomen door diffusie
er is geen verterings in het atrium
omschrijf het zenuwstelsel van de spongiaria
het zenuwstelsel is bij de spongiaria afwezig
omschrijf de voortplanting van de spongiaria
de voortplanting kan zowel ongeslachtelijk gebeuren via knopvorming als geslachtelijk
de larven zijn bewimperd en vrijzwemmend
beschrijf nog eens de drie structuur types van de spongiaria
ascontype: dit type heeft 1 centrale holte bekleed met porocyten en choanocyten (= vaasvormig)
sycontype: hier is een verdere vergroting van de spons waardoor het choanoderm plooit: er worden choanocytekamers gevormd rond één centrale afvoerholte (= vingervormige instulpingen)
leucontype: hier is er een verdere vergroting van de spons met toenemende complexiteit waardoor het atrium in volume afneemt (= druiiventrosvormige instulpingen)
hoe kunnen opnamenprocessen efficienter verlopen
door oppervlaktevergroting kunnen opnameprocessen efficienter verlopen
welke drie klassen sponsen bestaan er
de kalksponsen: dat zijn mariene sponsen met naalden bestaande uit kalk
de glassponsen: dat zijn mariene sponsen met naalden bestaande uit silicium (glas)
de hoornsponsen: dat zijn mariene of zoetwatersponsen met naalden bestaand uit silicium (glas) of spongine, hiertoe behoren de commerciele sponsen, zij bevatten geen naalden maar een netwerk van spongine
geef een synoniem voor de coelanterata
de holtedieren
uit welke twee groepen bestaan de coelanterata
zij bestaan uit twee groepen op basis van de aanwezigheid van netelcellen:
de cnidaria (neteldieren)
de ctenophora (kamkwallen en ribkwallen)
omschrijf de habitat van de coelanterata
ze zijn vrijzwemend (kwalvormig = medusevorm) of sessiel (poliepvormig)
ze leven meestal is zoutwater maar komen ook voor in zoetwater
sommige zijn predatoren
omschrijf de algemeene embryogenetische kenmerken van de coelanterata
ze zijn diblastisch (nieuw), op het niveau van de gastrula
ze zijn acoelomaat: er is wel een holte, de coelenteron
ze zijn protostomia: de eerste opening die ontstaat uit de blastoporus wordt de mond, de anus volgt later
deze dieren ontwikkelen geen mesoderm
omschrijf de celdifferentietie van de coelanterata
de netelcellen kunnen in de twee lichaamslagen voorkomen, en komen vooral voor op de tentakels, wanneer een prooi druk uitoefend op het netelhaar onwtind de draad zich met zijn weerhaken vast in de prooi
deze netelcellen scheiden verlammingssappen en spijsverteringssappen
in de buitenste laag komen spiercellen voor
er ontstaat een vorming van niet-gepolariseerde zenuwcellen
de netelcellen kunnen aan extracellulaire vertering doen
omschrijf het spierstelsel en beweging van de coelanterata
er is nog geen ontwikkeling van een georganiseerd spierstelsel, wel een onwtikkeling van de spiercellen
er is nog geen mesoderm
omschrijf de bouw en de verschillende vormen van de coelanterata
ze hebben een relatieve eenvoudige lichaamsbouw die bestaat uit twee lichaamslagen: een buitenste ectoderm laag en een binnenste endodermlaag
beide lagen worden gescheiden door een gelatineuse laag van varierende dikte namelijk de mesagloe
de oerdarm onwtikkeld zich tot een holte, het coelenteron dit dient als gastr-intestinale ruimte
de oermond ontwikkeld zich tot een opening die dient als een mond en als anus
deze mond is omringd met zachte tentakels
er zijn twee lichaamsvormen: de poliepvorm en de medusevorm
omschrijf de skelet vorming van de coelanterata
geen vorming van de chorda dorsalis
soms is een hoorn - of kalkachtig skelet aanwezig
dit zijn exoskeleten zoals bij koralen
omschrijf het ademhalingsstelsel en excretie
de adenhaling en exretie gebeurd doormiddel van diffusie doorheen de lichaamswand zonder tussenkomst van speciale organen of bloed
omschrijf het verteringsstelsel van de coelanterata
de vertering gebeurt deels extracellulair door verteringsenzyme van de netelcellen en deels intracellulair (fagocytose)
de prooien worden eerst verlamd, daarna voorverteerd en de kleine bestanddelen worden door fagocytose opgenomen
omschrijf het zenuwstelsel van de coelanterata
er is geen vorming van een centraal zenuwstelsel of cefalisatie
het zenuwstelsel bestaat uit een netwerk van niet-gepolariseerde zenuwcellen (ze geven inpulsen door in twee richtingen)
oogvlekken en statocysten komen bij bepaalde dieren voor
omschrijf de voortplanting van de coelanterata
de voortplanting gebeurd meestal afwisselend geslachtelijk en ongeslachtelijk
in het poliepstaduim kan zowel geslachtelijke als ongesclachtelijke voortplanting voorkomen
in het medusestadium komt enkel sexuele voortplanting voor
ze hebben een gescheiden geslacht ookwel hermafrodiet genoemd
ze hebben gonaden zonder afvoer wegen
cycli met afwisseling van geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting kunnen voorkomen
welke twee lichaamsvormen onderscheidt men bij de coelanterata
- de poliepvorm:
deze vorm hecht zich vast
de algemen lichaamsvorm is een cilinder waarvan het ene uiteinde vastgehecht is en waarvan het andere de mond draagt, die omgeven is door tentakels
er is een dunne mesagloe laag
geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting zijn mogelijk
- de kwalvorm of meduse vorm:
deze vorm hecht zich niet vast
het lichaam heeft de vorm van een regenscherm
de mesagloe laag kan vrij dik zijn
de mond licht aan de onderkant van het scherm, de tentakels hangen vanaf de rand van het scherm naar benenden
voortplanting kan enkel geslachtelijk
de gonaden zijn opgehangen aan de onderkant van het scherm tussen de tentakels
op welke basis worden de coelanterara systematisch geclassificeerd
op basis van hun algemen bouw kan men ze in grote lijnen opdelen in drie groepen
in welke drie groepen worden de coelanterata geclassificeerd
de pliepen
de schermkwallen
de bloemdieren, anemonen en koralen, zij hebben enkel een poliepvorm en geen kwalvorm, ze kunnen zich sexueel voortplanten
!! zowel bij de schermkwallen als bij de poliepen kunnen beide lichaamsvormen voorkomen in een cyclus, enkel bij anemonen en korale komt er alleen de poliepvorm voor
geef voorbeelden van de coelanterata
- de groene zoetwaterpoliep (chlorohydra virdissima)
deze komt overvloedig voor in vijvers en poelen, soms vrij zwemmend maar meestal vastgehecht aan waterplanten
komt enkel voor onder de poliepvorm, ze vertoont dus geen medusastaduim
- aurelia aurita, de oorkwal
deze komt in alle zeeën voor, ook aan onze kust
- obelia, geknoopte zeedraad
deze word tot de poliepen gerekend
- anemonen en koralen
dit zijn sessiele mariene dieren die alleen onder een hoge gespecieliseerde poliepvorm voorkomen en die geen medusestaduim hebben
bepaalde soorten zijn ingesloten in een kalkachtig of hoornig skelet dat we koraal noemen
koralen hebben ofwel een uitwendig skelent (exoskelet) waarin ze zich bij gevaar in kunnen terugtrekken ofwel een inwendig skelet
de meeste soorten kalkoralenleven voor de kusten van tropische zeeën en vormen riffen