HIR 1 : eco engels : unit 2

bond

obligaties

borrow money

lenen

broker

makelaar

to buy into

koop

capital

kapitaal

cash injection

kapitaal(inbreng)

dividend

winstaandeel

in exchange for

in ruil voor

fund(s)

geld(f)

to invest in

investeren

investment (bank)

investerings(bank)

investors

investeerders

(fund) management

beheer van bezittingen

(fund) manager

manager van bezittingen

to own

bezitten

to raise (money)

stijgen

to return

terugkrijgen

securities

effecten

(to buy) shares

aandelen kopen

shareholder

aandeelhouder

(own a) stake (in)

aandeel hebben in

venture (capital)

risico

yield

rendement

blue (chips)

topaandeel, hoofdfonds

changed

veranderd

blue chip

kwaliteitsvol aandeel

to close shares

aandelen sluiten

company

bedrijf

earnings per share

verdiensten per aandeel

fall

daling

float

drijven op

(stock market) flotation

beursintroductie

(to post) gains

winsten posten

to gain

winnen

to change hands

van eigenaar veranderen

stock index

beursindex

listed company

beursgenoteerd bedrijf

(initial public) offer

aanbod (beursintroductie)

public

publiek

to stand

staan

stock exchange

andelenbeurs

(current- or savings-) account

rekening

asset management

vermogenbeheer

ATM

betaalautomaat

bank

bank

banking sector

banksector

base rate

basis rente

to swing into to black

om financieel winstgevend of solvabel te worden

to check

controleren

credit

krediet

currency

munteenheid

current (account)

zicht(rekening)

to deposit into your account

storten op jouw rekening

to make a deposit

storten

exchange rate

wisselkoers

finance (minister)

(minister van) financiën

financial (institutions)

financiële instellingen

institutions

instellingen

(rate) hike

stijgen (renteverhoging)

to hold

vasthouden

rates on hold

tarieven in de wacht

(life) insurance

(levens)verzekering

interest (in our interest to lend money)

interesse (in onze interesse om geld te lenen)

business loan

zakelijke lening

long

lang

(to take out a) mortgage

hypotheek afsluiten = hypotheeklening

pay (off)

(af)betalen

payment

betaling

(credit) rating

(krediet)waarderingscijfer

in return for

inruil voor

savings

spaar

financial service sector

financiële dienstverleningssector

short-term

kortetermijn

(bank) statements

(bank)afschriften

term

termijn

to transfer

overschrijven

transfer

overschrijving

withdraw (withdrawn from your savings account)

afhalen (afhalen van je spaarrekening)

withdrawal

geldopname