nederlands tw1

11 formuleringsfouten + hoe te zien of het manelijk of vroulijk is

Onjuiste herhaling

Een woord wordt letterlijk herhaald

Tautologie

Een woord wordt herhaald in synoniemen

Pleonasme

Een eigenschap benoemen die al duidelijk bij het woord hoort

Contaminantie

 Twee woorden of uitdrukkingen die met elkaar vermengd worden tot een niet bestaand woord

Dubbele ontkenning

Er wordt ontkenning gebruikt bij een begrip dat al ontkenning in zich heeft.

Hun gebruik je als:

Bezittelijk voornaamwoord of als Meewrknd vnmwoord zonder voorzetsel

‘Hen’ gebruik je als:

Lijdend voorwerp of Na een voorzetsel

Incongruentie

Het getal van het onderwerp is niet gelijk aan het getal van de persoonsvorm

Dat/als constructie

Een zin waarin ‘dat’/’als’  of  ‘dat’/’wanneer’ na elkaar komt

Foutieve beknopte bijzin

Je weet niet wie of wat het onderwerp is omdat de onderwerpen van de bijzin en de hoofdzin niet overeen komen

hoe te zien of het mannelijk of vrouwelijk is