basisbegrippen van recht - Franse woorden

(de) aanhouding (van de zaak)

l'ajournement (m) (du procès)

(de) aangestelde

le préposé

(de) aanhouding (van het vonnis)

le sursis (à statuer)

(de) aanleg

l'instance / le degré

(de) dubbele aanleg

le double degré de juridiction

in eerste aanleg

en première instance / au premier degré / en premier ressort

in eerste en laatste aanleg

en premier et dernier ressort

in laatste aanleg

en dernière instance / au dernier ressort

aannemen / goedkeuren

adopter

(de) aansprakelijkheid

la responsabilité

(de) beperkte aansprakelijkheid

la responsabilité limitée

(de) burgerrechtelijke aansprakelijkheid

la responsabilité civile

(de) contractuele aansprakelijkheid

la responsabilité contractuelle

(de) enkelvoudige aansprakelijkheid

la responsabilité simple

(de) extracontractuele aansprakelijkheid

la responsabilité extra-contractuelle / aquilienne

(de) objectieve / foutloze aansprakelijkheid

la responsabilité objective

(de) onbeperkte aansprakelijkheid

la responsabilité illimitée

(de) risico-aansprakelijkheid

la responsabilité de risque

(de) samengestelde aansprakelijkheid

la responsabilité complexe

(de) schuldaansprakelijkheid

la responsabilité aquilienne

(de) strafrechtelijke aansprakelijkheid

la responsabilité pénale

(de) samenloop van aansprakelijkheden

le cumul des responsabilités

(de) aansteller

le commettant

(de) aanvaarding

l'acceptation (f)

(de) aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving

l'acceptation sous bénéfice d'inventaire (m)

(de) stilzwijgende aanvaarding

l'acceptation tacite

(de) zuivere aanvaarding

l'acceptation pure et simple

een vonnis aanvechten

attaquer un jugement

(de) aanverwantschap

l'alliance (f)

(de) adjunct-auditeur

l'auditeur adjoint (m)

(de) adjunct-auditeur-generaal

l'auditeur général adjoint

(de) administratieve overheid

l'autorité administrative

(de) adoptie

l'adoption (f) / la filiation adoptive

(het) advies

l'avis

(de) advocaat

l'avocat (m)

(de) advocaat-generaal

l'avocat général

(de) eerste advocaat-generaal

le premier avocat général

(het) advocatenkantoor (rechtspersoon)

l'association d'avocats (f)

(het) advocatenkantoor (gebouw)

le cabinet d'avocat(s)

(de) afdeling

la section

(de) afdeling bestuursrechtspraak

la section du contentieux administratif

(de) afdeling van (de) rechtbank

la section du tribunal

(de) afdeling wetgeving

la section de législation

(de) afstamming

la filiation

(de) oorspronkelijke afstamming

la filiation biologique

(de) adoptieve afstamming

la filiation adoptive (=l'adoption)

(de) afstand van recht

la rénonciation à un droit

(de) afwezigheid

l'absence (f)

(de) akte

l'acte (m)

(de) authentieke akte

l'acte authentique

(de) erkenningsakte

l'acte de reconnaissance

(de) geboorteakte

l'acte de naissance

(de) notariële akte

l'acte notarié

(de) onderhandse akte

l'acte sous seing privé

(het) algemeen rechtsbeginsel

le principe général de droit

alvorens recht te doen

avant de dire droit

(de) ambtenaar

le fonctionnaire

(de) ambtenaar van de burgerlijke stand

l'officier de l'état civil

ambtshalve

d'office

(de) appellant(e)

l'appelant(e)

(de) arbeidsauditeur

l'auditeur du travail (m)

(het) arbeidsauditoraat

l'auditorat du travail (m)

(het) arbeidsauditoraat-generaal

l'auditorat général du travail (m)

(het) arbeidshof

la cour du travail

(het) arbeidsrecht

le droit du travail

(de) arbeidsrechtbank

le tribunal du travail

(het) Arbitragehof

la Cour d'arbitrage

(de) arbiter

l'arbitre (m)

(het) arbitrale beding

la clause compromissoire

(het) arrest

l'arrêt (m)

(de) arbitrale uitspraak

la sentence arbitrale

(het) arrondissement

l'arrondissement (m)

(het) gerechtelijk arrondissement

l'arrondissement judiciaire

(de) arrondissementsrechtbank

le tribunal d'arrondissement

(het) artikel

l'article (m)

(het) asiel

l'asile (m)

(de) assessor in strafuitvoeringszaken

l'assesseur (m) en application des peines

(de) attaché

l'attaché (m)

(de) gerechtelijk attaché

l'attaché judiciaire

(de) auditeur

l'auditeur (m)

(de) eerste auditeur

le premier auditeur

(de) eerste auditeur-afdelingshoofd

le premier auditeur chef de section

(de) auditeur-generaal

l'auditeur général (m)

(het) auditoraat

l'auditorat (m)

(het) auteursrecht

le droit d'auteur

(de) balie (advocatuur)

le barreau

(de) bedrijfsjurist

le juriste d'entreprise

(het) bedrog

le dol

(het) beginsel

le principe

(het) specialiteitsbeginsel

le principe de spécialité

(het) beginsel van behoorlijke rechtsbedeling

le principe de droit à une bonne administration de la justice

(het) beginsel van de relativiteit der rechtshandelingen

le principe de la relativité des actes juridiques

(het) beginsel van de wilsautonomie

le principe de l'autonomie de la volonté

(het) beginsel van hoor en wederhoor

le principe du contradictoire

(de) beklaagde

le prévenu

(het) belang

l'intérêt (m)

(het) persoonlijk en rechtstreeks belang

l'intérêt personnel et direct

(het) reeds verkregen en dadelijk belang

l'intérêt né et actuel

(het) Belgisch Staatsblad

le Moniteur belge

(de) bekentenis

l'aveu (m)