scrum basics

studied byStudied by 0 people
0.0(0)
Get a hint
Hint

Waarvoor kan je Scrum gebruiken?

1 / 35

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

36 Terms

1

Waarvoor kan je Scrum gebruiken?

  • nieuw product te bedenken, een evenement te organiseren, je eigen tijd in te plannen, je voor te bereiden op de examens of … je huishouden te runnen.

  • Wordt o.a. als werkmethode toegepast

New cards
2

Wat maakt bedrijven én rugbyteams succesvol volgens Jeff Sutherland?

  • Constante interactie van een multidisciplinair team

  • Leden werken samen van het begin tot aan het eind

  • Meerdere fasen tegelijk aan de gang

  • Deze fases overlappen elkaar tot in de latere fasen van ontwikkeling

  • Het team speelt elkaar voortdurend de bal toe om tot een goed resultaat te komen

New cards
3

Wat wil scrum?

het meest waardevolle product opleveren voor de klant ipv enkel te voldoen aan de planning

New cards
4

Scrum is ook bij uitstek een agile methode

  1. Mensen en hun onderlinge interactie zijn belangrijker dan processen en tools

  2. Werkende producten zijn belangrijker dan allesomvattende documentatie

  3. Samenwerking met de klant is belangrijker dan contractonderhandelingen

  4. Inspelen op verandering is belangrijker dan een plan volgen

New cards
5

6 basisprincipes scrum-projecten

  1. Flexibele scope

  2. Scrum werkt met sprints

  3. Elke sprint levert een werkend product op

  4. Scrumteams gaan dit product in elke sprint iteratief verbeteren

  5. Scrumteams zijn zelforganiserend en evalueren voortdurend hoe ze beter kunnen

  6. Geen verspilling van tijd, mensen en middelen

New cards
6

Flexibele scope

  • Waar traditionele methodes focussen op controle en voorspelbaarheid, gaat Scrum uit van onzekerheid en creativiteit

  • Scrum gaat ervan uit dat je niet precies weet hoe je product eruit zal zien op het einde van je project

  • Je weet als team bij de start ook niet precies hoe je het moet maken

  • Voordeel? Je klant kan voortdurend feedback geven en prioriteiten stellen tijdens het hele werkproces

New cards
7

Scrum werkt met sprints

  • Je verdeelt je ganse project in korte werkperiodes of sprints

  • Dit zijn korte, vaste tijdsperiodes die je uitdagen om volledig gefocust een groep taken af te ronden en op te leveren

  • Deze sprints duren meestal 1 à 3 weken (maar nooit meer dan 1 maand!)

New cards
8

Wat is timeboxed?

élke meeting bij Scrum heeft een tijdslimiet. En alle sprints in je project duren even lang.

New cards
9

Elke sprint levert een werkend product op

  • Aan het einde van elke sprint lever je telkens een werkend en concreet resultaat op: het minimal viable of potentially shippable product

  • Dit MVP geeft al een eerste blik op het eindresultaat

  • Je toont het product aan de klant of test het samen met de eindgebruiker

  • Iedereen ziet zo snel een concreet resultaat van het werk in jouw project, en komt op nieuwe ideeën

  • Ook de klant kan er nuttige feedback op geven

  • Idealiter is zo’n MVP ook al meteen te gebruiken door de klant

New cards
10

Scrumteams gaan dit product in elke sprint iteratief verbeteren

  • Iteratie = herhaling, iteratief = herhalend

  • Je gaat bij Scrum én MEB dus heel vaak hetzelfde product meerdere keren onder de loep nemen, om het voortdurend bij te schaven en te verbeteren

New cards
11

wat is incrementeel?

het groeit in kwaliteit of omvang

New cards
12

Scrumteams zijn zelforganiserend en evalueren voortdurend hoe ze beter kunnen

  • Het team is gezamenlijk verantwoordelijk voor de resultaten van het project en reflecteren dus ook vaak over hun prestatie

  • Waarom? Als je samen snel fouten in een product of gebreken in het team ontdekt, kun je ze ook vroeger herstellen. Dat bespaart geld én tijd.

  • Iedereen mag zien waar het team aan werkt: geen geheimen!

New cards
13

Wat is multidisciplinair?

elke discipline die je nodig hebt, zit in je team

New cards
14

Wat is Inspect and adapt?

het team leert en stuurt zichzelf voortdurend bij

New cards
15

Geen verspilling van tijd, mensen en middelen

  • Je gaat voor directe face-to-face communicatie in plaats van ingewikkelde Excel-formulieren, overbodige vergaderingen of uitgebreide e-mailthreads.

  • Voortdurend prioriteiten stellen voor een volgende sprint voorkomt dat je onnodig werk gaat leveren

New cards
16

3 rollen scrum

  • scrum team

  • product owner

  • scrum master

New cards
17

4 lijsten of ‘artifacts’

  • product backlog

  • sprint backlog

  • definition of done

  • scrumbord

New cards
18

4 bijeenkomsten of ‘ceremonies’

  • sprint planning

  • daily stand-up

  • sprint review

  • sprint retrospective

New cards
19

scrumteam

  • Het Scrumteam werkt het product of project uit

  • Zelfsturend (wat?) en zelforganiserend (hoe?)

  • Het team plant het werk zelf in en is gezamenlijk verantwoordelijk voor het eindresultaat

  • Het werkt de ganse looptijd samen aan het project

  • Multidisciplinair: je hebt samen alle kennis en vaardigheden in huis om het project tot een goed einde te brengen

  • Grootte: gemiddeld uit 7 mensen, plus of minus 2

  • Géén subteams

New cards
20

product owner

  • Bewaakt het product: wat moet het project opleveren?

  • Fungeert als tussenpersoon tussen de klant (voor wie je het product maakt) en het scrum team (dat het product maakt)

  • Bepaalt prioriteiten, geeft richting aan het team en heeft mandaat om beslissingen te nemen als het team er zelf niet uit komt

  • Is slechts één persoon, géén comité

  • Product Owner is géén lid van het scrumteam

  • Bijvoorbeeld: de kotgenoot die de meeste ervaring heeft in de organisatie van feestjes

New cards
21

scrum master

  • Is coach van het Scrumteam: laat het team optimaal presteren (inclusief de product owner)

  • Bewaakt en begeleidt het Scrum-proces: hoe gaan we het maken? (process owner)

  • Zorgt ervoor dat iedereen de Scrum-regels respecteert, maar is niet de baas van het Scrumteam!

  • Beschermt het team tegen externe invloeden en andere belemmeringen (ook van de baas!)

  • Kan lid zijn van het scrumteam, maar hoeft niet

New cards
22

Stakeholders

  • Stakeholders zijn alle personen of groepen die invloed hebben op een project, afdeling of organisatie en/of erdoor worden beïnvloed.

  • De klant is de partij die het projectresultaat besteld heeft. Hij of zij kan actief in het project deelnemen of meer afstand houden. De klant is soms ook de eindgebruiker maar dat is niet altijd het geval. Stel dat een universiteit een nieuwe leeromgeving wenst voor zijn medewerkers en studenten, dan is de universiteit de klant en zijn de medewerkers en studenten de gebruikers.

  • Ook scrumteam, product owner en scrum master zijn uiteraard stakeholders.

New cards
23

stappen scrum

Stap 1: bespreken project

Stap 2: opmaak product backlog

Stap 3: sprint planning

Stap 4: definition of done

Stap 5: sprinten maar!

New cards
24

Stap 1: bespreken project

Scrumteam, scrum master en product owner bespreken samen het project

  1. Wat wil de klant?

  2. Wat is de deadline?

  3. Wat is het budget?

  4. Wie werkt er aan het project mee? En wie zijn de andere stakeholders?

New cards
25

Stap 2: opmaak product backlog

  • = niet-gedetailleerde lijst met backlog-items: alle grote onderdelen die voor de ganse looptijd van project moeten worden uitgewerkt

  • ‘Routekaart’ van het project: toont alle werk of to do’s die nog op de plank liggen (je scope in feite)

  • Ieder onderdeel krijgt een aparte post-it: grotere deeltaken kan je opsplitsen in kleinere

  • Product owner geeft prioriteiten aan en beheert de backlog, maar ganse team kan bijdragen

  • Soms worden to do’s uitgeschreven in user stories (maar daarover volgende week meer)

  • Backlog wordt voortdurend bijgewerkt tijdens het project

New cards
26

Stap 3: sprint planning

  • Team, product owner en Scrum master selecteren tijdens de sprint planning de onderdelen van de product backlog die ze de eerstvolgende sprint zullen realiseren

  • Deze items verhuizen naar de sprint backlog: een lijst die zichtbaar maakt wat het team deze sprint doet

  • Het team schat zelf in hoeveel werk het verzet krijgt in deze sprint

  • Sprint planning duurt gemiddeld 2 uur per sprint van een week (maar kan uiteraard korter bij kortere sprints)

  • Tijdens elke sprint kan er niets aan de sprint backlog worden veranderd of toegevoegd!

New cards
27

sprints

  • Korte werkperiodes

  • Vaste lengte (timeboxed)

  • Duur: gemiddeld 1 tot 3 weken (maar in het geval van ons kotfeestje: 4 uur per dag)

  • Na elke sprint moet er al een werkend onderdeel van je project ‘af’ zijn dat je kan laten zien (dit is je MVP)

New cards
28

Stap 4: definition of done

  • Checklist om te kunnen opmaken of het resultaat straks zal voldoen voor iedereen in het team

  • Scrum team maakt deze lijst samen op

  • Zo is er een gedeeld besef wanneer het werk ‘klaar’ is

In ons voorbeeld voor de to do ‘locatie’:

  • De locatie moet 50 man kunnen ontvangen op een veilige manier

  • Er moeten voldoende toiletten zijn voor iedereen

  • Eigenaar van de locatie moet ermee akkoord gaan

  • Locatie mag niet voor te veel hinder voor de buren zorgen

New cards
29

Stap 5: sprinten maar!

  • Doel van elke sprint? Alle taken die op je sprint backlog staan afwerken binnen de vooropgestelde tijd.

  • Hiervoor maak je gebruik van een scrumbord met drie kolommen: to do / busy / done.

  • Onder to do hangt het team al zijn taken van de huidige sprint

  • Het team verplaatst deze post-its naar de kolommen busy en done tijdens de sprint.

  • Het nut van zo’n bord? iedereen kan de voortgang van je project volgen zonder dat je ze moet mailen of een Excel sturen!

New cards
30

Wat is de sprint planning?

  • Team, product owner en Scrum master selecteren tijdens de sprint planning de onderdelen van de product backlog die ze de eerstvolgende sprint zullen realiseren

  • Deze items verhuizen naar de sprint backlog: een lijst die zichtbaar maakt wat het team deze sprint doet

  • Het team schat zelf in hoeveel werk het verzet krijgt in deze sprint

  • Sprint planning duurt gemiddeld 2 uur per sprint van een week (maar kan uiteraard korter bij kortere sprints)

  • Wat afgesproken/gepland is tijdens de sprint planning, wordt niet meer veranderd tijdens de sprint

New cards
31

Wat is de daily standup of daily scrum?

Het team bespreekt tijdens elke sprint liefst in de helft van de sprint in maximaal 15 minuten de voortgang van het project en eventuele knelpunten, volgens 3 vaste vragen:

  1. Wat heb je tot nu toe gedaan om het team te helpen deze sprint te voltooien?

  2. Wat ga je vandaag doen?

  3. Waar zit je vast? En wie kan je daarbij helpen?

Deze bijeenkomst is altijd staand en op hetzelfde tijdstip!

Voor sprints van 1 week kan je deze daily standup dagelijks doen.

New cards
32

Wat is de sprint review (demo)?

In deze bijeenkomst aan het einde van elke sprint laat het hele team aan de product owner en opdrachtgever/klant zien wat deze sprint opleverde: het MVP of potentially shippable product.

De sprint review is een open vergadering: alle stakeholders zijn welkom (ja, zelfs de buren)!

De sprint review focust op WAT jullie hebben gemaakt: jullie product.

New cards
33

Wat is de sprint retrospective?

In deze bijeenkomst aan het einde van een sprint blikt het team samen met de scrum master terug op het hele proces: wat ging goed, wat kan beter in de volgende sprint? Hoe kunnen we sneller en efficiënter samenwerken? Zijn er obstakels die we kunnen wegnemen?

De sprint retrospective focust op HOE jullie hebben samengewerkt: jullie proces.

Je hoeft deze retrospective niet na elke sprint te herhalen, wel minstens na de eerste sprint + wanneer het niet goed meer loopt in je team.

New cards
34

Tussendoor: backlog refinement

Op basis van ervaringen uit vorige sprints wordt de product backlog voortdurend verbeterd:

  • Items lager zetten

  • Items belangrijker maken

  • Items verwijderen

  • Items samenvoegen

Backlog refinement is een activiteit voor het hele team, niet enkel de product owner

New cards
35

Wat als de eerste sprint gedaan is?

Wanneer de ene sprint helemaal is afgerond, start de hele cyclus opnieuw met een nieuwe sprint planning voor de volgende sprint (en een verse sprint backlog, een verse scrum bord en nieuwe stand-ups, reviews en retrospectives).

New cards
36

Wat als je niet alle taken uit de vorige sprint af hebt?

Wanneer je niet alle taken die je gepland hebt in een sprint af krijgt, moet je deze terug verhuizen naar je product backlog voor een volgende sprint.

Je mag deze alleszins niet voorstellen op de sprint review aan de klant (want de taak is niet af, nietwaar)!

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 26 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 7375 people
... ago
4.6(5)
note Note
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 53 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 4209 people
... ago
4.7(33)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (46)
studied byStudied by 8 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (83)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (50)
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (26)
studied byStudied by 23 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (36)
studied byStudied by 2 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (39)
studied byStudied by 12 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (92)
studied byStudied by 5 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (41)
studied byStudied by 91 people
... ago
5.0(5)
robot