Spaans TB 4: Voc unidades 4 y 5

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/103

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

104 Terms

1
New cards

aan iets wijden

dedicarse a

2
New cards

aanleg hebben voor iets/ om iets te doen

tener facilidad para algo/ hacer

3
New cards

afkomstig zijn uit

ser originario/a de

4
New cards

afkomstig zijn uit

ser originario/a de

5
New cards

afkomstig zijn van

ser originario de

6
New cards

afzien van, afstand doen van iets

renunciar a algo

7
New cards

alleen leven/ wonen

vivir solo/a

8
New cards

alleen zijn

estar solo/a

9
New cards

als koppel leven/ wonen

vivir en pareja

10
New cards

associëren met iets/ iemand

asociar con algo/ alguien

11
New cards

behoren tot, (toe)behoren aan iets

pertenecer a algo

12
New cards

berouw hebben over, spijt hebben van

arrepentirse de

13
New cards

berouw hebben over, spijt hebben van iets

arrepentirse de algo

14
New cards

de reputatie hebben…

tener fama de…

15
New cards

denken aan iets/ iemand

pensar en algo/ alguien

16
New cards

dezelfde interesses hebben

tener intereses parecidos

17
New cards

dol zijn op

ser aficionado/a a

18
New cards

dol zijn op

tener afición por

19
New cards

een crisis doormaken

sufrir una crisis

20
New cards

een familie hebben

tener una familia

21
New cards

een familie vormen

formar una familia

22
New cards

een goede match vormen

hacer buena pareja

23
New cards

een hoog/laag/middelmatig koopkrachtniveau hebben

tener un nivel adquisitivo alto/bajo/medio

24
New cards

een ongehuwde partner

una pareja de hecho

25
New cards

een partner hebben

tener pareja

26
New cards

een partner vinden

encontrar pareja

27
New cards

een partner zoeken

buscar pareja

28
New cards

een relatie hebben

tener una relación

29
New cards

een relatiebreuk ondergaan

sufrir una ruptura

30
New cards

een sterke partner

una pareja sólida

31
New cards

een vaste partner

una pareja estable

32
New cards

eigenlijk, in feite

de hecho

33
New cards

emo’s

emos

34
New cards

ergens naar uitkijken

estar pendiente de algo

35
New cards

eruitzien

parecerse/ verse

36
New cards

geassocieerd worden met

asociarse (con)

37
New cards

genieten van iets

disfrutar de algo

38
New cards

gescheiden zijn

estar divorciado/a

39
New cards

hipsters

hipsters

40
New cards

ideeën tegenover elkaar stellen

oponer ideas

41
New cards

iets/ iemand vergeten

olvidarse de algo/ alguien

42
New cards

in een koppel zijn

estar en pareja

43
New cards

in een relatie zijn

estar en una relación

44
New cards

jaloers zijn op iets/ iemand

tener envidia de algo/ alguien

45
New cards

jaloers zijn op iets/iemand

tenerle envidia a algo/ alguien

46
New cards

je partner missen

echar de menos a tu pareja

47
New cards

kinderen hebben

tener hijos

48
New cards

meerderjarig zijn

ser mayor

49
New cards

met iemand leven/ wonen

vivir con alguien

50
New cards

met iemand samen zijn

estar con alguien

51
New cards

mijn wederhelft

mi media naranja

52
New cards

minderjarig zijn

ser menor

53
New cards

moe worden

cansarse

54
New cards

moeite hebben met iets/ om iets te doen

tener dificultad para algo/ hacer algo

55
New cards

nuanceren

matizar

56
New cards

onafhankelijkheid missen

echar de menos la independencia

57
New cards

ontkennen, weerleggen

desmentir

58
New cards

otakus

otakus

59
New cards

over iets piekeren

darle vueltas a algo

60
New cards

passies/hobby's/interesses delen

compartir pasiones/ aficiones/ intereses

61
New cards

plezier krijgen in, verzot raken op iets

aficionarse a algo

62
New cards

punks

punks

63
New cards

rappers

raperos

64
New cards

rond de 30 zijn

rondar los 30 años

65
New cards

ronddraaien, rond lopen (letterlijk/figuurlijk)

dar vueltas

66
New cards

skaters

skaters

67
New cards

stedelijke stammen

tribus urbanas

68
New cards

teleurstelling ervaren

sufrir un desengaño

69
New cards

tot de midden/ hoge klasse behoren

pertenecer a la clase media/ alta

70
New cards

uit elkaar zijn

estar separado/a

71
New cards

van aard/ karakter zijn

ser de carácter

72
New cards

van beperkte/open aard zijn

ser de carácter reservado/ abierto

73
New cards

van de midden/ hoge klasse zijn

ser de clase media/ alta

74
New cards

van partner wisselen

cambiar de pareja

75
New cards

veranderen in/ worden tot

convertirse en

76
New cards

verliefd worden op iemand

enamorarse de alguien

77
New cards

vrienden maken

hacer amigos/as

78
New cards

vrijgezel zijn

ser/ estar soltero/a

79
New cards

weduwnaar/ weduwe zijn

ser viudo/a

80
New cards

wennen aan iets

acostumbrarse a algo

81
New cards

Ze hebben een heel aparte stijl/manier van kleden.

Tienen un estilo/ una forma de vestir muy característico/a.

82
New cards

Ze hebben een heel eigen manier van kleden.

Tienen una forma de vestir muy peculiar.

83
New cards

zeer geboeid raken, enthousiast worden, gepassioneerd zijn

apasionarse

84
New cards

Zeg me wie je vrienden zijn, en ik zal je zeggen wie je bent (‘soort zoekt soort’)

Dime con quién andas, te diré quién eres

85
New cards

zich (on)zeker voelen

sentirse (in)seguro/a

86
New cards

zich aanpassen aan iets

adaptarse a algo

87
New cards

zich alleen voelen

sentirse solo/a

88
New cards

zich bewust zijn van iets

ser consciente de algo

89
New cards

zich iets beseffen/ realiseren

darse cuenta de algo

90
New cards

zich iets realiseren, iets beseffen

darse cuenta de 

91
New cards

zich kleden

vestir (de/con)

92
New cards

zich met iets/ iemand identificeren

identificarse con algo/ alguien

93
New cards

zich op je gemak voelen

sentirse a gusto

94
New cards

zich vergezeld voelen

sentirse acompañado/a

95
New cards

zich vrij voelen

sentirse libre

96
New cards

zin hebben in iets

tener ganas de algo

97
New cards
98
New cards
99
New cards
100
New cards