5ASO Nederlands : belangrijke termen

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/32

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

5ASO Nederlands : belangrijke termen

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

33 Terms

1
New cards

contrastieve taalkunde

verschillen en overeenkomsten tussen talen

2
New cards

lexicologie

wetenschap van woorden

3
New cards

forensisch taalkunde

te maken met strafrecht (bv. dreigbrieven)

4
New cards

neurolinguïstiek

hoe taal in hersenen zit

5
New cards

sociolinguïstiek

hoe taal in de maatschappij ervaren wordt

6
New cards

synchrone taalkunde

hoe taal nu gebruikt wordt

7
New cards

diachrone taalkunde

hoe taal doorheen de tijden verandert

8
New cards

fonetische weergave

hoe een taal uitgesproken wordt

9
New cards

foneem

de kleinste klankeenheid die de betekenis bepaalt

10
New cards

lidwoord

zegt of een znw een bepaalde/onbepaalde betekenis heeft

11
New cards

semantiek

betekenis van talige uitingen (plant = bloem, struik, gras,…)

12
New cards

etymologie

herkomst van woorden

13
New cards

syntaxis

zinsstructuur

14
New cards

fonetiek

hoe spraakgeluid gehoord en verstaan wordt

15
New cards

pragmatiek

hoe taal echt wordt gebruikt in sociale context

16
New cards

morfeem

woord met eigen betekenis dat niet kleiner gemaakt kan worden

17
New cards

cognitief

in het hoofd

18
New cards

relevant

belangrijk

19
New cards

moreel

waarden/normen

20
New cards

de didacticus

iemand die zich toelegt op de leer van het lesgeven

21
New cards

hiërarchisch

opgebouwd uit rangen en standen

22
New cards

roemrucht

beroemd

23
New cards

autonoom

zelfstandig, onafhankelijk

24
New cards

jargon

taal die gebruikt wordt binnen een vakgebied of een groep mensen; vaktaal die voor buitenstaanders vaak moeilijk te begrijpen is

25
New cards

sociolect

taalvariant die typerend is voor een bepaalde sociale groep

26
New cards

archaïsch taalgebruik

ouderwetse taal die niet vaak meer als spreektaal wordt gebruikt

27
New cards

formeel taalgebruik

taalgebruik in een zakelijke, officiële context

28
New cards

informeel taalgebruik

taalgebruik in een ongedwongen context die tot de privésfeer behoort

29
New cards

tussentaal

geen dialect, maar ook geen standaardtaal; een taalvariëteit die daar ergens tussenin ligt

30
New cards

jongerentaal

taal die jongeren spreken; verandert heel snel

31
New cards

straattaal

een mengtaal die jongeren van verschillende culturele en sociale achtergronden in het dagelijks leven spreken

32
New cards

standaardtaal

taalvariëteit die als norm geldt en bv. in het journaal wordt gebruikt

33
New cards

dialect

variëteit die gesproken wordt in een bepaalde stad of dorp