Child and adolescent development: theme 7 | Quizlet

Moral development

Het proces waarbij individuen overgaan van eenvoudige, kinderlijke morele opvattingen naar meer geavanceerde en complexe morele redeneringen en overtuigingen.

Stages of moral thinking

Verschillende niveaus en fasen van moreel redeneren die individuen doormaken volgens Kohlbergs theorie.

Post conventional morality

Een concept binnen Kohlbergs theorie waarbij individuen morele beslissingen nemen op basis van universele ethische principes, los van conventionele regels en wetten.

Cognitive conflicts

Situaties waarin individuen worden uitgedaagd om hun denkwijze te heroverwegen en conflicten op te lossen tussen bestaande overtuigingen en nieuwe informatie.

Moral dilemmas

Situaties waarin individuen geconfronteerd worden met moeilijke keuzes tussen conflicterende morele principes of waarden.

Just community approach

Een strategie waarbij de focus ligt op groepsprocessen en gemeenschapsvorming om morele ontwikkeling te bevorderen.

Kohlberg-Blatt methode

Omvat het gebruik van actieve discussies en morele dilemma's om cognitieve conflicten bij individuen te induceren en hen te stimuleren hun morele redenering te ontwikkelen.

Pre conventional morality

Het initiële stadium van morele ontwikkeling waarin individuen morele beslissingen nemen op basis van persoonlijke beloningen en straffen.

Conventional morality

Het stadium van morele ontwikkeling waarin individuen morele beslissingen nemen op basis van sociale normen, wetten en autoriteit.

Heteronomous morality

De eerste fase van morele ontwikkeling in Piagets theorie, voorkomend tussen 4 en 7 jaar. Rechtvaardigheid en regels worden beschouwd als onveranderlijke eigenschappen van de wereld, buiten de controle van mensen.

Autonomous morality

De tweede fase van morele ontwikkeling in Piagets theorie, getoond door oudere kinderen (ongeveer 10 jaar en ouder). Het kind wordt zich ervan bewust dat regels en wetten door mensen zijn gemaakt en dat bij het beoordelen van een actie rekening moet worden gehouden met de bedoelingen van de actor en de gevolgen.

Immanent justice

Piagets concept van de kinderlijke verwachting dat als een regel wordt overtreden, straf onmiddellijk zal worden toegepast.

Justice perspective

Een moreel perspectief dat zich richt op de rechten van het individu; individuen nemen onafhankelijk morele beslissingen.

Care perspective

Het morele perspectief van Carol Gilligan, waarin mensen worden beoordeeld op basis van hun verbondenheid met anderen en de kwaliteit van hun interpersoonlijke communicatie, relaties en zorg voor anderen.

Social cognitive theory of morality

De theorie die onderscheid maakt tussen morele competentie - het vermogen om moreel gedrag te produceren - en morele prestaties - het gebruik van dat gedrag in specifieke situaties.

Empathy

Reageren op de gevoelens van een ander met een emotionele reactie die vergelijkbaar is met de gevoelens van de ander.

Moral identity

Het aspect van de persoonlijkheid dat aanwezig is wanneer individuen morele opvattingen en toewijdingen hebben die centraal staan in hun leven.

Moral exemplars

Mensen die buitengewone levens hebben geleid, waarbij ze hun persoonlijkheid, identiteit, karakter en deugd hebben ontwikkeld op een niveau dat morele excellentie en toewijding weerspiegelt.

Social-cognitive domain theory

Theorie die stelt dat er verschillende domeinen van sociale kennis en redenering zijn, waaronder morele, sociaal-conventionele en persoonlijke domeinen.

Social conventional reasoning

Richt zich op conventionele regels die zijn vastgesteld door sociale consensus, in tegenstelling tot moreel redeneren dat zich richt op ethische kwesties.

Love withdrawal

Een disciplinetechniek waarbij een ouder aandacht of liefde onthoudt van het kind in een poging het gedrag van het kind te beheersen.

Power assertion

Een disciplinetechniek waarbij een ouder probeert controle te krijgen over het kind of de middelen van het kind.

Induction

Een disciplinetechniek waarbij een ouder redeneert en uitlegt hoe de acties van het kind waarschijnlijk anderen zullen beïnvloeden.

Hidden curriculum

De alomtegenwoordige morele sfeer die elk schoolklimaat kenmerkt.

Character education

Een directe benadering van morele educatie die studenten een basis "morele geletterdheid" leert om hen te weerhouden van immoreel gedrag.

Values clarification

Het helpen van mensen om hun levensdoel en de moeite waard om voor te werken te verduidelijken. Studenten worden aangemoedigd om hun eigen waarden te definiëren en de waarden van anderen te begrijpen.

Cognitive moral education

Onderwijs gebaseerd op de overtuiging dat studenten zaken als democratie en rechtvaardigheid moeten leren waarderen naarmate hun morele redenering zich ontwikkelt. Kohlbergs theorie is de basis geweest voor veel cognitieve morele onderwijsbenaderingen.

Service learning

Een vorm van onderwijs die maatschappelijke verantwoordelijkheid en dienstverlening aan de gemeenschap bevordert.