Kaarten: BBG - LP 2 | Quizlet

Corpus callosum

= hersenbalk. Een structuur in de hersenen die de twee grote hersenhelften met elkaar verbindt en zorgt dat ze informatie kunnen uitwisselen

Hersenstam

= poortwachter. het is een soort verdikking op het einde van het ruggenmerg, maar bevindt zich wel in de schedel. Het is een soort station van prikkelverwerking, want alle zenuwcellen van en naar het lichaam komen hierlangs. Ingangs en uitgangspoort van het brein. Het regelt namelijk alle vitale functies alsook het bewustzijn en levensbedreigend als hier iets mis gaat. Bestaat uit drie structuren = middenbrein, pons en verlengde ruggemerg

Middenbrein

= mesencephalon. Ligt onder de hersenschors, ongeveer in het midden van het brein. Verwerkt alle informatie uit ogen en oren en gebruikt deze om gerichte bewegingen te kunnen maken.

Pons (L. < brug)

Structuur van verschillende zenuwbanen die de hersenen verbindt met het lichaam.

Locked-in-syndrome

Situatie waarin een complete verlamming plaatsvindt, terwijl oogbewegingen, visus, gehoor, sensibiliteit en bewustzijn nog in tact zijn

Verlengde ruggenmerg

= medulla oblongata. Verloopt verder in ruggenmerg en regelt heel wat basale functies zoals hartslag en ademhaling, zonder input van andere delen van de hersenen.

Reticulaire formatie / Reticulaire activatiesysteem

Netwerk van neuronen in de hersenstam dat zich uitstrekt van de medulla oblongata tot de thalamus. De regelkamer van het bewustzijn. Selecteert prikkels. Speelt een cruciale rol bij het reguleren van verschillende aspecten van de hersenfunctie, waaronder arousal, slaap-waakcyclus, aandacht.

Kleine hersenen

= cerebellum. Staat in voor het coördineren van vrijwillige bewegingen en taal-denk en geheugentaken die geen bewegingscomponent bevatten. Handhaven evenwicht en motorische controle moduleren in cognitieve processen. Sturen de grote hersenen aan bij beslissingen (= finetuning). Rekenmachine

Thalamus

Telefooncentrale. Belangrijkste verbindingsstation in de hersenen. Hierin wordt de informatiestroom tussen het perifere zenuwstelsel en de hogere lagen van de hersenen gecoördineerd. Speelt ook een rol bij informatie-integratie uit de hersenen.

Hypothalamus

= Hormoonfabriek, thermostaat van lichaam, genotcentrum. Heeft als taak de homeostase in je lichaam te reguleren. Schakelaar van stressreactiesysteem.

Hypofyse

Klier onder de hypothalamus. Scheidt hormonen af in de bloedbaan.

Limbisch systeem

Sentimenteel hersenonderdeel, het emotiecentrum van de hersenen. Structuren die een grensgebied vormen tussen de hersenstam en de grote hersenen. Speelt een cruciale rol bij het regelen van emoties en opslaan geheugensporen. Bestaat uit de hippocampus, de amygdala en het septum.

Amygdala

= 'matroos in het kraainest'. Reageert snel bij gevaar en bij positieve emotie. Speelt een rol in het geheugenproces en codeert emotie.

Hippocampus

= zeepaardje, 'scheepslogboek'. Speelt een rol in het geheugen, codeert de omgeving

Septum (L. > tussenschot)

Verbindingsstation tussen cognitieve en emotionele processen. Speelt een specifieke rol bij adequaat reageren op angstaanjagende stress.

Basale ganglia

Een reeks structuren (5 kernen) verspreid in de hersenen. Betrokken bij het initiëren van beweging, houding en evenwicht. Speelt een rol bij cognitie en emotie.

Corpus striatum

= gestreept lichaam. Eén van de kernen van basale ganglia. Speelt een rol bij beginnen en eindigen van actie of gedachte.

De grote hersenen

= Cerebrum. Bestaat uit de twee hersenhelften. Onderverdeeld in 4 gebieden/lobben: frontale, temporale, pariëtale en occipitale lob.

De frontale lob

= De voorhoofdskwab = controlecentrum; 'stuurman'. Besturen ons handelen en gedrag, helpen bij doelen stellen en realiseren. Staat in voor plannen en controleren van gedrag en spraak. Bepalen ons temperament, sociale interacties en persoonlijke stijl.

Primair motorische cortex

Ligt aan de achterkant van de frontale lob. Betrokken bij beweging. Heeft een somatotope organisatie

Somatotope organisatie

Elk lichaamsdeel correspondeert met een specifiek gebied in de motorische schors.

Associatiezones

Zones die verantwoordelijk zijn voor de verwerking en interpretatie van informatie. Zijn betrokken bij taal, denken en het geheugen.

Sulcus centralis / Rolandi

De grens/diepe groeve tussen de frontale en pariëtale lob.

Fissura lateralis

De grens/diepe groeve tussen de temporale en frontale lob

Fissura longitudinalis

Scheidt de linkerhemisfeer van de rechterhemisfeer

Executieve functie

Hogere controlefuncties van de hersenen,

Centrum van Broca

Motorisch spraakcentrum, productie van taal

Motorische afasie

Taalbegrip is in orde, maar sterk verminderd vermogen om zich uit te drukken (zowel geschreven, gesproken, gebarentaal)

De pariëtale lob

= Wandbeenkwab, waar informatie toekomt van aanraking, pijn druk en temperatuur. Speelt een rol in ruimte en aandacht richten. Betrokken bij het integreren en lokaliseren van informatie.

Somatosensorische cortex

Een primair sensorisch gebied die gewaarwording van aanraking, pijn, druk en temperatuur ontvangt.

Primaire visuele cortex

Ontvangt signalen van de receptoren in de ogen

Primaire motorische cortex

Controleert de bewegingen (motorische cortex aan linkerkant hersenen controleert beweging aan rechterkant lichaam en vice versa)

Primaire auditieve cortex

Hier komen de gehoorsignalen aan.

Temporale kwab

= Slaapkwab. Verantwoordelijk voor verwerken en herkennen van voorwerpen, geluiden, geheugen en taal (=stimuli).

Het centrum van Wernicke

Staat in voor taal begrijpen.

Sensorische afasie

Patiënt is niet meer in staat om te begrijpen wat gezegd wordt, maar kan zichzelf in woorden uitdrukken, vaak verkeerde woorden en neologismen

Occipitale lob

= Achterhoofdskwab. Vnl betrokken bij het verwerken van visuele informatie. Speelt een essentiële rol bij het interpreteren van visuele (=zicht) stimuli die via de ogen worden ontvangen.

Corticale blindheid

Het verlies van zicht door schade aan de visuele cortex

Atrofie

Afname weefsel

Netwerk in de hersenen

Gebieden die intensief met elkaar interageren. Spelen een unieke rol in informatieverwerking en gedragssturing.

Acalculie

Problemen met rekenen na hersenletsel

Afasie van Broca

Spraakproblemen. Moeite met productie van taal

Afasie van Wernicke

Problemen met taalbegrip

Alexie

Problemen met lezen na hersenletsel

Amnesie

Geheugenproblemen

Apperceptieve agnosie

Geen voorwerpen meer herkennen omdat men geen gehelen meer kan zien

Associatieve agnosie

Geen voorwerpen meer herkennen omdat men de betekenis niet meer kan activeren vanuit de visuele stimulus.

Auditieve agnosie

Geen geluiden meer herkennen

Foetaal alcoholsyndroom

Mentale retardatie. hyperactiviteit. verminderde alertheid. motorische problemen

Frontale lobotomie

Problemen met coördinatie en doelgerichtheid van het gedrag

Hemineglect

Geen aandacht meer besteden aan (linker)kant. Neglectsyndroom

Hemiplegie

Halfzijdige verlamming van de tegenovergestelde lichaamshelft.

Multiple sclerose

Problemen met spiercontrole

Split-brain

Integreren van informatie in linkse en rechtse hersenhelft

Vingeragnosie

Onvermogen om vingers te herkennen

Ziekte van Alzheimer

Dementie (problemen met denken en geheugen)

Ziekte van Parkinson

Bewegingsproblemen

Het standaardnetwerk

= het default mode network. Het brein in rust. Wanneer de persoon naar binnen gericht is. Wordt actief als de mens in rust is. Speelt een rol bij interne informatoeverwerking en cognitieve en emotionele balans behouden

Mind-wandering

Dagdromen. herinneringen ophalen. mijmeren. denken over toekomst. gedachten vrije loop laten gaan...

Het dorsale aandachtsnetwerk

Het brein gericht op de buitenwereld.

Het frontopartiële controlenetwerk

Het brein gericht op controle. Wanneer de hersenactiviteit doelgericht is.

Hersenlateralisatie

Elke helft van de hersenen is gespecialiseerd in bepaalde taken