Natuurkunde HAVO 2025

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/85

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Flashcards voor het leren van natuurkunde concepten.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

86 Terms

1
New cards

Grootheid

Iets wat gemeten kan worden en met een getal weergegeven kan worden.

2
New cards

Eenheid

Een afgesproken hoeveelheid om een grootheid uit te drukken.

3
New cards

Formule

Een wiskundige uitdrukking die aangeeft hoe grootheden van elkaar afhangen.

4
New cards

Meetonzekerheid

Afwijkingen door beperkte nauwkeurigheid.

5
New cards

Systematische fouten

Fouten door foute ijking of verkeerd gebruik.

6
New cards

Significante cijfers

Het aantal cijfers in een getal waarbij de nullen links niet meetellen.

7
New cards

Wetenschappelijke notatie

Een getal gevolgd door een macht van 10.

8
New cards

Orde van grootte

Twee getallen heten van dezelfde orde van grootte als ze niet meer dan een factor 10 schelen.

9
New cards

Interpoleren

Het bepalen van een waarde tussen twee meetpunten.

10
New cards

Extrapoleren

Het bepalen van een waarde die buiten de reeks meetpunten ligt.

11
New cards

Helling

De verhouding tussen de verandering van de grootheid op de y-as en de x-as op een punt (Δy/Δx).

12
New cards

Recht evenredig

Als A n keer zo groot wordt, wordt ook B n keer zo groot.

13
New cards

verplaatsing (Δx)

verschil in positie tussen twee tijdstippen

14
New cards

Afgelegde weg

de afstand die afgelegd is tussen twee posities

15
New cards

Eenparige beweging

beweging waarbij v constant is

16
New cards

Eenparige versnelde beweging

v neemt met een constante hoeveelheid toe- of af

17
New cards

Raaklijn

het hellingsgetal van een krom lopende grafiek

18
New cards

Oppervlaktemethode of hokjesmethode

het hellingsgetal van een krom lopende grafiek

19
New cards

Kracht

iets wat ergens tegenaan duwt of aan trekt

20
New cards

Resulterende kracht, ook wel nettokracht of somkracht

de optelsom van alle krachten die op een voorwerp werken

21
New cards

Evenwicht

de situatie waarin Fres = 0 N

22
New cards

Zwaartekracht

kracht die op aarde altijd recht naar beneden gericht is en heeft als aangrijpingspunt het zwaartepunt van het voorwerp

23
New cards

Gewicht

kracht die door een voorwerp op een ander voorwerp wordt uitgeoefent als gevolg van de zwaartekracht

24
New cards

Normaalkracht

kracht die een oppervlak op een voorwerp uitoefent als reactie op de kracht die dat voorwerp op het oppervlak uitoefent

25
New cards

Spankracht

kracht die in een strak gespannen touw heerst

26
New cards

Veerkracht

kracht die via een veer wordt uitgeoefent

27
New cards

Ontbinden

een manier om een kracht in onderling loodrechte krachtcomponenten op te delen, meestal aangeduid met F…x en F…y

28
New cards

Wrijving

de verzamelnaam van krachten die beweging tegengaan als iets in beweging is of wordt gezet

29
New cards

Luchtwrijving, of luchtweerstand

de wrijving die optreedt ten gevolge van botsingen met moleculen in de stof waarin de beweging plaatsvindt

30
New cards

Schuifwrijving

treedt op als een voorwerp over een oppervlak geduwd wordt

31
New cards

Rolwrijving

de wrijvingskracht die ontstaat als gevolg van het (minieme) indeuken van wielen en banden tijdens het rollen

32
New cards

1e wet van Newton

de resulterende kracht is 0 N op een voorwerp dat met constante snelheid beweegt of stilstaat

33
New cards

2e wet van Newton

het verband tussen de resulterende kracht en de versnelling als gevolg van een resulterende kracht kracht.

34
New cards

Hefboomwet

een voorwerp dat kan draaien rond een draaipunt is in evenwicht als de hefboomwet geldt

35
New cards

Energie

het vermogen om arbeid te kunnen verrichten

36
New cards

Kinetische energie (Ek), ook wel bewegingsenergie genoemd

de energie van bewegende voorwerpen

37
New cards

Zwaarte-energie (Ez)

de energie die een massa heeft op een hoogte boven het aardoppervlak

38
New cards

Chemische energie (Ech)

de energie in bv brandstoffen en voedsel

39
New cards

Wet van behoud van energie

zegt dat de totale energie in een gesloten systeem altijd gelijk blijft

40
New cards

Arbeid

een maat voor hoeveel 'moeite' iets kost

41
New cards

Vermogen

de hoeveelheid energie die per seconde wordt omgezet of de arbeid die per seconde geleverd wordt.

42
New cards

Rendement

nooit alle energie omgezet in de bedoelde energiesoort

43
New cards

Stookwaarde

energie die zit opgeslagen in brandstof per massa- of volumeeenheid

44
New cards

Trilling

een periodieke beweging rond een evenwichtsstand

45
New cards

de uitwijking (u)

de positie ten opzichte van de evenwichtsstand

46
New cards

Amplitude (A)

de maximale uitwijking (heeft altijd een positieve waarde)

47
New cards

Trillingstijd (T) of periode.

de tijdsduur waarin de gehele beweging éénmaal doorlopen wordt

48
New cards

Frequentie (f)

het aantal trilling in één seconde, eenheid Hertz (Hz)

49
New cards

Eigentrilling

de trilling die een systeem uitvoert zonder invloed van buitenaf (behalve een zetje)

50
New cards

Gedwongen trilling

Een beweging waarbij een systeem in trilling blijft door een kracht van buitenaf

51
New cards

Resonantie

Het systeem gaat meebewegen met een steeds groter wordende amplitude

52
New cards

lopende golf

een trilling die zich met constante snelheid (v) voortplant in een bepaalde richting

53
New cards

Golflengte

de afstand van een punt tot het eerstvolgende punt in dezelfde gereduceerde fase

54
New cards

Voortplantingssnelheid of golfsnelheid

De snelheid waarmee een bepaalde fase van een golf zich beweegt

55
New cards

het
weglengteverschil (symbool Δx)

de afstand van een punt tot het eerstvolgende punt in dezelfde gereduceerde fase

56
New cards

staande golf

een golf die zich niet in een bepaalde richting verplaatst

57
New cards

buiken

plekken waar de amplitude maximaal is

58
New cards

knopen

plaatsen waar de amplitude minimaal is

59
New cards

Ioniserende straling

UV, röntgen-, en gammastraling (γ) zijn vormen van elektromagnetische straling waarbij de energie zó hoog dat de stof waar de straling doorheen gaat geïoniseerd wordt (ioniserende straling)

60
New cards

Reflectie

teruggekaatst

61
New cards

Dracht

de afstand die een α- of β- deeltje gemiddeld in een materiaal kan afleggen totdat het zijn ioniserende werking verliest

62
New cards

Ioniserend vermogen

de mate waarin iets in staat is om stoffen waar het doorheen gaat te ioniseren

63
New cards

Halveringsdikte

het doordringend vermogen een maat voor hoe goed straling ergens doorheen komt

64
New cards

Halveringstijd

de tijd waarin de helft van het aantal kernen vervalt

65
New cards

Isotopen

Atomen met hetzelfde atoomnummer maar een verschillend massagetal

66
New cards

Activiteit

Het aantal radioactieve kernen in een materiaal

67
New cards

Nucleonen

Bestaat uit protonen en neutronen.

68
New cards

Atoomnummer

Dit is het aantal protonen in de kern.

69
New cards

Tracer

De stof die wordt ingebracht om te kijken waar deze zich ophoopt in het lichaam.

70
New cards

Elektrische lading

Geladen deeltjes.

71
New cards

Stroomsterkte

De lading die per seconde ergens doorheen stroomt.

72
New cards

Diode

Laat stroom maar in één richting door

73
New cards

LED

Diode dat licht uitstraalt als er stroom doorheen loopt.

74
New cards

LDR

Lichtgevoelige weerstand. Hoe meer licht, hoe lager de weerstand.

75
New cards

NTC

Temperatuurgevoelige weerstand waarbij de weerstand lager wordt als de temperatuur stijgt.

76
New cards

PTC

Temperatuurgevoelige weerstand waarbij de weerstand hoger wordt als de temperatuur stijgt.

77
New cards

Transformator

Wordt gebruikt om de 230 V van het stopcontact om te zetten naar een lagere spanning.

78
New cards

Stookwaarde

Energie die vrijkomt bij verbranding.

79
New cards

Weerstand

Geeft aan hoe goed iets in staat is om stroom tegen te houden.

80
New cards

Elektrisch vermogen

Geeft aan hoeveel energie er per seconde wordt omgezet.

81
New cards

Dichtheid

De massa per m3.

82
New cards

Warmte

Is de energie die nodig is of vrijkomt bij een temperatuurverandering van een stof.

83
New cards

Warmtestroom

De hoeveelheid energie die per seconde ergens naartoe of wegstroomt.

84
New cards

Debiet

Het volume dat per seconde ergens doorheen stroomt.

85
New cards

Geostationaire baan

Baan om de aarde recht boven de evenaar, waarbij de omlooptijd 24 uur is.

86
New cards

Lichtjaren

Afstand die licht aflegt in 1 jaar.