Baguette

ainsi que

net als

aussi

ook

d’abord (opsomming)

eerst

d’ailleurs

en dan nog iets

d’autant (plus) que

des te meer omdat

d’une part, d’autre part

enerzijds, anderzijds

de même

op dezelfde manier

également

ook, eveneens

en outre

bovendien

en plus / de plus

bovendien

enfin

ten slotte

ensuite (opsomming)

bovendien

et puis

en toen

même

zelfs

sinon (opsomming)

overigens

alors (conclusie)

dus

bref, en clair

kortom

donc

dus

en effet

inderdaad

en résumé

samengevat

en somme

kortom, samengevat

finalement

tenslotte

voilà pourquoi

dat is omdat

ainsi (gevolg)

zo, op die manier

il en résulte que

daaruit volgt dat

le résultat

het resultaat

par conséquent

als gevolg

afin de, pour que, de / en sorte que

opdat

le but, l’objectif

het doel

sans que

zonder dat

pour + hele werkwoord

om te

car

omdat

c’est pour cela que

het is daarom dat

c’est pourquoi

het is daarom

c’est que

dat is omdat

comme (reden)

omdat

en raison de

door, vanwege

parce que

omdat

puisque

aangezien

avant tout

voornamelijk

surtout

vooral

tel que

omdat

à condition que

op voorwaarde dat

grace à

dankzij

malgré

ondanks

quand

wanneer

sinon (voorwaarde)

zo niet

à l’avenir

in de toekomst

à l’époque

destijds

à l’origine

oorspronkelijk

à partir de

vanaf

aujourd’hui

vandaag

auparavant

vooraf, vantevoren

autrefois

vroeger

avant

voorheen

d’abord (tijdsverandering)

eerst

de nos jours

tegenwoordig

depuis

sinds

dès

vanaf, zodra

désormais

voortaan

ensuite (tijdsverandering)

vervolgens

hier

gisteren

il y a

geleden

lorsque

toen, zodra

maintenant

nu

pendant

tijdens

pour l’instant

nu, momenteel

puis

toen

tandis que

sinds, terwijl

toujours

altijd, nog steeds

jusqu’à

totdat

à l’inverse

omgekeerd

alors même que

hoewel, terwijl

alors que

terwijl

au contraire

daarentegen

bien que

hoewel

bien sûr

uiteraard

cependant

desalniettemin

certes

zeker

contrairement

in tegenstelling tot

en contrepartie

integendeel

en fait

eigenlijk

en revanche

daarentegen

mais

maar

malgré tout

toch

même si

zelfs als

néanmoins

desalniettemin

or

welnu

par contre

daarentegen

le paradoxe

de tegenstelling

par ailleurs

daarentegen

pourtant, quand même, toutefois

toch

reste que

blijft het feit dat

tout en

terwijl

ainsi (voorbeeld)

zo

comme (voorbeeld)

zoals

par exemple

bijvoorbeeld

Dans quel but l’auteur a-t-il écrit cet article?

Met welk doel heeft de schrijver dit artikel geschreven?

À quoi sert ce passage?

Waartoe dient deze passage?

À quoi servent ces exemples?

Waartoe dienen deze voorbeelden?