1/10
Vast (s) / Solid (s), Vloeibaar (l) / Liquid (l), Gasvormig (g) / Gas (g).
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
In welke fase is een stof bij een temperatuur LAGER dan het smeltpunt?
Vast (s) / Solid (s).
Hoe heet de faseverandering van vloeibaar naar gas?
Verdampen / Evaporation.
Hoe heet de faseverandering van gas naar vast? (Denk aan rijp)
Rijpen / Deposition.
Hoe heet de faseverandering van vast direct naar gas? (Denk aan een mothball)
Sublimeren / Sublimation.
Reken om: 25°C = ... K?
25 + 273 = 298 K.
100 K = ... °C?
100 - 273 = -173 °C.
Wat is het verschil tussen een zuivere stof en een mengsel?
Een zuivere stof is 1 stof, een mengsel is 2 of meer stoffen. / A pure substance is 1 substance, a mixture is 2 or more substances.
Heeft een zuivere stof of een mengsel een vast kookpunt?
Een zuivere stof. / A pure substance.
Wat heeft een mengsel: een kookPUNT of een kookTRAJECT?
Een kooktraject. / A boiling range.
In het experiment, waar sublimeert de stof? (Waar gaat hij direct van vast naar gas?)
In de warme erlenmeyer. / In the warm flask.
In het experiment, waar rijpt de stof? (Waar gaat hij direct van gas naar vast?)
Op de koude punt van de centrifugebuis. / On the cold tip of the centrifuge tube