Les 7: Modernisme 1: landschap op zoek naar een nieuwe taal

Flashcards over modernisme in landschapsarchitectuur, met de nadruk op sleutelfiguren en hun concepten.

Modernisme in de landschapsarchitectuur

Een zoektocht naar een nieuwe vormentaal met een strikte geometrie, die niet langer de macht representeert zoals in de Barok traditie.

Gabriel Guevrékian

Frankrijk

Jean Canneel-Claes

België

Leberecht Migge

Duitsland

Gudmund N. Brandt

Denemarken

"Tableau Jardin" (Gabriel Guevrékian)

Een 2D benadering van de tuin met een sterke grafische uitwerking en kleurgebruik, gericht op visuele esthetiek en niet functioneel

"Instant Garden" (Gabriel Guevrékian)

Het inzetten op minerale elementen in de tuin zodat het eindbeeld direct bereikt wordt, planten worden gebruikt om het kleurpalet aan te vullen zonder rekening te houden met de tijdsdimensie van groei

Jardin d’eau et de lumière, Parijs (1925)

Een tuin ontworpen voor de 'Exposition Internationale des Arts Décoratifs' in Parijs in 1925, een voorbeeld van een 'Tableau Jardin' met uitgebreid kleurgebruik en een spel van driehoeken

Tuin voor de Villa Noailles

Beschreven als kubistisch, modern en Perzisch, een voorbeeld van een 'Tableau Jardin' met een precieze geometrie die inspeelt op de topografie

Villa Heim, Neuilly (1927-1930)

Een schakeling van verschillende kamers die van het dak aflopen tot in de verdiepte tuin, een geometrisch ontwerp gecombineerd met ruimtelijkheid

Manifest AIAJM

Manifest van de Association Internationale des Architectes de Jardins Modernistes, gelanceerd door Jean Canneel-Claes en Christopher Tunnard

De functionele tuin (Jean Canneel-Claes)

De tuin wordt opgevat als een gebruiksruimte voor de bewoners, met ruimte voor sport, spel, verpozen en groente kweken

Ruimtelijke benadering (Jean Canneel-Claes)

Een confrontatie tussen een meer gearticuleerde ruimte en een meer neutrale achtergrond, geen dogmatisch vasthouden aan een formele of informele stijl

Elementair ontwerp (Jean Canneel-Claes)

Werken met een aantal precies ontworpen elementen (betonnen tegels, bloemenborders, bomenrijen, boomgaarden, hagen) die steeds terugkomen in de verschillende tuinen

Werken met de specificiteit van de plek (Jean Canneel-Claes)

Ieder ontwerp speelt in op de specifieke condities van de plek, waarbij een relatie wordt gezocht tussen de tuin en de woning en elementen uit het omliggende landschap worden geïncorporeerd

Tuin woning Canneel (1932)

Eigen woning van Jean Canneel-Claes, een strak ontworpen tuin vormgegeven met een beperkt aantal elementen

Tuin woning Heeremans (1939)

Een tuin waarin de elementen van de tuinontwerpen van Canneel-Claes duidelijk naar voren komen, zoals grote betontegels, ruimtes voor verschillende functies en open niet-geprogrammeerde grasweides

Begraafplaats Verrewinkel (ontwerp ca. 1942)

Een project ontwikkeld in het kader van het CGRP, een gevoelig ontwerp dat rekening houdt met de specifieke context en ruimtelijke articulaties creëert

De architecturale tuin (Leberecht Migge)

Een voorvechter van de architecturale tuin (compartimentering), geïnspireerd door de tuinen van Duitse boeren

Typologische benadering (Leberecht Migge)

Een tuin opgebouwd uit een aantal type elementen of type tuinen, aansluiting vindend bij de tuintraditie

Productiviteit (Leberecht Migge)

Aandacht voor het ontwikkelen van productieve moestuinen, waarbij de moestuin een economische noodzaak en sociaal bindmiddel wordt voor de stedelijke arbeidersbevolking

Circulariteit en gebruik van natuurlijke processen (Leberecht Migge)

Voorloper van hedendaags circulair denken, herwerken van afval tot grondstoffen, woning en tuin als een gesloten kringloop

Rüstringen Stadspark (1914-1920)

Een samenwerking tussen Migge en Martin Wagner, opgevat als een 'buitenpark' met open weides, kanalen en een architecturale structuur van bomenrijen

Duitse Siedlungen, interbellum

Principe van productiviteit als onderdeel van de Siedlung, met volkstuinen en productieve tuinen bij de woning

De ‘groeiende nederzetting’ (jaren 1930)

De 'groeiende nederzetting' als 'levend organisme' met gelijktijdige groei van de nederzetting en het productieve landschap

"Tuin op maat van gebruiker" (G.N. Brandt)

De tuin van de toekomst vraagt afstemming tussen het tuinontwerp en de gebruiker

De tuin is 100% groen (G.N. Brandt)

Maximaal inzetten op het vergroenen van de tuin, in tegenstelling tot de standaardisering en industrialisering in de architectuur en stad

Het gecultiveerde landschap als motief voor het tuinontwerp (G.N. Brandt)

Het inbrengen in de tuin van elementen uit het cultuurlandschap, zoals de gracht, de haag, de stenen muur, de weide en het bos

Romantiek als een belangrijke drijfveer voor het ontwerp van de tuin (G.N. Brandt)

Een expliciete link met de romantiek, als weerstand tegen de gerationaliseerde wereld, met interesse in het obscure en oneindigheid

Eigen tuin in Ordrup, Charlottenlund, Denemarken (1930)

Eenvoudige en strakke geometrische organisatie van verschillende rechthoekige kamers die elkaar opvolgen, complexiteit in de aaneenschakeling van verschillende karakters

Tuin Svastika in Kokkedal, Denemarken

Injectie van karakteristieke tuinen in een landschappelijk opgezette parkstructuur, met de June Garden als meest bijzondere element