1/116
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
psyche
ziel/geest
logos
woord/verhandeling
psychologie
zielkunde of wetenschap van de geest
vrije wil van de geest
volgens Plato is de geest niet onderhevig aan dezelfde wetten als het lichaam
dualisme
het filosofisch standpunt dat zegt dat er enkel twee tegenover of naast elkaar bestaande, tot niets anders meer te herleiden grondbeginselen bestaan
res cognitans
het deel (van dualisme) dat wijst op de geest
res extensa
het deel (van dualisme) dat wijst op het lichaam
mind-body problem
probleem dat optreedt bij de dualistische visie, namelijk de interactie tussen beide entiteiten
monisme
het filosofisch standpunt dat zegt dat geest en lichaam niet opgevat worden als afzonderlijke entiteiten, maar als 2 aspecten van 1 entiteit
black box
het menselijk brein is deels te verklaren door fysische processen, maar niet volledig (deel is blackbox, gebeurt van binnen en kan van buiten niet waargenomen worden)
ontologie
zijnsleer = deel van de filosofie dat alle bestaande dingen in categorieën probeert onder te brengen
epistemologie
wetenschap die alles over kennis en het weten bestudeert
1. materialisme
eerste versie van het monisme → alleen het fysische ... alleen materialistisch
ontologische materialisme
alleen het fysische bestaat
epistemologisch material
alleen het fysische kunnen we bestuderen = reductionisme
2. idealisme
tweede versie van het monisme → alleen het geestelijke
ontologische idealisme
alles in de natuur heeft een ziel= panpsychisme
epistemologisch idealisme
de geest bepaalt de werkelijkheid, alleen het zintuiglijke kan bijdragen tot ons verstand = solipsisme
rationalisme
stroming uit de filosofie waarin wordt gesteld dat kennis en de waarheid alleen kunnen worden verkregen door middel van de rede
empirisme
filosofische stroming waarin gesteld wordt dat kennis voornamelijk of geheel voortkomt uit de ervaring
psychofysica
de (exacte) wetenschap die de functionele relatie tussen het brein en het lichaam onderzoekt
folk psychology
= psychologie van de persoon in de straat = völkerpsychologie het soort psychologie dat iedereen kan uitvoeren door mensen te analyseren in 'de straat'
toegepaste psychologie
psychologie toegepast op mentale processen (vaak psychologische problemen), om de wereld een 'gunst' te doen
psychologie als wetenschap
wetenschap van gedrag en de factoren die gedrag beïnvloeden
(gedrags)determinanten
factoren die (het gedrag) beïnvloeden → zowel zichtbaar als onzichtbaar → zowel mentaal als fysisch
mentale processen
gebonden aan fysische systemen, maar niet te reduceren tot fysische processen
pareidolia
het zien van betekenisvolle voorwerpen in vormloze prikkels (vb. wolken, inktvlekkentest Rorschach)
nomothetische benadering
men zoekt naar algemene wetten → geldt voor iedereen vb. functieleer
ideografische benadering
men gaat op zoek naar specifieke factoren → kan verschillen per persoon vb. persoonlijkheidsleer
hawthorne onderzoek
onderzoek dat de invloeden van betere werkomstandigheden onderzocht → vond dat er ook invloed was aan aandacht geven (belangrijke sociale positie toewijzen)
hawthorne-effect
het effect op mensen als men weet dat men onderzocht wordt
Betula studie
grootschalige Zweedse studie over succesvol ouder worden (met heeeeeel veel data)
longitudinale proefopzet
onderzoek dat men doet over een lange tijdsspanne (dezelfde mensen analyseren door de jaren heen)
crosssectionele proefopzet
onderzoek dat men doet op één gegeven moment (één groep mensen wordt één keer geanalyseerd)
occam's razor
men moet proberen om het geheel van de gegevens zo goed mogelijk te verklaren met zo weinig (en makkelijk) mogelijk(e) factoren
"erklären"
verklaren (natuurwetenschappen) → onderscheid werd gemaakt door Dilthey (psychologie probeert ze allebei te doen)
"verstehen"
begrijpen (geesteswetenschap)
methodenleer
hoe men psychologische fenomenen wetenschappelijk kan onderzoeken
normatieve methodenleer
hoe het zou moeten gebeuren
descriptive methodenleer
hoe het meestal in de praktijk gebeurt
testpsychologie
volgens Duijker deel van methodenleer (toegepast op inzichten van de persoonlijkheidsleer)
functieleer
(experimentele psychologie) - studie van algemeen-menselijke functies en capaciteiten
persoonlijkheidsleer
idiosyncrasie: datgene waar het individu zich in onderscheid van de anderen (idividuele eigenschappen)
ontwikkelingsleer
studie van de ontwikkeling van de mens (geboorte tot de dood)
gedragsleer
studie van de gehele mens en wisselwerking met de omgeving
hub science
frequent gebruikte schakel - er wordt van naburige wetenschappen heel vaak terug verwezen naar de psychologie
reductionistische visie
wiskunde > fysica > chemie > biologie > psychologie > sociologie > ...
filosofie
griekse vertaling: houden van wijsheid
rationalisme
kennis is alleen te verwerven door de rede (verstand)
empirisme
kennis is alleen te verwerven door zintuigen en ideeën komen uit ervaring
tabula rasa
→ John Locke; de mens is een onbeschreven blad
esse est percipi
→ George Beckerly; zijn is genomen worden (enkel alles wat waargenomen is bestaat)
probleem van Molyneux
Als een aangeboren blinde ineens kon zien, zou die de dingen dan meteen zien zoals niet-blinde mensen of zou die de prikkels eerst moeten koppelen aan hun andere zintuigen (vb. tast,...)
fysiologie
wetenschap van de verrichtingen van het menselijk lichaam en de functies van verschillende onderdelen
efferente banen
(ex ferre) van het lichaam weg → Charles Bell → van het brein naar de buitenwereld → acties uitvoeren die men wil doen (vb. fietsen)
afferente banen
(ad ferre) naar het lichaam toe → van de buitenwereld naar het brein → verwerking van prikkels (vb. waarneming)
frenologie
→ Gall; proberen psychologische eigenschappen,... te verklaren door de bulten op de schedel (hersen-knobbeltjes)
substractiemethode
→ Donders; door reactietijden (RT) van elkaar af te trekken van elkaar kan men het verschil tussen condities bepalen
mentale chronometrie
meting van tijdsduur van mentale processen
nativisme
→ Kant, Mach; tijd en ruimte zijn belangrijk voor alle waarneming
intentionaliteit
→ Brentano, ieder mentaal fenomeen heeft een doel (intentie) en heeft een inhoud
fenomenologie
→ Brentano; de benadering die probeert een verschijnsel zo grondig en nauwkeurig mogelijk te beschrijven zonder theorievorming over de oorzaken (vb. gestaltpsychologie, aktpsychologie) → tegen het structuralisme, voor het functionalisme → psychische fenomenen zijn geen inhouden maar activiteiten of functies → kennis komt noch uit reden noch uit ervaring (tussen empirisme en rationalisme)
dogmaticus
iemand die ervoor staat dat de wetenschappelijke methode is de enige manier om kennis te verwerven
apperceptie
→ Wundt; de activiteit die vanbinnen in mensen plaatsvindt (fysische prikkels zijn niet genoeg om te verklaren)
blickpunkt
iets van op de achtergrond (blickfeld) komt plots naar voor en trekt je aandacht (blickpunkt)
armchair psychology
descriptieve psychologie → niet wetenschappelijk maar beschrijvend
atomisme
alle dingen zijn opgebouwd uit ontelbare minuscule deeltjes (vb. empirisme, structuralisme)
stream of consciousness
→ James; methode die probeert "de veelvuldige gedachten en gevoelens weer te geven die door de geest gaan" van een verteller
manuals
handboeken
structuralisme
een stroming in de psychologie: 19e en 20ste eeuw die stond voor het standpunt dat de psychologie (het geheel) is samengesteld door elementaire bouwstenen → wil de structuren van de geest achterhalen; Titchner - elementaire delen verklaren fenomenen; Wundt - meer breeddenkend (niet verklarend)
atomisch denken
→ Wundt; een geheel (vb. proces) kan opgesplitst worden in hele kleine atomische delen → kan zo verklaard worden
introspectie
→ Titchner = zelfreflectie; activiteit waarbij de eigen gedachten, gevoelens en herinneringen als onderwerp van (over)denking zijn
observatoren
waarnemers
gewaarwordingen
de perceptie van de dingen die een persoon waarneemt
waarnemingen
de stimuli die binnenkomen en verwerkt worden door een persoon
beelden
elementen in het geheugen (kan alle sensaties aannemen/zintuigen prikkelen) vb. geur van speculaas, textuur van mat in de living,...
affecties
de relatie die een persoon aanneemt tegenover een entiteit
stimulusfout
wanneer introspectieve beschrijvingen (...) niet meer alleen gaan over de inhoud van bewuste ervaringen, maar ook beïnvloed worden door de kennis van de (aard van de) stimulus
functionalisme
een stroming in de psychologie: 19e en 20ste eeuw; die de functies van de geest wil vinden/verklaren
puzzle box
doos waar dieren in opgesloten zijn, en moeten door 'trucjes'/taken te doen er uit geraken
law of effect → Thorndike; het leerprincipe waardoor een organisme een functie meermaals en los van toeval
kan uitvoeren in de plaats van gewoon dingen uit te proberen: 'trial and error' → operante conditionering
trial and error
proberen/gokken (op goed geluk)
operante conditionering
het leerproces waarbij een respons gevolgd wordt door een bekrachtiger of straf. Die vergroot/verkleint de kans dat dezelfde respons in de toekomst weer zal optreden = instrumenteel leren
Columbia functionalist
groep functionalisten vanuit de universiteit in Columbia
Chicago functionalist
groep functionalisten vanuit de universiteit in Chicago
gestaltpsychologie
een stroming in de psychologie: 19e en 20ste eeuw zegt dat psychologie niet zomaar in delen opgedeeld is zoals het structuralisme zegt, maar het geheel is meer dan de som van de gehelen = tegenreactie op structuralisme en functionalisme → tegen atomisch denken van Wundt → tegen de introspectie van Titchner
holisme
'Het geheel is meer dan de som der delen'; het idee dat de eigenschappen van een systeem niet voldoende kunnen worden verklaard door slechts de som van zijn samenstellende delen te nemen.
gestalt
een gestructureerd geheel (figuur/beeld) waarvan de eigenschappen niet kunnen worden gereduceerd tot de som van de eigenschappen van de samenstellende delen
dingen die niet in het echt voorkomen maar wel in mensen hun hoofd (vb. eenhoorn
roze olifant)
Meinong's jungle
meinong gebruikte altijd exotische dieren om naar te verwijzen
phi motion
→ Wertheimer; door snelle beweging van losstaande elementen ga je ze samen zien als 1 geheel (gestalt)
emergentie
Het proces waar de interactie van factoren (objecten, golven, krachten, ideeën) waardoor nieuwe entiteiten (systemen, objecten, patronen) gevormd worden
Graz school
bij Graz school zijn gestalten: → emergerende kwaliteiten die afhankelijk zijn van objecten, maar erboven uitstijgen; mensen: Meinong, Ehrenfels, Benussi
Berlijn school
bij Berlijn school zijn gestalten: → een op zichzelf staand geheel, met een eigen entiteit en "sui generis" (niet elementaire bouwst.); mensen: Köhler, Koffka, Wertheimer
sui generis
ontologische staat
one-sided dependency
enkel de relaties tussen de delen bepalen het geheel
two-sided dependency
soms bestaan er zo'n dwingende/sterke gehelen dat ze de waarneming van de delen beïnvloeden
mentality of apes
→ Köhler; bestudeerde de probleemoplossende eigenschappen bij apen
Aha-Erlebnis
→ Köhler de aha-ervaring - "het licht zien"
maluma-takete
→ Köhler; eenvoudige figuren worden spontaan verdeeld tussen de twee begrippen