maatschappijkunde politiek vmbo KGT leerjaar 4 | Quizlet

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/133

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

134 Terms

1
New cards

politiek

Het maken van keuzes en het nemen van beslissingen over hoe een land, een provincie of een gemeente bestuurd moet worden.

2
New cards

politici

ze vertegenwoordigen de bevolking bij het nemen van politieke besluiten

3
New cards

politieke besluitvorming

de manier waarop politici besluiten nemen

4
New cards

ambtenaren

mensen in dienst van de overheid die veel verstand hebben van kwesties waarover de bestuurders moeten beslissen, zoals onderwijs , verkeer of criminaliteit.

5
New cards

normen

Opvattingen over hoe je je op grond van bepaalde waarden behoort te gedragen.

6
New cards

belangen

Zaken die mensen belangrijk vinden omdat ze er een voordeel bij hebben

7
New cards

belangentegenstelling

het belang van de een bots met het belang van de ander

8
New cards

macht

is het kunnen gebruiken van spullen, mensen of informatie om je doel te bereiken én om anderen te helpen of tegen te houden bij wat zij willen doen

9
New cards

machtsmiddelen

middelen waarmee je het gedrag van anderen kunt beïnvloeden

10
New cards

politieke agenda

de onderwerpen waarover politici voortdurend met elkaar praten.

11
New cards

dilemma

een lastige keuze tussen twee dingen die allebei voordelen of juist nadelen hebben

12
New cards

rechtstaat

staat waarin iedereen zich aan de wet moet houden, ook de overheid zelf en de koning

13
New cards

grondwet

wet waarin staat hoe een land geregeerd wordt en wat de grondrechten van de burgers zijn

14
New cards

grondrechten

belangrijkste rechten van burgers die in de grondwet zijn vastgelegd

15
New cards

artikel 1 van de grondwet

Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.

16
New cards

rechtsbescherming

de grondwet beschermt burgers tegen andere burgers en tegen machtsmisbruik van de overheid

17
New cards

democratie

staatsvorm waarbij de macht bij het volk ligt in Nederland regeren de burgers niet zelf maar kiezen ze vertegenwoordigers die de besluiten nemen

18
New cards

recht

geeft aan wat je mag doen en waar je recht op hebt

19
New cards

plicht

Bepaalt wat je moet doen

20
New cards

parlement

volksvertegenwoordiging

21
New cards

trias politica

Scheiding van de macht in drie delen: wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht

22
New cards

wetgevende macht

stelt wetten vast waaraan burgers en de overheid zich moeten houden

23
New cards

uitvoerende macht

Zorgt ervoor dat eenmaal goedgekeurde wetten worden uitgevoerd

24
New cards

legaliteitsbeginsel

iedere handeling van de overheid moet gebaseerd zijn op een wet.

25
New cards

rechterlijke macht

beoordeelt of wetten goed worden nageleefd en doet uitspraak in conflicten

26
New cards

dictatuur

Bestuur waarin één persoon of een kleine groep mensen de macht heeft.

27
New cards

censuur

controle van overheidswege op media, kunst etc. bijvoorbeeld om critici de mond te snoeren

28
New cards

actief kiesrecht

het recht om te stemmen

29
New cards

passief kiesrecht

het recht om je verkiesbaar te stellen

30
New cards

evenredige vertegenwoordiging

alle uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het beschikbare aantal zetels

31
New cards

meerderheidsstelsel

de winnaar in een gebied krijgt alle zetels

32
New cards

politieke partij

organisatie van mensen die zich vanuit bepaalde ideeën bezighouden met het overheidsbestuur

33
New cards

lijsttrekker

de belangrijkste man of vrouw van een politieke partij in verkiezingstijd

34
New cards

peilingen

de voorspellingen van de verkiezingsuitslag op dat moment

35
New cards

zwevende kiezer

kiezers die niet bij elke verkiezing op dezelfde partij stemmen

36
New cards

progressief

vooruitstrevend, de maatschappij willen veranderen

37
New cards

conservatief

behoudend, ouderwets

38
New cards

rechtse partijen

vinden dat mensen veel vrijheid moeten hebben en wil een passieve overheid

39
New cards

linkse partijen

komen op voor kwetsbare mensen en wil een actieve overheid

40
New cards

middenpartijen

partijen die linkse en rechtse standpunten hebben

41
New cards

politieke stroming

Groep mensen met dezelfde waarden en opvattingen over hoe de samenleving eruit moet zien en wat de rol van de overheid daarin is.

42
New cards

liberalisme

1. waarden , ecenomische vrijheid en persoonlijke vrijheid

2. doel , vrijheid voor mensen om te doen en laten wat ze willen en bescherming van deze vrijheid.

3. komt voor elkaar op, werkende burgers en ondernemers en bedrijven

4. rol van de overheid, passief alleen zorgen voor veiligheid

43
New cards

deregulering

regels afschaffen

44
New cards

vrijemarkteconomie

Economisch systeem waarbij de productie in handen is van particuliere ondernemers.

45
New cards

referendum

een stemming waarbij kiezers zich direct uitspreken over een bepaald onderwerp

46
New cards

sociaal-democratie

1. waarden , gelijkwaardigheid, solidariteit

2. doel , eerlijke verdeling van inkomens, bescherming voor kwetsbare mensen

3. komt vooral op voor mensen met weinig geld en mensen met minderen kansen

4. rol van de overheid, actief ongelijkheid tegen gaan

47
New cards

christen-dmocratie

1. waarden , geloof, naastenliefde en samenwerking

2. doel , een samenleving waar mensen goed voor elkaar zorgen en respect voor het wordt van god en de bijbel

48
New cards

verantwoordelijke samenleving

Een samenleving waarin de verantwoordelijkheden in handen van de burgers en hun organisaties liggen

49
New cards

ecologische stroming

Heeft als uitgangspunt dat de natuur en het milieu zo min mogelijk aangetast mag worden door de mens.

50
New cards

nationalisme

grote liefde voor eigen land, volk en cultuur

51
New cards

extremisme

heeft als doel de samenleving radicaal te veranderen

52
New cards

populisme

Politieke stijl die inspeelt op gevoelens van onvrede bij het volk. Het keert zich sterk tegen de elite.

53
New cards

kabinet

ministers en staatssecretarissen

54
New cards

regering

koning en ministers

55
New cards

kabinetsformatie

Het proces waarbij na de Tweede Kamerverkiezingen een nieuw kabinet wordt gevormd.

56
New cards

coalitie

politieke samenwerking om een regering te vormen

57
New cards

beleid

manier waarop iets wordt geregeld

58
New cards

regeerakkoord

De afspraken tussen de regeringspartijen over wat ze in een regeerperiode willen gaan doen.

59
New cards

minister

iemand die politiek verantwoordelijk is over een bepaald onderwerp

60
New cards

staatssecretaris

een soort onderminister die verantwoordelijk is voor een deel van de taken van een minister

61
New cards

prinsjesdag

Derde dinsdag van september, op die dag wordt de overheidsbegroting gepresenteerd. en de troonrede

62
New cards

troonrede

Toespraak over de regeringsplannen voor het komende jaar. De koning leest de troonrede voor op Prinsjesdag.

63
New cards

miljoenennota

een toelichting op de rijksbegroting waarin de regering uitlegt welke keuzes zij gemaakt heeft

64
New cards

rijksbegroting

Het overzicht van alle te verwachten inkomsten en uitgaven van de rijksoverheid

65
New cards

overheid

alle politici en ambtenaren samen

66
New cards

overheidsbeleid

het geheel van wettelijke regels en afspraken

67
New cards

verzorgingsstaat

land waarvan de overheid zorgt voor goede sociale zekerheid, gezondheidszorg, huisvesting en onderwijs voor iedere burger

68
New cards

algemeen belang

zaken die voor heel veel mensen belangrijk zijn omdat ze er voordeel van hebben of er gebruik van maken

69
New cards

maatschappelijk probleem of vraagstuk

- Gaat altijd om een sociaal probleem

- Er bestaan verschillende meningen over de oorzaken en de mogelijke oplossingen

- Het krijgt veel aandacht in de media

- Kan vaak het beste worden opgelost door de overheid in samenwerking met burgers en organisaties

70
New cards

waarden

principes die mensen belangrijk vinden om na te streven

71
New cards

algemene beschouwingen

debat van de Tweede Kamer over de plannen in de rijksbegroting

72
New cards

constitutionele monarchie

land met een koning of koningin (monarchie), maar waar de regels in een grondwet staan

73
New cards

erfopvolging

De vorst wordt opgevolg door een oudste zoon/dochter

74
New cards

ministeriële verantwoordelijkheid

ministers zijn verantwoordelijk voor alle daden en uitspraken van het staatshoofd de koning

75
New cards

koning onschendbaar

de koning hoeft aan niemand uit te leggen wat of waarom hij iets doet.

76
New cards

tweede kamer

direct gekozen Nederlandse volksvertegenwoordiging

77
New cards

eerste kamer

deel van de Staten-Generaal waarvan de leden door de Provinciale Staten zijn gekozen

78
New cards

fractie

groep vertegenwoordigers van een politieke partij in de Kamer

79
New cards

fractievoorzitter

de leider van een groep Kamerleden van dezelfde partij

80
New cards

coalitiepartijen

partijen die samenwerken in de regering

81
New cards

compromis

oplossing waarbij iedereen een beetje toegeeft

82
New cards

oppositiepartijen

Politieke partijen die niet in de coalitie zitten.

83
New cards

wetgevende taak

het maken van wetsvoorstellen en erover stemmen

84
New cards

stemrecht

Recht om te mogen stemmen. Ook wel kiesrecht

85
New cards

recht van initiatief

De leden van de Tweede Kamer mogen zelf een wetsvoorstel indienen.

86
New cards

recht van amendement

Het recht om wetsvoorstellen te veranderen

87
New cards

vragenrecht

het recht van Tweede Kamerleden om aan ministers en staatssecretarissen mondelinge of schriftelijke vragen te stellen.

88
New cards

recht van interpellatie

Kamerleden mogen een minister ter verantwoording roepen

89
New cards

recht van enquête

Recht van leden van Tweede Kamer om, buiten de regering om, een onderzoek in te stellen waarbij mensen onder ede gehoord kunnen worden.

90
New cards

budgetrecht

het recht van het parlement (zoals de Tweede Kamer) om goedkeuring te geven voor de uitgaven van de regering

91
New cards

recht van motie

het recht van de Eerste en Tweede Kamer om een schriftelijke mening te geven over het beleid van een minister.

92
New cards

Politieke besluitvorming

de manier waarop wetten en regels tot stand komen

93
New cards

publieke opinie

de mening van het grootste deel van de bevolking

94
New cards

Politieke agenda

een lijst van belangrijke onderwerpen waarover de politiek binnenkort gaat praten of beslissen.

95
New cards

prioriteit

wat het belangrijkste is; wat voorrang verdient

96
New cards

beleidsvoorbereiding

Politici en hun ambtenaren bedenken maatregelen om een probleem aan te pakken.

97
New cards

terugkoppeling

verschijnsel dat een proces wordt beïnvloed door zijn eigen resultaat. Als de invloed remmend is spreekt men van negatieve terugkoppeling, als de invloed stimulerend is spreekt men van positieve terugkoppeling.

98
New cards

pressiegroep/belangengroep

groepen die bepaalde belangen nastreven en proberen de politieke besluitvorming te beïnvloeden.

99
New cards

lobbyen

steun vragen voor jouw standpunten aan politieke bestuurders.

100
New cards

adviesorgaan

deskundigen die de regering adviseren over belangrijke zaken en ontwikkelingen.

Explore top flashcards

AP PSYCH Unit 8
Updated 939d ago
flashcards Flashcards (117)
Crayfish Labeling
Updated 961d ago
flashcards Flashcards (21)
History 222 Midterm
Updated 623d ago
flashcards Flashcards (32)
Master Verbs List
Updated 224d ago
flashcards Flashcards (142)
exam 2
Updated 31m ago
flashcards Flashcards (112)
AP PSYCH Unit 8
Updated 939d ago
flashcards Flashcards (117)
Crayfish Labeling
Updated 961d ago
flashcards Flashcards (21)
History 222 Midterm
Updated 623d ago
flashcards Flashcards (32)
Master Verbs List
Updated 224d ago
flashcards Flashcards (142)
exam 2
Updated 31m ago
flashcards Flashcards (112)