nederlands les 36

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/8

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

9 Terms

1
New cards

punt

  • Na een mededelende zin, onrechtstreekse vraag of verzoek

    • Bomen zijn belangrijk.

2
New cards

uitroepteken

  • Na een bevel, uitroep, wens/verzuchting of waarschuwing

    • Stop ermee!

3
New cards

vraagteken

  • Na een rechtstreekse vraag

    • Waarom vraag je dat?

4
New cards

komma

  • Voor/na een aanspreking
    Jonathan, kun je helpen?

  • Voor/na een tussenwerpsel
    Oei, dat is fout!

  • Tussen opsommingen
    Koffie, thee of cola

  • Tussen gelijkwaardige woorden
    Oud, maar gezond

  • Voor/na een bijstelling
    Meneer Van Looy, directeur,...

    • Tussen deelzinnen
      Als we winnen, gaan we door.

5
New cards

dubbel punt

  • Voor een verklarende opsomming
    We waren met vier: Femke, Daan, Ivo en Babette.

    • Voor een verklaring
      Hij zit in de cel: hij heeft banken overvallen.

6
New cards

enkelvoudige zin

  • Bevat slechts één persoonsvorm

    • Saaie momenten zul je niet meer beleven.

7
New cards

samengestelde zin nevenschikkend

Samengestelde zin – Nevenschikking

  • Twee of meer gelijkwaardige zinnen

  • Verbonden met nevenschikkend voegwoord (en, of, maar, want, dus)

  • Ik wist niet wat kiezen en ik bleef twijfelen.

    • Bij ja-neevraag: evenveel vragen als deelzinnen

8
New cards

samengestelde zin onderschikkend

  • oofdzin + bijzin

  • Bijzin is ondergeschikt, kan vaak door één woord vervangen worden

  • ➤ Voegwoorden: als, dat, omdat, terwijl...

    • ➤ Betrekkelijke voornaamwoorden: die, dat...

9
New cards