1/48
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
Een verwonding
An injury ( injuries)
Een hersenschudding
A concussion
Een gebroken been
A broken leg
Een kneuzing
A bruise
Een snijwonde
A cut
Een brandwonde
A burn
Een verzwikte enkel
A sprained ankle
Een ontwrichte schouder
A dislocated shoulder
Een blauw oog
A black eye
Een bloedneus
A nosebleed
Een schaafwonde
A graze
Plakband
Adhesive tape
Een verband
A bandage
Een zalf
An oitment
Een schaar
A pair of scissors
Een pleister
A plaster
Een steriel doekje
A sterile gauze pad
Ontsmettingsmiddel
Antiseptic solution
Steriele wegwerp handschoen
Disposable sterile gloves
Een pijnstiller
A painkiller
Een pincet
A pair of tweezers
Een veiligheidsspeld
A safety pin
Een draagverban
A triangular bandage
Ziek
ill
Koorts
A fever
Een pijnlijke keel
A sore throat
Hoofdpijn
A headache
Een prikkelhoest
A tickly cough
Een dokter
A docter
Griep
Flu
Besmettelijk
Contagious
Een ziekte
An illness
Hoesten
Ti cough
Niezen
To sneeze
Een loopneus
A runny nose
Een verkoudheid
A cold
Zwanger
Pregnant
Duizelig
Dizzy
Maagpijn
Stomach ache
Braken
To vomit
Diaree
Diarrhoea
Een uitslag
A rash
Reinigen
To cleanse
Een wonde
A wound