biologie thema 3 hoofdstuk 4

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/20

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

21 Terms

1
New cards

soorten signalen commmuniceren

  • auditieve ( communicatie )

  • visuele

    • chemische

      => overlevingskans bevorderen

2
New cards

hoe communiceren planten

  • boodschappersmolecule bv.: geur achterlaten

  • elektrisch signaal

  • samenwerking met schimmels (= netwerk van hyfen (= draadvormige structuur ) om chemisch signaal te versturen )

3
New cards

gedrag ( term )

actie waarmee een boodschap kan worden verstuurd. dit kan leiden tot communicatie

4
New cards

hoe gedrag objectief bestuderen

  • ethogram ( mogelijke handelingen van organismen ) optellen

  • noteel uitgevoerde handelingen van organisme in protocol

    • verzamel en verwerk waarnemingenge

5
New cards

gedrasbiologie?

houd zich bezig met bestuderen van gedrag van dieren adhv een ethogram

6
New cards

motiaties + prikkels dat leid tot gedrag

  • inwendige motivatie ( bv.: honger ) + prikkel bv.: zien van prooi

    • uitwendige motivatie bv.: feromonen + prikkel bv. : hormonale in lichaam

7
New cards

sleutelprikkels

prikkels die altijd leiden tot gedrag ( zonder motivatie ). kunnen niet onderdrukt worden. gedrag dat op sleutelprikkels volgt meestal positieve rol in overlevingskansen

8
New cards

aangeboren gedrag def

w; overgeërfd, is voor alle dieren van dezelfde leeftijd gelijk en ook soort specifiek

9
New cards

aangeboren gedrag soorten

reflexen:
→ Een simpele en automatische reactie op een prikkel.

Gedragspatronen:
→ Een vaste volgorde van gedragingen die elkaar opvolgen.

Fixed action pattern (vast gedragspatroon):
→ Een complex, vast gedrag dat stap voor stap verloopt nadat het door een prikkel wordt gestart.

10
New cards

aangeleerd gedrag def

gedrag dat ontstaat bij individu op basis van een/meerdere verschillende leerervaringens

11
New cards

oorten aangeleerd gedrag

  • imitatie

  • Herhalen en oefenen

  • Inprenting

  • Klassieke conditionering

  • Operante conditionering

  • Trial-and-error

  • Gewenning

  • Inzicht

  • Stereotiep gedrag

12
New cards

imitatie

Gedrag van andere dieren nabootsen na observatie.

13
New cards

herhalen en oefenen

  • Handelingen worden meerdere keren uitgevoerd om tot gewenst resultaat te komen.

14
New cards

inprenting

  • Jonge dieren nemen in een korte periode bepaalde kenmerken van soortgenoten of elementen uit de omgeving op.

15
New cards

klassieke conditionering

  • Bestaande prikkel wordt vervangen door een andere prikkel (zelfde gedrag als gevolg).

16
New cards

operant conditionering

  • Door associatie tussen gedrag en gevolg past het individu zijn gedrag aan. Beloning versterkt gedrag, straf doet het afnemen.

17
New cards

trail-and-error

  • Gedrag dat een gewenst resultaat oplevert wordt herhaald en eventueel verbeterd; gedrag met negatieve of geen uitkomst niet.

18
New cards

gewening

  • Herhaalde prikkels zonder negatief gevolg worden door het zenuwstelsel genegeerd.

19
New cards

inzicht

  • Eerdere leerervaringen worden toegepast in nieuwe situaties, via nieuwe combinaties of oplossingen.

    • s

20
New cards

stereotiep gedrag

  • Dwangmatig gedrag zonder functie, vaak als uiting van stress, angst of andere emotie.

21
New cards

wijzigt gedrag over generaties heen?

gedrag dat sucesvol is => + overlevingskans door natuurlijke selectie, gedrag erfelijk overdraagbaar => evolutie